Plan: | Bouwinitiatief startblok, Kanaleneneiland |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0344.BPBOUWINISTARTBLOK-0401 |
Op 23 juni 2008 hebben Gedeputeerde Staten van Utrecht de Beleidslijn nieuwe Wro vastgesteld. Doel van deze beleidslijn is om, ook na inwerkingtreding van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) per 1 juli 2008, slagvaardig het Streekplan Utrecht 2005-2015 als beleidskader te kunnen blijven toepassen. Met de Beleidslijn wordt de inzet van de nieuwe Wro-instrumenten vastgelegd. Met nadruk geldt dat deze Beleidslijn géén nieuw beleid bevat. Het Streekplan Utrecht is van rechtswege omgezet in een structuurvisie en blijft onverminderd gelden.
De provincie geeft in het streekplan aan dat het ruimtelijk beleid voor een belangrijk deel is ingegeven door het principe van beheerste groei. De aantasting van waardevolle en kwetsbare open ruimte door nieuwe verstedelijking dient zoveel mogelijk te worden vermeden. Ook de contrastwerking tussen stad en land dient versterkt te worden. In verband daarmee is het gewenst om nieuwe bouwmogelijkheden binnen het bestaand stedelijk gebied goed te benutten. Beleidsmatig is dit vertaald in een ruimtelijke afbakening van het stedelijk gebied door rode contouren.
Het stadsgewest Utrecht is het zwaartepunt van de verstedelijking en economie in de provincie. Dat wil zeggen dat de provincie nieuwe opgaven voor wonen en werken vooral hier wil realiseren. Utrecht heeft bij deze opgave, als centrale stad in het stadsgewest, de belangrijkste taak om door verdichting, herstructurering en transformatie, binnenstedelijke capaciteit voor wonen, werken en voorzieningen te ontwikkelen en tegelijkertijd een kwaliteitssprong te realiseren. De stad Utrecht en haar omgeving hebben goede kansen om zich verder te ontwikkelen als centrum van de kenniseconomie. Het streekplan geeft daarnaast met name richting aan de nadere invulling van het gebied buiten de rode contouren, het landelijk gebied.
Het plangebied valt op grond van de streekplankaart binnen het Stedelijk gebied. Daarbij is het zuidelijk deel van het plangebied aangeduid als algemeen stedelijk gebied en het noordelijk deel als bedrijventerreinen en kantoorlocaties. Het plangebied is hiermee bestemd voor respectievelijk alle stedelijke functies, zoals wonen, werken, voorzieningen en stedelijk groen, dan wel voor werkgelegenheidsfunctie (bedrijventerreinen en kantorenlocaties). Voor de kern Utrecht is een aanzienlijke capaciteit aan inbreidingslocaties opgenomen.
Voorgaand is het huidige beleid beschreven. Nieuw beleid is in de maak. Vooruitlopend op het vaststellen van dat beleid, wordt in deze paragraaf een doorkijk gegeven naar dat toekomstige beleid.
Momenteel werkt de provincie aan de nieuwe Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie (PRS). Hierin beschrijft de provincie het ruimtelijke beleid voor de periode tot 2025. Het beleid is op 5 juli 2011 als voorontwerp vastgesteld. Dat betekent dat de procedure nog tot wijzigingen kan leiden. In de visie staat de doelstellingen die van provinciaal belang zijn en welk beleid daarbij hoort. Ook wordt aangegeven hoe het beleid wordt uitgevoerd. Deels wordt dit gedaan door de Provinciale Ruimtelijke Verordening (PRV) gelijktijdig met de PRS op te stellen.
Het plangebied bevindt zich binnen bestaand stedelijk gebied en daarmee binnen de rode contouren uit het provinciaal streekplan. Het plan voorziet in transformatie van een verouderd bedrijventerrein en in verdichting door middel van woningbouw. Met de planontwikkeling wordt de ruimtelijke kwaliteit in (de omgeving van) het plangebied aanzienlijk verbeterd. Bovendien wordt met de commerciële ruimten in de plint van het bebouwingscomplex ruimte geboden aan broedplaatsen voor ontwikkelende bedrijvigheid. Dit sluit aan bij de doelgroep van de woningen: starters, waaronder zich naar verwachting jong potentieel talent bevindt. Het plan past hiermee binnen de provinciale beleidsopgaven.