direct naar inhoud van 3.2 Beschrijving van het plangebied
Plan: Prozeeterrein Hoograven
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0344.BPPROZEETERREIN-0601

3.2 Beschrijving van het plangebied

3.2.1 Historische ontwikkeling

Prozee behoort tot het historische industrielandschap aan de Vaartsche Rijn. Al bijna vanaf de aanleg van de Vaartsche Rijn in de 12e eeuw, is het een vestigingsplaats voor bedrijvigheid geweest, aanvankelijk vooral in het gedeelte vlakbij Utrecht. De oudste verkaveling vond waarschijnlijk plaats met de Vaartsche Rijn – of diens voorganger – als basis, met grote blokvormige percelen. Dit geldt voor de gehele strook aan de Vaartsche Rijn zelf. Daarachter is de typerende strokenverkaveling aanwezig, die dateert van na 1200. Deze lange kavels zouden eeuwenlang vooral als weiland en hoveniersgebied in gebruik blijven.

De fabriek van Neerlandia is in 1914 gebouwd op de kruising van de Vaartsche Rijn en het Merwedekanaal. Het gebouw werd opgericht voor de NV Chemische fabriek v/h Dr. F.C. Stoop. Er werd een karakteristieke fabriekshal gebouwd in basilicale opzet. In 1937 vestigde de N.V. Draadindustrie Neerlandia zich in het gebouw. In 1973 werd de fabriek opgekocht door de lompenhandelaarProzee, op dat moment nog gevestigd aan de Jutfaseweg. In de loop van de volgende jaren bleven de onderhoudswerkzaamheden aan het gebouw achterwege, mede vanwege de financiële onmogelijkheid om het gebouw brandveilig te maken. De bijgebouwen werden deels verhuurd aan de Stichting De Arm.

3.2.2 Structuurbepalende elementen

Het plangebied is gelegen tussen twee structuurbepalende elementen te weten de Vaartsche Rijn in het westen en de Verlengde Hoogravenseweg in het oosten. De strook die direct aan de Vaartsche Rijn grenst en waar het plangebied deel van uitmaakt, is een verbijzondering in de wijken Hoograven en Tolsteeg. Waar de rest van de wijken hoofdzakelijk uit planmatig opgezette woningbouw met bijbehorende voorzieningen bestaat, kenmerkt deze Vaartsche Rijnzone zich door een zelfstandige opbouw van bebouwingsclusters, afwisselend wonen en bedrijvigheid, onderbroken door groene plekken. Deze groene plekken, waaronder het Hamersplantsoen, zijn nagenoeg de enige locaties waar Hoograven contact legt met de Vaartsche Rijn. Ter hoogte van het Hamersplantsoen splitst de Vaartsche Rijn zich in het Merwedekanaal en de Vaartsche Rijn.

De bedrijfslocaties zorgen ervoor, dat een groot deel van de zone langs de Vaartsche Rijn geprivatiseerd is en geven soms een rommelig beeld. De woningbouwlocaties langs de Vaartsche Rijn staan vaak met de achterzijde naar het water. Het Prozeeterrein is een voorbeeld van zo'n privaat bedrijfsterrein. Hier is in de huidige situatie Prozee Recycling gevestigd. De contouren van de voormalige fabriek Neerlandia vormen hier de blikvanger. Ten zuiden ervan ligt het braakliggende Befuterrein, en kringloopcentrum De Arm. Samen vormen zij een ontoegankelijk bedrijvencluster.

Ten noorden van Prozee ligt het openbare Hamersplantsoen dat ooit ook bedrijventerrein was. De woningen die ter hoogte van dit plantsoen aan het water liggen, belemmeren samen met de woonboten een ruim zicht op het water. Ten oosten van de Vaartsche Rijnzone ligt het 'oude' Hoogravense deel. Dit gebied kenmerkt zich door langgerekte straten in noordzuidrichting met aan weerszijden (arbeiders)woningen, die veelal bestaan uit twee lagen met een zadelkap.

3.2.3 Monumenten, beeldbepalende elementen en cultuurhistorie

Beeldbepalend in de huidige situatie is de vervallen fabriekshal van Neerlandia met bijbehorende gemetselde schoorsteen. Beide objecten zijn niet geregistreerd als monument. afbeelding "i_NL.IMRO.0344.BPPROZEETERREIN-0601_0002.jpg"

Afbeelding: fabriekshal Neerlandia

De fabriek heeft de kenmerkende basilicale opzet die eigen was aan bijvoorbeeld metaalfabrieken uit het begin van de 20e eeuw. Dat betekende een verhoogde centrale beuk (de productiehal) met lichtstraten onder een zadeldak, geflankeerd door twee zijbeuken onder lessenaarsdaken. Het is de karakteristieke vorm van dit soort type fabriekshal, met een grote lichtstrook tussen het hoge deel en de lage zijvleugels, destijds nodig om voldoende licht in de fabriek te brengen. Deze vorm is niet alleen de beeldbepalende contour van de hal, maar is ook weergave van de constructieve opzet, getuige de plaats van de dragende muren en de vorm van de dakconstructie. Deze contour en constructieve opzet is ook in de huidige, vervallen toestand nog steeds goed zichtbaar, zowel buiten als binnen de fabriekshal. De gevels zijn geheel opgetrokken in baksteen met (bescheiden) siermetselwerk.

De buitengevels zijn geleed door pilasters, met daartussen twee vensters. Ook in de voorgevel is de basilicale opzet benadrukt door toepassing van pilasters en siermetselwerk. Langs de gehele gevel liep een gemetselde muizentandlijst. De wanden zijn opgebouwd in een ijzeren vakwerkconstructie, ingevuld met metselwerk.

Door achterstallig onderhoud is het hoofdgebouw van de fabriek Neerlandia in de loop der jaren in vervallen staat geraakt. De kap is grotendeels verdwenen, evenals grote delen van de houten en ijzeren draagconstructie. Van de middenbeuk staat de noordelijke muur nog geheel overeind, van de zuidmuur alleen de kolommen. De oost- en westgevel staan eveneens nog overeind. De schoorsteen is nog in goede staat aanwezig. De fabriek heeft vanwege zijn karakteristieke vorm, ongekende schaal (meer dan 100 meter lang) en de prominente ligging aan de kruising van Vaartsche Rijn en Merwedekanaal een belangrijke monumentale en cultuurhistorische waarde.

Naast de karakteristieke verschijningsvorm, vertegenwoordigt de fabriek een lange geschiedenis van bedrijvigheid aan de Vaartsche Rijn, later Merwedekanaal, en daarmee hoort het thuis in de industriële geschiedenis van Utrecht. Ooit was niet alleen de strook langs de Vaartsche Rijn, maar een groot deel van de stad getekend door een woud aan fabrieksschoorstenen. Die enkele voorbeelden die daarvan nu nog in de stad aanwezig zijn, hebben -zeker in combinatie met de bijbehorende fabriek- daarmee een hoge zeldzaamheidswaarde gekregen.

3.2.4 Gebied rondom het Prozeeterrein

Befuterrein

Ten zuiden van het Prozeeterrein ligt het Befuterrein, eigendom van de gemeente. In het oude bestemmingsplan is hier de mogelijkheid opgenomen voor de vestiging van een bedrijf dat binnen milieucategorie 4 valt. Bovendien was de vestiging van een zogenaamde grote lawaaimaker toegestaan. Voor zo'n milieucategorie geldt vanaf de perceelsgrens een richtafstand van 100 meter. Vanwege het geluid was het Befuterrein daarom geluidgezoneerd. Dat wil zeggen, dat er rondom het terrein een geluidzone ligt. Binnen die geluidzone moet bij het ontwikkelen van nieuwe geluidgevoelige bestemmingen geluidonderzoek plaatsvinden. Het Befuterrein ligt inmiddels braak. In het bestemmingsplan Watervogelbuurt,Hoograven, Tolsteeg is de mogelijkheid voor de vestiging van een grote lawaaimaker van het perceel verwijderd. Ook de milieucategorie wordt teruggebracht naar maximaal categorie 2. Tevens is de geluidzone in het genoemde bestemmingsplan ongedaan gemaakt. Het Befuterrein levert planologisch dan ook geen beperkingen meer op voor het Prozeeterrein. Er wordt onderzocht wat de mogelijkheden voor het terrein zijn.

De Arm
Iets soortgelijks geldt voor het Kringloopcentrum de Arm naast het Prozeeterrein. Dit bedrijf is een bedrijf dat behoort tot de milieucategorie 3 en het perceel is in het oude bestemmingsplan dan ook zo bestemd. Voor een rustige woonwijk ten opzicht van een bedrijf of bedrijventerrein hanteert de VNG de afstand 50 meter voor een categorie 3.1 bedrijf. Dit zou mogelijk de ontwikkeling van het Prozeeterrein tot woongebied belemmeren. Daarom is naar de haalbaarheid van het woningbouwplan in relatie tot De Arm onderzoek gedaan. Zie hiervoor hoofdstuk 5.

In de Vaartsche Rijnstrook wordt met dit plan meer wonen mogelijk. Het karakter van de bedrijvigheid in het gebied zal in de toekomst gericht zijn op kleinschaliger en hoogwaardiger bedrijvigheid. De bestaande bedrijvigheid wordt weliswaar naar zijn huidige aard en omvang bestemd (specifieke bestemming recyclebedrijf), echter op zodanige wijze dat na het vertrek van die bedrijven alleen bedrijven in een lichtere milieucategorie kunnen terugkomen of exact eenzelfde bedrijf (een recyclebedrijf).Deze ontwikkeling is meer passend voor de woonomgeving en wordt geclassificeerd als functiemenging met bedrijfstypen A, B en C .

Zeehaenkade
Aan de overkant van de Vaartsche Rijn is het bestemmingsplan Kanaleneiland van kracht. Dat bestemmingsplan biedt de mogelijkheid voor de vestiging van bedrijven tot en met categorie 4. Hierbij hoort een richtafstand van 100 meter. Momenteel bevinden zich hier twee bedrijven: Terberg autoleasing en het Leger des Heils. Hoewel de bedrijven geen gebruik maken van de maximale milieucategorie (hun bedrijfsactiviteiten zijn vergelijkbaar met categorie 2), belemmert de formele milieuafstand mogelijk de ontwikkeling van het Prozeeterrein. Binnen dit bestemmingsplan Prozee wordt de bestemming van deze twee bedrijven dan ook beperkt naar maximaal categorie 3.

Hamersplantsoen
Een strook van het Hamersplantsoen wordt bestemd voor een interne ontsluitingsweg.