Plan: | Balkon Zuid |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0345.BPBalkonZuid-vg01 |
De voor 'Wonen - C' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van woningen gelden de volgende regels:
Bouwaanduiding | Bouwwijze |
[vrij] | vrijstaande woningen |
Hoofdgebouwen | Eis |
goothoogte | maximaal 4,5 m |
bouwhoogte | maximaal 7 m |
opbouw | - minimaal 1/4 van de oppervlakte van de begane grond - maximaal 1/2 van de oppervlakte van de begane grond |
afstand tot de weg (voor woningen die zijn gelegen aan de hoofdontsluitingsweg) | minimaal 5 m maximaal 10 m |
afstand tot de zijdelingse perceelsgrens | minimaal 5 m |
afstand tot de achterste perceelsgrens of tot De Groene Grens | minimaal 10 m |
Voor het bouwen van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:
Uitbreiding woning aan voorzijde | Eis |
breedte | maximaal 60% van voorgevel |
diepte | maximaal 1 m |
bouwhoogte | maximaal 3,1 m |
afstand tot voorste perceelsgrens | minimaal 2 m |
Aan- en uitbouwen aan zijkant | Eis |
aan te houden afstand tot voorgevel | minimaal 5 m |
goothoogte | maximaal 3,1 m |
bouwhoogte | maximaal 4,5 m |
afstand tot de zijdelingse perceelsgrens | minimaal 5 m |
afstand tot de achterste perceelsgrens of tot De Groene Grens | minimaal 10 m |
Aan- en uitbouwen aan achterkant | Eis |
diepte buiten het bouwvlak | maximaal 3 m |
goothoogte | maximaal 3,1 m |
bouwhoogte | maximaal 4,5 m |
Aangebouwde bijgebouwen | Eis |
aan te houden afstand tot voorgevellijn | minimaal 5 m |
goothoogte | maximaal 3,1 m |
bouwhoogte | maximaal 4,5 m |
afstand tot voorste perceelsgrens | minimaal 2 m |
afstand tot de zijdelingse perceelsgrens | minimaal 5 m |
afstand tot de achterste perceelsgrens of tot De Groene Grens | minimaal 10 m |
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Eis |
bouwhoogte pergola's | maximaal 2,5 m |
bouwhoogte overige bouwwerken, niet zijnde erfafscheidingen | maximaal 3 m |
erfafscheidingen | niet toegestaan |
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend het gebruik voor:
Van het bepaalde in artikel 9.1 kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken voor de uitoefening van een bedrijf aan huis in het hoofd- of bijgebouw, met dien verstande dat: