direct naar inhoud van 5.3 Milieuhinder bedrijvigheid
Plan: Haarzuilens
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0344.BPHAARZUILENS-0401

5.3 Milieuhinder bedrijvigheid

Kader
Er wordt naar gestreefd om in de stad wonen en werken op een goede manier te laten samengaan. Beide functies zijn zeer belangrijk voor Utrecht maar voorkomen moet worden dat milieuhinder van bedrijven een negatieve invloed heeft op de woonomgeving. Het streven is om werkfuncties in de woonomgeving te integreren om daarmee de levendigheid in de woonwijken te vergroten. Deze werkfuncties mogen alleen geen overlast veroorzaken. Dus bedrijven die (te veel) geur of geluidhinder veroorzaken, overlast geven of andere risico's voor de gezondheid en veiligheid met zich mee brengen, moeten ruimtelijk worden gescheiden van gevoelige bestemmingen als wonen.

Plangebied
Dit plangebied wordt gekenmerkt door m.n. de agrarische en de recreatieve functie. Deze bestemmingen worden op de plankaart aangegeven. In het gebied zijn diverse bedrijven met een agrarische bestemming en bedrijven met een lagere categorie, detailhandel of horeca. De milieu-impact van deze bedrijven is beperkt en deze activiteiten kunnen in de directe omgeving van woningen plaats vinden. Alle toegelaten bedrijven binnen het plangebied vallen in bestemmingscategorie A of B1/B2 (zie bijlage 1). De afstanden van de bestaande bedrijven ten opzichte van gevoelige bestemmingen is zodanig dat bij de huidige bedrijfsvoering de bedrijven geen hinder veroorzaken op bestaande woningen. Voorkomen van hinder van geluid, geur e.d. vanwege bedrijfsactiviteiten wordt geregeld via de wet Milieubeheer.

De actieve agrarische veeteeltbedrijven kunnen vanwege mestopslag geurhinder veroorzaken. In deze situaties is enige afstand tussen bedrijf/stal en aangrenzende woning noodzakelijk. De grootte van de afstand is afhankelijk van de grootte van het bedrijf. Via voorschriften van de vergunning wet Milieubeheer of via de regels van het Activiteitenbesluit wordt het optreden van geurhinder voorkomen. Bij de agrarische bedrijven is een biogasinstallatie toegestaan met een verwerking tot 36.000 ton biomassa. 50% van de dierlijke mest moet daarbij van het eigen bedrijf komen.

Conclusie
De toegestane bedrijvigheid vormt geen belemmering voor de gevoelige bestemmingen in dit plan.