direct naar inhoud van Artikel 25 Waterstaat - Waterkering
Plan: Buitengebied
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0345.BPBuitengebied-vg01

Artikel 25 Waterstaat - Waterkering

25.1 Bestemmingsomschrijving

De voor “Waterstaat - Waterkering” aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:

  • a. instandhouding van waterkeringen en bijbehorende beschermingszone;
  • b. bij deze bestemming behorende waterstaatkundige voorzieningen.
25.1.1 Rangorderegeling

Indien strijd ontstaat tussen het belang van de bescherming van de waterkering als bedoeld in artikel 24.1. en het bepaalde in artikel 3 tot en met artikel 16 prevaleert de bestemming “Waterstaat - Waterkering”.

25.2 Bouwregels
25.2.1 Algemeen

Op en in de gronden als bedoeld in 25.1, mogen, in afwijking van het bepaalde ten aanzien van de andere bestemmingen, uitsluitend worden gebouwd: bouwwerken, geen gebouw zijnde, voor de bestemming "Waterstaat-Waterkering", waarvan de bouwhoogte niet meer dan 2 m mag bedragen.

25.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met een omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in artikel 25.2 ten behoeve van het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde, voor de voor deze gronden geldende andere bestemming en ten behoeve van niet voor bewoning bestemde gebouwen voor de voor deze gronden geldende andere bestemming en/of bestemming “Waterstaat - Waterkering”, met dien verstande dat:

  • a. er geen onevenredige aantasting ontstaat of kan ontstaan van de belangen als bedoeld in artikel 25.1;
  • b. er vooraf advies wordt ingewonnen van de beheerder en dit advies de bouwwerken niet in de weg staat.

25.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Behoudens het bepaalde in 25.4.1 is het verboden om zonder of in afwijking aan een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders de navolgende werken en/of werkzaamheden uit te voeren of te doen uitvoeren op of in de gronden als bedoeld in 25.1:

  • a. het verrichten van afgravingen en seismische onderzoeken;
  • b. het brengen of hebben van werken met een overdruk van 10 bar;
  • c. het opslaan van explosiegevaarlijke materialen of het hebben van explosiegevaarlijke inrichtingen.
25.4.1 Uitzonderingen

Het in 25.4 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van:

  • a. werken en werkzaamheden in het kader van het normale beheer en onderhoud;
  • b. werken en werkzaamheden, waarmee is of mag worden begonnen ten tijde van het verkrijgen van rechtskracht van het plan.
25.4.2 Toelaatbaarheid van werken en werkzaamheden

Werken en werkzaamheden als bedoeld in 25.4, zijn slechts toelaatbaar, indien door de uitvoering daarvan, dan wel de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen:

  • a. geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de belangen als bedoeld in artikel 25.1;
  • b. en ter zake daarvan vooraf advies van de beheerder is ingewonnen en dit advies de uitvoering van de werken en/of werkzaamheden bouwwerken niet in de weg staat.