direct naar inhoud van Artikel 17 Wonen
Plan: Binnenstad
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0352.bpwbdbinnenstad-va01

Artikel 17 Wonen

17.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen, al dan niet in combinatie met aan huis verbonden beroep en/of bedrijf, met dien verstande dat maximaal 45% van de vloeroppervlakte van het hoofdgebouw en 100% van de vloeroppervlakte van de overige gebouwen mag worden gebruikt met een gezamenlijk maximum van 40 m²;
  • b. atelier, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'atelier';
  • c. parkeervoorzieningen;
  • d. mantelzorg,
    met de daarbij behorende:
  • e. groen- en speelvoorzieningen;
  • f. tuinen, erven en paden;
  • g. verkeers- en verblijfsvoorzieningen;
  • h. nutsvoorzieningen.

17.2 Bouwregels
  • a. Op deze gronden mogen hoofdgebouwen worden gebouwd en gelden de volgende regels:
    • 1. hoofdgebouwen mogen uitsluitend in het bouwvlak worden gebouwd;
    • 2. hoofdgebouwen dienen aaneen te worden gebouwd;
    • 3. ter plaatse van de aanduiding 'onderdoorgang', dient de bestaande onderdoorgang behouden te blijven;
    • 4. de goot- en bouwhoogte mogen maximaal de waarde bedragen die is aangegeven.

  • b. Op deze gronden mogen aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen worden gebouwd en gelden de volgende regels:
    • 1. ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen uitgesloten' zijn uitsluitend bestaande aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen toegestaan;
    • 2. aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen worden ten minste 1 m achter de voorgevellijn van het hoofdgebouw gebouwd;
    • 3. de goothoogte mag maximaal 3 m bedragen dan wel de begane grondlaag, mits aan de begane grondlaag wordt aangebouwd;
    • 4. de bouwhoogte mag maximaal 6 m bedragen;
    • 5. het bebouwingspercentage van de gronden gelegen achter de voorgevellijn van het hoofdgebouw en buiten het bouwvlak, mag maximaal 50% bedragen, met dien verstande dat het maximale oppervlak aan aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen niet meer dan 40 m² mag bedragen.

  • c. Op deze gronden mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd en gelden de volgende regels:
    • 1. voor de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen gelden de volgende regels:
      • de bouwhoogte voor de voorgevellijn mag maximaal 1 m bedragen;
      • de bouwhoogte achter de voorgevellijn mag maximaal 2 m bedragen;
    • 2. de bouwhoogte van vlaggenmasten mag maximaal 6 m bedragen;
    • 3. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag maximaal 3 m bedragen.