Plan: | Actualisering diverse gebieden 2016 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0344.BPACTUALDIVGEB2016-VA01 |
beroep of bedrijf dat in een woning wordt uitgeoefend waarvan de ruimtelijke uitwerking of uitstraling met de woonfunctie verenigbaar is en waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en degene die het beroep of het bedrijf uitoefent ten minste ook bewoner van de woning is;
hieronder wordt in ieder geval niet verstaan: een detailhandelsvestiging, een afhaalzaak, een horecabedrijf, een belhuis en een (raam)prostitutiebedrijf; hieronder wordt onder andere wel verstaan: een kleinschalige voorziening ten behoeve van kinderopvang.
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
erf achter de lijn die het hoofdgebouw doorkruist op 1 m achter de voorkant en van daaruit evenwijdig loopt met het aangrenzend openbaar toegankelijk gebied, zonder het hoofdgebouw opnieuw te doorkruisen of in het erf achter het hoofdgebouw te komen.
onderzoek verricht door of namens een dienst of instelling die over een opgravingsvergunning op grond van de Monumentenwet 1988 beschikt.
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de in dat gebied voorkomende overblijfselen uit oude tijden.
kaart behorende bij de regels waarop de waardevolle en overige panden zijn aangegeven.
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
het met een aanduiding of in de regels aangegeven percentage, dat aangeeft hoeveel van het desbetreffende bouwperceel ten hoogste mag worden bebouwd met gebouwen en bijbehorende bouwwerken.
het tegen betaling verstrekken van logies met ontbijt binnen de (bedrijfs) woning.
een onderneming waarbij het accent ligt op het vervaardigen, produceren, bewerken/herstellen, installeren en verhandelen van goederen, waarbij eventueel detailhandel uitsluitend plaatsvindt als ondergeschikt onderdeel van de onderneming in de vorm van verkoop en/of levering van ter plaatse vervaardigde, bewerkte of herstelde goederen, dan wel goederen die in rechtstreeks verband staan met de uitgeoefende handelingen.
de totale vloeroppervlakte van een kantoor, winkel of bedrijf met inbegrip van de daartoe behorende magazijnen en overige dienstruimten en met uitzondering van gebouwde (ondergrondse of halfverdiept gelegen) parkeervoorzieningen.
de grens van een bestemmingsvlak.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
een inrichting als bedoeld in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
de grens van een bouwvlak.
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op (nagenoeg) gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw, kap en/of bijzondere bouwlaag.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
een grens van een bouwperceel.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
de totale binnen een gebouw beschikbare vloeroppervlakte, inclusief de verdiepingen.
consumentenvuurwerk waarop het Vuurwerkbesluit van toepassing is.
bedrijven die zich hoofdzakelijk richten op:
de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde in verband met ouderdom en/of historische gaafheid.
een bovenbeëindiging van een gebouw.
een ondergeschikte opbouw op het dakvlak van een gebouw, ten behoeve van voorzieningen zoals trappenhuizen, luchtbehandelings- en liftinstallaties.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen, het verhuren en/of het leveren van goederen aan personen die die goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit. Hieronder wordt mede verstaan een webwinkel waarbij sprake is van een afhaalpunt voor particulieren en een showroom. Hieronder wordt niet verstaan een afhaalzaak.
de zone van 4 meter direct grenzend aan de achterkant en de zijkant van een hoofdgebouw in het achtererfgebied.
grootschalige, periodieke en/of een of meerdaagse manifestaties, zoals sportmanifestaties, concerten, bijeenkomsten, voorstellingen, shows, tentoonstellingen, thematische markten.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
(samenstel van) kaart(en) en tabellen, behorende bij de regels, en waarin de voorgevel fotografisch is vastgelegd en de gevelbreedte, de hoogte van de eerste bouwlaag, de goothoogte en de bouwhoogte van de in het plangebied gelegen gebouwen zijn aangegeven.
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn aard, functie, constructie of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste bouwwerk valt aan te merken.
het bedrijfsmatig verstrekken van drank en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse en/of het exploiteren van zaalaccommodatie.
een incidenteel en rank gebouw of een beperkt onderdeel van een gebouw, met een afwijkende bouwhoogte naar boven ten opzichte van de direct omliggende bebouwing, dat dient als markering en/of oriëntatiepunt van een bijzondere plek in een wijk of buurt.
terrein waaraan in hoofdzaak een bestemming is gegeven voor de vestiging van inrichtingen en waarvan de bestemming voor het gehele terrein of een gedeelte daarvan de mogelijkheid insluit van vestiging van inrichtingen, behorende tot een bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen categorie van inrichtingen, die in belangrijke mate geluidhinder kunnen veroorzaken.
een gebouw of een gedeelte van een gebouw dat dient voor de bedrijfsmatige uitoefening van administratieve werkzaamheden en voor zakelijke dienstverlening, alsmede seminars en congressen die ondergeschikt zijn aan de hoofdfunctie van een kantoorhoudende onderneming en kunnen worden beschouwd als onderdeel van de kantoorfunctie.
een gebouw of ruimte waarin hoofdzakelijk werkzaamheden worden verricht aan een bureauopstelling, in combinatie met vergaderruimten; de werkzaamheden zijn onder meer:
een gesloten en (gedeeltelijk) hellende bovenbeëindiging van een bouwwerk.
het doorlopende gedeelte van een gebouw, dat door op gelijke of vrijwel gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen wordt begrensd en dat geheel onder het (straat)peil is gelegen.
de Lijst van bedrijfsactiviteiten die onderdeel uitmaakt van deze regels, die een onderverdeling van bedrijfsactiviteiten aangeeft, die een gelijke of nagenoeg gelijke invloed hebben op een nabij gelegen of omringende woonomgeving.
de Lijst van Bedrijven functiemenging die onderdeel uitmaakt van deze regels, die een onderverdeling van bedrijfsactiviteiten aangeeft, die een gelijke of nagenoeg gelijke invloed hebben op een nabij gelegen of omringende woonomgeving.
de Lijst van Horeca-activiteiten die onderdeel uitmaakt van deze regels, die een onderverdeling van horeca-activiteiten aangeeft, die een gelijke of nagenoeg gelijke invloed hebben op een nabij gelegen of omringende woonomgeving.
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de aanwezige flora en fauna.
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie.
een vergunning als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
een kelder of een souterrain.
het bestemmingsplan Actualisering diverse gebieden 2016 met identificatienummer NL.IMRO.0344.BPACTUALDIVGEB2016-VA01 van de gemeente Utrecht.
het doorlopende gedeelte van een gebouw, dat door op gelijke of vrijwel gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen wordt begrensd en dat maximaal 1,2 m boven het (straat)peil is gelegen.
de gevel van het hoofdgebouw die door zijn aard, functie, constructie dan wel gelet op uitstraling ervan als belangrijkste gevel kan worden aangemerkt.
De lijn die wordt bepaald door de naar het openbaar toegankelijk gebied (zoals de weg, openbaar groen of water) gekeerde voorgevel of het verlengde daarvan, van een hoofdgebouw.
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden.
een bouwlaag die uitsluitend voor bewoning is bestemd.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
1. ter plaatse van de voorgevellijn, daar waar bij de gevelopname de breedte is vastgelegd, niet minder en niet meer bedragen dan blijkt uit de gevelopname, en
2. achter de voorgevellijn, niet meer dan blijkt uit de op de verbeelding te onderkennen zijdelingse perceelsgrenzen en -met aangrenzende gebouwen gemeenschappelijke- scheidingsmuren
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
vanaf de bovenkant goot, c.q. de druiplijn, boeiboord of daarmee gelijk te stellen constructiedeel tot het hoogste punt van de kap.
vanaf het peil tot aan de (wieken)as van de windturbine.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
a. voor een gebouw, waarvan de hoofdtoegang grenst aan de weg: de hoogte van de kruin van de weg.
b. voor andere gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde: de gemiddelde hoogte van het
aansluitende afgewerkte maaiveld.
c. voor gebouwen die grenzen aan een dijk: de hoogte van de kruin van de dijk ter plaatse van het bouwwerk.
De aanpassingen van artikel 21 Woongebied luiden als volgt:
Aan regel 21.2.1 worden na sub d de volgende subregels toegevoegd:
e. Na realisering van de woonbebouwing mogen bouwhoogte, kapvorm, nokrichting en bouwprofiel van de woning respectievelijk het woongebouw slechts worden gewijzigd voor zover de wijzigingen reeds als optie zijn opgenomen in de onherroepelijke omgevingsvergunning, op grond waarvan de woonbebouwing is gerealiseerd.
f. In afwijking van het bepaalde in artikel 21.2.1 lid c mag slechts worden gebouwd binnen een belemmeringshoek van 20 graden ten opzichte van woningen die voor 2002 gebouwd zijn.
1. De bepalingen in de regels 21.2.2 sub a en sub d tot en met sub g vervallen.
2. De regel onder 21.2.2. sub a komt te luiden:
a. Bij een hoofdgebouw zijn bouwactiviteiten en planologische gebruiksactiviteiten, toegestaan die zonder omgevingsvergunning kunnen worden verricht.
Deze regel wordt gevolgd door de bestaande regels b en c.
Regel 21.5 komt te luiden:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in regel 21.4.1 onder b voor bedrijfsactiviteiten in categorie B2 van de Lijst van Bedrijven functiemenging, indien en voor zover deze naar aard en invloed op de omgeving geacht kunnen worden gelijk te zijn aan categorie A of B1 van de Lijst van Bedrijven functiemenging.
De voor Bedrijf - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
1. de afstand van vrijstaande bijbehorende bouwwerken tot de bedrijfswoning niet meer dan 15 m mag bedragen;
2. de gezamenlijke oppervlakte van bijbehorende bouwwerken per bedrijfswoning maximaal 75 m² mag bedragen;
c. De bouwgrens aan de voorgevel van de woning mag worden overschreden door erkers voor zover:
1. in de rij woningen al erkers aanwezig zijn voor de vaststelling van het bestemmingsplan;
2. de erker de bouwgrens met niet meer dan 1 meter overschrijdt:
3. de hoogte van de erker het vloerpeil van de eerste verdieping van het hoofdgebouw, met niet meer dan 0,3 meter overschrijdt;
4. de breedte van de erker niet meer bedraagt dan 3,5 meter per woning.
d. Bestaande bijbehorende bouwwerken die niet voldoen aan de regels onder a en b mogen worden gehandhaafd of vernieuwd, voor zover de afwijkingen niet worden vergroot.
De uitoefening van een aan-huis-verbonden bedrijf in samenhang met wonen is uitsluitend toegestaan als voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
De uitoefening van een bed & breakfast is uitsluitend toegestaan indien de hoofdbewoner minimaal 50% van de woning in gebruik houdt voor wonen.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in regel 4.1 door bedrijven toe te laten die niet in de bij de regels behorende lijst van bedrijven functiemenging zijn genoemd, of één categorie hoger zijn genoemd, voor zover deze bedrijven naar aard en invloed op de omgeving geacht kunnen worden gelijk te zijn aan de categorieën van de lijst van bedrijven functiemenging, zoals in regel 4.1 genoemd.
De voor Bedrijf - 2 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmeting van de bebouwing, ten behoeve van:
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde genoemd in 5.1 onder a door bedrijven toe te laten die niet in de Lijst van Bedrijfsactiviteiten zijn genoemd en/of één categorie hoger dan in regel 5.1 onder a genoemd, voorzover deze bedrijven naar aard en invloed op de omgeving geacht kunnen worden gelijk te zijn aan de categorieën van de Lijst van Bedrijfsactiviteiten, zoals in regel 5.1 onder a genoemd.
Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde in regel 5.1 onder b ten behoeve van het toestaan van zelfstandige congres- en vergaderfaciliteiten groter dan 1.500 m2, onder de voorwaarden dat er geen sprake is van:
1. verkeersaantrekkende activiteiten die kunnen leiden tot een nadelige beïnvloeding van de normale afwikkeling van verkeer dan wel tot een onevenredige parkeerdruk in het openbare gebied;
2. activiteiten die vermeld zijn in bijlage C of D van het Besluit milieu-effectrapportage 1994.
Burgemeester en wethouders kunnen de Lijst van Bedrijfsactiviteiten, wijzigen op grond van artikel 3.6 van de Wro door het opnemen dan wel afvoeren van een bedrijf, indien ontwikkelingen op het gebied van de milieuhygiëne dan wel technologische ontwikkelingen daartoe aanleiding geven.
De voor Bedrijventerrein - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
bedrijven uit de in bijlage Lijst van Bedrijfsactiviteiten genoemde categorieën: | ter plaatse van de aanduiding: |
1 tot en met 3.1 | 'bedrijf tot en met categorie 3.1' (b=3.1) |
1 tot en met 3.2 | 'bedrijf tot en met categorie 3.2' (b=3.2) |
1 tot en met 4.1 | 'bedrijf tot en met categorie 4.1' (b=4.1) |
1 tot en met 4.2 | 'bedrijf tot en met categorie 4.2' (b=4.2) |
b. in aanvulling op het bepaalde onder a, tevens voor autoreparatiebedrijven en autowasserijen tot en met categorie 3.1 en bedrijven en activiteiten die hierna zijn aangegeven:
bedrijven: | ter plaatse van de aanduiding: |
atelier | 'atelier' (atl) |
elektriciteitsproductiebedrijf | 'specifieke vorm van bedrijf - elektriciteitsproductiebedrijf' (sb-epb) |
sport, speelvoorzieningen, en wellness | 'specifieke vorm van gemengd - 2' (sgd-2) |
horeca behorend tot tot de categorie A1 zoals opgenomen in de Lijst van Horeca-activiteiten vergader- en congrescentrum, opnamestudio | 'specifieke vorm van gemengd - 3' (sgd-3) |
muziek- en oefenstudio, culturele en educatieve doeleinden | 'specifieke vorm van gemengd - 4' (sgd-4) |
koffiebranderij | 'specifieke vorm van bedrijf - koffiebranderij' (sb-kbr) |
maatschappelijke voorzieningen | 'maatschappelijk' (m) |
verkooppunt voor motorbrandstoffen met lpg | 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg' (vml) |
verkooppunt voor motorbrandstoffen zonder lpg | 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg' (vm) |
gasontvangststation | 'specifieke vorm van bedrijf - gasontvangst station' |
creatieve bedrijven | 'specifieke vorm van bedrijf - creatieve bedrijven' (sbt-cb) |
verkeersleidingspost | 'specifieke vorm van bedrijf - verkeersleidingspost' (sbt-vp) |
bouwbedrijf tot en met categorie 3.2, zoals vermeld in de bij deze regels behorende Lijst van Bedrijfsactiviteiten | 'specifieke vorm van bedrijf - bouwbedrijf' (sbt-bb) |
c. aan de bedrijfsactiviteiten ondergeschikte en daarmee samenhangende kantoorruimte onder de volgende voorwaarden:
d. een zelfstandig kantoor, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'kantoor' (k), tot maximaal het bestaande brutovloeroppervlak van het gebouw dat een kantooraanduiding heeft;
e. ten hoogste één bedrijfswoning ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' (bw);
f. detailhandel als nevenactiviteit en productie en/of installatie gerelateerd of ondersteunend aan de hoofdactiviteit in het betreffende bedrijf, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel-detailhandel-1 (sdh-1)', mits:
1. het verkoopvloeroppervlak in het betreffende bedrijf niet meer dan 250 m² bedraagt;
2. de detailhandel niet voedings- en genotmiddelen, kleding en schoenen betreft en daarbij behorende accessoires, behoudens werkkleding en -schoenen.
g. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - gasontvangststation' (sbt-gos) dient de veilige en ongestoorde ligging van dit station te worden gewaarborgd;
h. spoorvoorzieningen voor railverkeer, waaronder begrepen goederensporen
i. parkeervoorzieningen;
j. de daarbij behorende verkeers-, en groenvoorzieningen, nutsvoorzieningen, water, tuinen, erven en terreinen;
k. webwinkels.
De voor 'Bedrijventerrein - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij een omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in regel 7.1 onder a:
Burgemeester en wethouders kunnen de Lijst van Bedrijfsactiviteiten, wijzigen op grond van artikel 3.6 van de Wro door het opnemen dan wel afvoeren van een bedrijf, indien ontwikkelingen op het gebied van de milieuhygiëne dan wel technologische ontwikkelingen daartoe aanleiding geven.
De voor Gemengd - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de afmeting en de plaats van de bebouwing, ten behoeve van:
Maatschappelijke voorzieningen zoals bedoeld in artikel 8.1 onder a zijn slechts toegestaan als is aangetoond dat er, voor de realisatie, geen milieutechnische belemmeringen zijn vanuit de milieuaspecten: luchtkwaliteit, externe veiligheid, milieuzonering en akoestiek.
Burgemeester en wethouders kunnen de bij deze regels behorende Lijst van Bedrijven functiemenging, wijzigen op grond van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening door het opnemen dan wel afvoeren van een bedrijf, indien ontwikkelingen op het gebied van de milieuhygiëne dan wel technologische ontwikkelingen daartoe aanleiding geven.
De voor Gemengd - 2 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a. de hierna genoemde doeleinden op de hierbij aangegeven plaatsen
doeleinden | begane grond/ kelders | verdiepingen | ||||||||||
detailhandel | nee2 | nee | ||||||||||
publieksgerichte dienstverlening | nee2 | nee | ||||||||||
horeca in de categorie d2 tot en met a | ja1 | nee² | ||||||||||
horeca in de categorie d2 tot en met b | ja1 | nee² | ||||||||||
horeca in de categorie d2 tot en met c | ja1 | nee² | ||||||||||
horeca in de categorie d2 tot en met d1 | ja1 | nee² | ||||||||||
horeca in de categorie d2 | ja1 | nee² | ||||||||||
maatschappelijke voorzieningen, met daaraan ondergeschikt additionele horeca | ja | ja | ||||||||||
cultuur en ontspanning, met daaraan ondergeschikt additionele horeca en detailhandel | ja | ja | ||||||||||
zakelijke dienstverlening | ja | nee² | ||||||||||
bedrijven, die in de van deze regels deel uitmakende bijlage Lijst van Bedrijfsactiviteiten zijn aangeduid als categorie A, B1 en B2, per geval en plaats bezien naar hun gevolgen voor de omgeving redelijkerwijs als zodanig kunnen worden aangemerkt | ja | nee² | ||||||||||
ateliers | ja | nee2 | ||||||||||
wonen | ja | ja | ||||||||||
1 ter plaatse van de aanduiding is maximaal één vestiging toegestaan, waarbij tevens geldt dat voor horecavestigingen grenzend aan de aanduiding 'werfkelder,' horeca in de kelders niet is toegestaan, met inachtneming van het bepaalde in artikel 24.3.1; 2 behoudens legale, bestaande, op de bestaande plaats en in de bestaande omvang |
en de daarbij behorende:
b. tuinen en erven;
c. toegangen en bergingen;
d. fietsenstallingen;
e. ondergrondse afvalinzamelvoorzieningen.
Dakterrassen zijn toegestaan op hoofdgebouwen, onder de voorwaarden dat:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in artikel 9.2.1 onder c voor het bouwen van een goothoogte, die maximaal 2 meter hoger is dan de toegestane goothoogte indien het gebouwen betreft die op de architectuur- en bouwhistorische waardenkaart (zie Bijlage 2 van de regels) zijn aangeduid als 'overige waarden' (grijs).
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in artikel 9.2.1 onder c voor het bouwen van een goothoogte, die maximaal 0,5 meter hoger is dan de toegestane goothoogte indien het gebouwen betreft die op de architectuur- en bouwhistorische waardenkaart (Bijlage 2) zijn aangeduid als 'vastgestelde architectuur en/of bouwhistorische waarden' (rood) of 'vermoedelijk bouwhistorische waarden' (geel) mits de karakteristieke, met de historische ontwikkeling samenhangende ruimtelijke structuur en stedenbouwkundige kwaliteit niet onevenredig worden aangetast.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in artikel 9.2.4 voor het toestaan van dakterrassen op hoofdgebouwen die op de architectuur- en bouwhistorische waardenkaart (zie Bijlage 2 van de regels) zijn aangeduid als vastgestelde architectuur- en/of bouwhistorische waarden (rood) en/ of vermoedelijke bouwhistorische waarden (geel), onder de voorwaarden dat:
De uitoefening van een aan-huis-verbonden bedrijf in samenhang met wonen is uitsluitend toegestaan als voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
De uitoefening van een bed & breakfast is uitsluitend toegestaan als de hoofdbewoner minimaal 50% van de woning in gebruik houdt voor wonen.
Bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgrenzen, mogen in afwijking van aanduidingsgrenzen, aanduidingen en bestemmingsregels worden overschreden door tot gebouwen behorende stoepen, stoeptreden, trappenhuizen, hellingbanen, entreeportalen, balkons, erkers, veranda's, afdaken, lichtbakken en reclame-uitingen en andere ondergeschikte bouwdelen van gebouwen, mits de overschrijding niet meer bedraagt dan 1,5 m.
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in regel 9.5.1 voor het overschrijden van bouw- en / of bestemmingsgrenzen in afwijking van aanduidingsgrenzen, aanduidingen en bestemmingsregels door tot gebouwen behorende balkons, afdaken, erkers en dergelijke, mits de overschrijding niet meer bedraagt dan 1,5 meter en waarbij de vrije hoogte tot aan het peil minimaal 2,2 meter bedraagt.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd op de architectuur- en bouwhistorische waardenkaart de waarde 'vermoedelijk bouwhistorische waarden' te wijzigen in 'vastgestelde architectuur en/of bouwhistorische waarden' of in 'overige waarden' indien bouwhistorisch onderzoek hiertoe aanleiding geeft.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de in het plan opgenomen bestemmingen te wijzigen ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein; de overschrijdingen mogen niet meer dan 3 meter bedragen en het bestemmingsvlak mag met niet meer dan 10% worden vergroot.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de in het plan opgenomen bouwvlakken te wijzigen ten behoeve van overschrijding van bouwvlakgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein; de overschrijdingen mogen niet meer dan 3 meter bedragen en het bouwvlak mag met niet meer dan 10% worden vergroot.
De voor Gemengd - 3 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
De uitoefening van een aan-huis-verbonden bedrijf in samenhang met wonen is uitsluitend toegestaan als voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
De uitoefening van een bed & breakfast is uitsluitend toegestaan als de hoofdbewoner minimaal 50% van de woning in gebruik houdt voor wonen.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de regel 10.3.1 onder c voor bedrijfsactiviteiten in categorie B2 van de Lijst van Bedrijven functiemenging, voorzover deze naar aard en invloed op de omgeving, gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm en de aangegeven maatgevende milieuaspecten, vergelijkbaar zijn met categorie A of B1 van de Lijst van Bedrijven functiemenging.
c. Dakterrassen op bijbehorende bouwwerken zijn uitsluitend toegestaan tot een diepte van maximaal 3 meter uit de achtergevel van een hoofdgebouw.
d. Op een dakterras zijn uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan in de vorm van hekwerken met een maximale bouwhoogte van 1.20 meter, gemeten vanaf een nagenoeg plat dakvlak.
e. Dakterrassen die niet voldoen aan het bepaalde onder a tot en met d mogen worden gehandhaafd, maar niet worden vernieuwd of vergroot.
De voor Gemengd - 4 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
De uitoefening van een aan-huis-verbonden bedrijf in samenhang met wonen is uitsluitend toegestaan als voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
De uitoefening van een bed & breakfast is uitsluitend toegestaan als de hoofdbewoner minimaal 50% van de woning in gebruik houdt voor wonen.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de regel 11.3.1 onder c voor bedrijfsactiviteiten in categorie B2 van de Lijst van Bedrijven functiemenging, voorzover deze naar aard en invloed op de omgeving, gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm en de aangegeven maatgevende milieuaspecten, vergelijkbaar zijn met categorie A of B1 van de Lijst van Bedrijven functiemenging.
Burgemeester en wethouders kunnen de aanduiding detailhandel (dh) in de regel 11.1 onder c op de locatie Meerndijk 24 schrappen als het bestaand gebruik definitief is beëindigd of bij leegstand van 6 maanden of langer.
De voor Groen - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
De voor Groen - 2 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Ter plaatse van de 'aanduiding parkeergarage' mogen halfverdiepte parkeergarages worden gebouwd, wanneer voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
a. de gebouwen mogen niet hoger zijn dan 1,6 meter;
b. de gebouwen mogen samen slechts 55% van de oppervlakte van de bestemming omvatten.
a. De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan ter geleiding, begeleiding en regeling van het verkeer, mag niet meer bedragen dan
1. 6 m voor speelvoorzieningen;
2. 10 m voor bouwwerken ten behoeve van langzaam verkeersverbindingen;
3. 2 m voor erf- en terreinafscheidingen;
4. 3 m voor overige bouwwerken geen gebouwen zijnde.
b. Overkappingen zijn niet toegestaan.
De voor Groen - 3 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
De voor Kantoor aangewezen gronden zijn bestemd voor:
De voor Tuin aangewezen gronden zijn bestemd voor tuinen behorende bij de op de aangrenzende gronden gelegen gebouwen.
De voor Verkeer - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
De voor Verkeer - 2 aangewezen grond zijn bestemd voor:
Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan ter geleiding, begeleiding en regeling van het verkeer, geldt dat de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 6 m.
De voor Verkeer - Railverkeer - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Gebouwen zijn niet toegestaan.
De voor Verkeer - Railverkeer - 2 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
De voor Verkeer - Verblijfsgebied - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde in artikel 21.2.1 onder a en onder b voor:
De voor Verkeer - Verblijfsgebied - 2 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
De bouwhoogte van de parkeergarage als bedoeld in lid 22.1 onder h mag niet meer bedragen dan 1,50 m.
De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan ter geleiding, begeleiding en regeling van het verkeer, mag niet meer bedragen dan:
De voor Verkeer - Verblijfsgebied - 3 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
In de gehele bestemming zijn gebouwen toegestaan met een oppervlakte maximaal 6 m2 per gebouw en een bouwhoogte van maximaal 3 m.
De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan ter geleiding, begeleiding en regeling van het verkeer, geldt dat de bouwhoogte ten hoogste 3 m mag bedragen.
De voor Verkeer - Verblijfsgebied - 4 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van de regel 24.2 onder a en de regel 24.2 onder b voor:
De voor Water aangegeven gronden zijn bestemd voor:
Op of in de in regel 25.1 genoemde gronden mogen uitsluitend in de bestemming passende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd, zoals keermuren, oeverbeschoeiingen duikers, bruggen en steiger tot een maximum hoogte van 3 meter.
De voor Wonen - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a. wonen met de daarbij behorende tuinen en erven en in samenhang daarmee voor de uitoefening van aan-huis-verbonden beroepen;
b. ter plaatse van de aanduiding (gb) tevens voor garages en bergplaatsen;
c. ter plaatse van de aanduiding (dh) tevens voor opslag- en verkoopruimten.
Op of in de in lid 1 bedoelde gronden mogen uitsluitend in de bestemming passende bouwwerken
worden gebouwd, onder de voorwaarde dat ter plaatse van de aanduiding (z) geen bouwwerken
zijn toegestaan.
a. Hoofdgebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd binnen de op de plankaart
aangegeven bouwvlakken tot maximaal het aangegeven bebouwingspercentage; wanneer
geen bebouwingspercentage is aangegeven, mag het gehele bouwvlak worden bebouwd.
b. Het aantal bouwlagen mag niet meer bedragen dan op de plankaart is aangegeven.
c. Ter plaatse van de aanduiding 'onderdoorgang en/of overbouwing' zijn onderdoorgangen
en/of overbouwingen toegestaan, waarvoor een hoogte geldt van één bouwlaag.
d. Voor het bouwen van hoofdgebouwen ter plaatse van de aanduidingen (lb1) en (lb2) geldt
ook dat:
1. het aantal woningen zoals bestaand op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp
van het plan Vleuten niet mag toenemen;
2. alleen vrijstaande en twee-onder-een-kap hoofdgebouwen zijn toegestaan, met
uitzondering van de rijen met maximaal drie aaneengebouwde hoofdgebouwen die bestaan op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van dit plan;
3. uitsluitend aan de straatzijde in de bouwgrens moet worden gebouwd;
4. de breedte van de voorgevel niet meer mag bedragen dan 10 m;
5. de diepte van het hoofdgebouw niet meer mag bedragen dan 12 m;
6. de onderlinge afstand tussen de hoofdgebouwen niet minder dan 5 m mag bedragen
onder de voorwaarde dat wanneer de afstand tussen de hoofdgebouwen op het tijdstip
van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan kleiner is dan 5 m, deze afstand
mag worden gehandhaafd;
e. Hoofdgebouwen mogen worden afgedekt met een kap.
f. Hoofdgebouwen die bestaan ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerp van
plan Vleuten die niet voldoen aan hetgeen is bepaald onder de regels a tot en met e mogen worden gehandhaafd en vernieuwd, maar niet worden vergroot.
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen met betrekking tot:
a. de situering van bebouwing ten opzichte van een zijdelingse perceelsgrens, indien dit noodzakelijk is in verband met de bebouwingskarakteristiek van de omgeving en/of de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken;
b. de situering van gebouwen, indien dit noodzakelijk is in verband met het handhaven van parkeergelegenheid op het betreffende bouwperceel.
De uitoefening van een aan-huis-verbonden bedrijf in samenhang met wonen is uitsluitend toegestaan als voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
De uitoefening van een bed & breakfast is uitsluitend toegestaan als de hoofdbewoner minimaal 50% van de woning in gebruik houdt voor wonen.
Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling verlenen van het bepaalde in:
a. de regel 26.4.1 onder c voor bedrijfsactiviteiten in categorie 2 van de Lijst Bedrijfsactiviteiten (LvB), mits deze niet hinderlijker zijn voor de woonomgeving dan de bedrijfsactiviteiten in categorie 1 van de LvB;
b. de regel 26.4.1 onder c voor bedrijfsactiviteiten die niet in de LvB zijn genoemd, mits deze naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) geacht kunnen worden gelijk te zijn aan categorie 1 van de LvB.
De voor Wonen - 2 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
De uitoefening van een aan-huis-verbonden bedrijf in samenhang met wonen is uitsluitend toegestaan als voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
De uitoefening van een bed & breakfast is uitsluitend toegestaan als de hoofdbewoner minimaal 50% van de woning in gebruik houdt voor wonen.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de regel 27.3.1 onder c voor bedrijfsactiviteiten in categorie B2 van de bij deze regels behorende Lijst van Bedrijven functiemenging wanneer deze naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm alsmede getoetst aan de aangegeven maatgevende milieuaspecten) geacht kunnen worden gelijk te zijn aan categorie A of B1 van de bij deze regels behorende Lijst van Bedrijven functiemenging.
c. Dakterrassen op bijbehorende bouwwerken zijn uitsluitend toegestaan tot een diepte van maximaal 3 meter uit de achtergevel van een hoofdgebouw.
d. Op een dakterras zijn uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan in de vorm van hekwerken met een maximale bouwhoogte van 1.20 meter, gemeten vanaf een nagenoeg plat dakvlak.
e. Dakterrassen die niet voldoen aan het bepaalde onder a tot en met d mogen worden gehandhaafd, maar niet worden vernieuwd of vergroot.
De voor Wonen - 3 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
c. Bestaande bijbehorende bouwwerken die niet voldoen aan de regels onder a en b mogen worden gehandhaafd of vernieuwd, voor zover de afwijkingen niet worden vergroot.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de regel 28.2.1 onder d, ten behoeve van het aaneenbouwen van hoofdgebouwen, tot maximaal twee-aaneen, wanneer de bebouwingskarakteristiek van de omgeving niet onevenredig wordt aangetast.
De uitoefening van een aan-huis-verbonden bedrijf in samenhang met wonen is uitsluitend toegestaan als voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
De uitoefening van een bed & breakfast is uitsluitend toegestaan als de hoofdbewoner minimaal 50% van de woning in gebruik houdt voor wonen.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de regel 28.4.1 onder c voor bedrijfsactiviteiten in categorie B2 van de Lijst van Bedrijven functiemenging, voorzover deze naar aard en invloed op de omgeving, gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm en de aangegeven maatgevende milieuaspecten, vergelijkbaar zijn met categorie A of B1 van de Lijst van Bedrijven functiemenging.
De voor Wonen - 4 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a. wonen met de daarbij behorende tuinen en erven en in samenhang daarmee voor de uitoefening van aan-huis-verbonden bedrijven en bed & breakfast.
a. Hoofdgebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd binnen de bouwvlakken.
b. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan op de verbeelding staat aangegeven.
c. De bestaande kapvorm of afdekking, zoals deze bestaat dient te worden gehandhaafd.
d. Bestaande hoofdgebouwen die niet voldoen aan hetgeen hier is bepaald mogen worden gehandhaafd en vernieuwd, maar niet vergroot.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 29.2.1 onder b en c, voor het wijzigen van een bestaande kap of bijzondere bouwlaag of voor het realiseren van een kap of een bijzondere bouwlaag op een hoofdgebouw van een of twee bouwlagen, onder de voorwaarden dat:
a. geen afbreuk wordt gedaan aan het stedenbouwkundige beeld van de desbetreffende straat of gebied, waaronder in ieder geval eenduidigheid in bebouwingshoogte wordt verstaan;
b. toepassing van deze ontheffingsbevoegdheid uitsluitend is toegestaan voor zover het hoofdgebouw is gelegen binnen de gebiedsaanduiding 'wro-zone-ontheffingsgebied' (zie de kaart in Bijlage 7 van de regels);
c. er geen onevenredige nadelige effecten ontstaan voor de gebruiksmogelijkheden, de privacy en bezonning voor aangelegen percelen;
d. ontheffing niet verleend wordt wanneer het hoofdgebouw al bestaat uit 4 of meer bouwlagen.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 29.2.1 onder b en c, voor het realiseren van een extra bouwlaag op een hoofdgebouw van één of twee bouwlaag of bouwlagen, onder de voorwaarden dat:
a. geen afbreuk wordt gedaan aan het stedenbouwkundige beeld van de desbetreffende straat of gebied, waaronder in ieder geval eenduidigheid in bebouwingshoogte wordt verstaan;
b. toepassing van deze ontheffingsbevoegdheid uitsluitend is toegestaan voor zover het hoofdgebouw is gelegen binnen de gebiedsaanduiding 'wro-zone-ontheffingsgebied' (zie de kaart in Bijlage 7 van de regels;
c. er geen onevenredige nadelige effecten ontstaan voor de gebruiksmogelijkheden, de privacy en bezonning voor aangelegen percelen;
d. de extra bouwlaag mag worden afgedekt met een kap of bijzondere bouwlaag, indien naast de onder sub a tot en met c genoemde voorwaarden, tevens wordt voldaan aan de volgende voorwaarde dat elders in de straat reeds hoofdgebouwen met vergelijkbare hoogte zijn afgedekt met een kap of een bijzondere bouwlaag.
De uitoefening van een aan-huis-verbonden bedrijf in samenhang met wonen is uitsluitend toegestaan als voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
De uitoefening van een bed & breakfast is uitsluitend toegestaan als de hoofdbewoner minimaal 50% van de woning in gebruik houdt voor wonen.
De voor Wonen - 5 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
De uitoefening van een aan-huis-verbonden bedrijf in samenhang met wonen is uitsluitend toegestaan als voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
De uitoefening van een bed & breakfast is uitsluitend toegestaan als de hoofdbewoner minimaal 50% van de woning in gebruik houdt voor wonen.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de regel 30.3.1 onder c voor bedrijfsactiviteiten in categorie B2 van de Lijst van Bedrijven functiemenging, voorzover deze naar aard en invloed op de omgeving, gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm en de aangegeven maatgevende milieuaspecten, vergelijkbaar zijn met categorie A of B1 van de Lijst van Bedrijven functiemenging.
De voor Wonen - 6 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
De uitoefening van een aan-huis-verbonden bedrijf in samenhang met wonen is uitsluitend toegestaan als voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
De uitoefening van een bed & breakfast is uitsluitend toegestaan als de hoofdbewoner minimaal 50% van de woning in gebruik houdt voor wonen.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de regel 31.3.1 onder c voor bedrijfsactiviteiten in categorie B2 van de Lijst van Bedrijven functiemenging, voorzover deze naar aard en invloed op de omgeving, gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm en de aangegeven maatgevende milieuaspecten, vergelijkbaar zijn met categorie A of B1 van de Lijst van Bedrijven functiemenging.
De voor Wonen - 7 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
c. De erfzone mag volledig worden bebouwd met bijbehorende bouwwerken.
d. Indien het achtererfgebied een oppervlakte heeft van minder dan 300 m2, mag maximaal 50% van het achtererfgebied met bijbehorende bouwwerken worden bebouwd, met een maximum van 30 m2 naast hetgeen is toegestaan in de erfzone.
e. Indien het achtererfgebied een oppervlakte heeft van 300 m2 tot 1500 m2, mag maximaal 10% van het achtererfgebied met bijbehorende bouwwerken worden bebouwd, met een maximum van 75 m2 naast hetgeen is toegestaan in de erfzone.
f. Indien het achtererfgebied een oppervlakte heeft van meer dan 1500 m2, mag maximaal 5% van het achtererfgebied met bijbehorende bouwwerken worden bebouwd, met een maximum van 125 m2 naast hetgeen is toegestaan in de erfzone.
g. Voor vrijstaande bijbehorende bouwwerken die worden afgedekt met een kap op percelen zoals bedoeld onder regel 32.2.2 b onder 3, mag de goothoogte maximaal 3 meter en de bouwhoogte maximaal 6 meter bedragen.
h. Bestaande bijbehorende bouwwerken die niet voldoen aan de regels onder a tot en met g mogen worden gehandhaafd of vernieuwd, voor zover de afwijkingen niet worden vergroot.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen met betrekking tot:
De uitoefening van een aan-huis-verbonden bedrijf in samenhang met wonen is uitsluitend toegestaan als voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
De uitoefening van een bed & breakfast in samenhang met wonen is uitsluitend toegestaan indien de hoofdbewoner minimaal 50% van de woning in gebruik houdt voor wonen.
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 32.1 onder b en in artikel 32.4.1 onder c voor bedrijfsactiviteiten in categorie B2 van de Lijst van Bedrijven functiemenging, indien en voor zover deze naar aard en invloed op de omgeving geacht kunnen worden gelijk te zijn aan categorie A of B1 van de Lijst van Bedrijven functiemenging.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de Lijst van Bedrijven functiemenging te wijzigen door het opnemen dan wel afvoeren van een bedrijf, indien ontwikkelingen op het gebied van de milieuhygiëne dan wel technologische ontwikkelingen daartoe aanleiding geven.
De voor Wonen - 8 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
d. De bestaande kapvorm of afdekking moet worden gehandhaafd.
e. Bestaande hoofdgebouwen die niet voldoen aan de regel onder a tot en met d mogen worden gehandhaafd of vernieuwd, maar de afwijkingen mogen niet worden vergroot.
De uitoefening van een aan-huis-verbonden bedrijf of in samenhang met wonen is uitsluitend toegestaan wanneer:
De uitoefening van een bed & breakfast is uitsluitend toegestaan als de hoofdbewoner minimaal 50% van de woning in gebruik houdt voor wonen.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de regel 33.3.1 onder c voor bedrijfsactiviteiten in categorie B2 van de Lijst van Bedrijven functiemenging, voorzover deze naar aard en invloed op de omgeving, gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm en de aangegeven maatgevende milieuaspecten, vergelijkbaar zijn met categorie A of B1 van de Lijst van Bedrijven functiemenging.
c. Dakterrassen op bijbehorende bouwwerken zijn uitsluitend toegestaan tot een diepte van maximaal 3 meter uit de achtergevel van een hoofdgebouw.
d. Op een dakterras zijn uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan in de vorm van hekwerken met een maximale bouwhoogte van 1.20 meter, gemeten vanaf een nagenoeg plat dakvlak.
e. Dakterrassen die niet voldoen aan het bepaalde onder a. tot en met d. mogen worden gehandhaafd, maar niet worden vernieuwd of vergroot.
De voor Wonen - 9 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
De uitoefening van een aan-huis-verbonden bedrijf in samenhang met wonen is uitsluitend toegestaan als voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
1. Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van de regel 47.1 onder h in voor het gebruik van woningen ten behoeve van kamerverhuur, mits:
a. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de inde omgeving aanwezige functies en waarden;
b. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden.
2. Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de regel 34.3.1 onder c voor bedrijfsactiviteiten in categorie B2 van de Lijst van Bedrijven functiemenging, voorzover deze naar aard en invloed op de omgeving, gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm en de aangegeven maatgevende milieuaspecten, vergelijkbaar zijn met categorie A of B1 van de Lijst van Bedrijven functiemenging.
De voor Leiding - Gas aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, ook bestemd voor aardgastransportleiding met een druk van ten hoogste 40 bar en daarbij behorende voorzieningen, met de hartlijn van de leiding uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'hartlijn leiding - gas'.
Burgemeester en wethouders kunnen door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in regel 35.2 ten behoeve van het bouwen overeenkomstig de andere bestemmingen van deze gronden, met inachtneming van de desbetreffende regels, onder de voorwaarden dat:
De voor Leiding - Riool aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor een rioolwaterpersleiding.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van de regels in artikel 36.2 voor het oprichten van bouwwerken ten behoeve van de bestemming waarmee onderhavige dubbelbestemming samenvalt, indien hiertegen uit hoofde van de bescherming van de leidingen geen bezwaar bestaat, daartoe dient vooraf advies te zijn verkregen van de betrokken leidingbeheerder.
De voor Leiding - Water aangewezen gronden zijn behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) mede bestemd voor een ondergrondse hoofdwaterleiding.
Binnen deze bestemming mogen, in afwijking van het bepaalde ten aanzien van de overige bestemmingen, uitsluitend in de bestemming passende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd, waarvan de hoogte niet meer mag bedragen dan 2 meter.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in regel 37.2 voor:
De voor Waarde - Archeologie aangewezen gronden zijn mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de archeologische waarden en verwachting.
Onder met het bestemmingsplan strijdig gebruik wordt in ieder geval begrepen, het handelen in strijd met de de Verordening op de Archeologische Monumentenzorg.
De voor Waarde - Beschermd stadsgezicht - 1 - Binnenstad aangewezen gronden zijn mede bestemd voor het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de met het beschermd stadsgezicht verbonden cultuurhistorische waarde.
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen aan de plaats en de afmetingen van bouwwerken ter instandhouding van de karakteristieke, met de historische ontwikkeling samenhangende ruimtelijke structuur en stedenbouwkundige kwaliteit van het beschermd stadsgezicht.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen aan de inrichting van de openbare ruimte
een en ander met inachtname van de in bijlage 2 de regels van het bestemmingsplan Binnenstad opgenomen dwarsprofielen.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in artikel 39.2 onder a voor het wijzigen van de breedte van een hoofdgebouw, mits de karakteristieke, met de historische ontwikkeling samenhangende ruimtelijke structuur en stedenbouwkundige kwaliteit van het beschermd stadsgezicht niet onevenredig worden aangetast.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in artikel 39.2 onder a ten behoeve van het verbouwen van twee zijdelings aan elkaar grenzende gebouwen, op geen van welke deze ontheffing eerder is toegepast, tot één geheel, mits:
a. er geen (delen van) muren worden verwijderd met monumentale (bouwhistorische) waarden;
b. de karakteristieke, met de historische ontwikkeling samenhangende ruimtelijke structuur en stedenbouwkundige kwaliteit van het beschermd stadsgezicht niet onevenredig worden aangetast;
c. de samenvoeging niet onomkeerbaar is.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen voor het bepaalde in artikel 39.2 onder b voor het bouwen van de voorgevel van een hoofdgebouw 1 meter voor of 1 meter achter de voorgevelrooilijn, mits de karakteristieke, met de historische ontwikkeling samenhangende ruimtelijke structuur en stedenbouwkundige kwaliteit van het beschermd stadsgezicht niet onevenredig worden aangetast.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen voor het bepaalde in artikel 39.2 onder c voor het bouwen van de achtergevel van een hoofdgebouw 1 meter voor of 1 meter achter de achtergevelrooilijn, mits de karakteristieke, met de historische ontwikkeling samenhangende ruimtelijke structuur en stedenbouwkundige kwaliteit van het beschermd stadsgezicht niet onevenredig worden aangetast.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in artikel 39.2 onder d ten behoeve van het wijzigen van de afdekking van een hoofdgebouw met een andere nokrichting en kapvorm dan bestaand, mits de karakteristieke, met de historische ontwikkeling samenhangende ruimtelijke structuur en stedenbouwkundige kwaliteit van het beschermd stadsgezicht niet onevenredig worden aangetast.
a. het is verboden binnen de bestemming Waarde - Beschermd stadsgezicht - 1 - Binnenstad zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
1. het geheel of gedeeltelijk slopen van bouwwerken.
b. het verbod, als bedoeld in lid 39.9 onder a, is niet van toepassing indien de werken of werkzaamheden:
1. mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende aanlegvergunning;
2. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van in werking treden van het plan;
3. behoren tot het normale onderhoud en beheer van de gronden;
4. indien en voor zover reeds goedkeuring, vergunning of ontheffing is vereist uit hoofde van een wet, een algemene maatregel van bestuur of een gemeentelijke of provinciale verordening waarbij de schoonheid en het karakter van het beschermd stadsgezicht (mede) in overweging zijn genomen.
c. Burgemeester en wethouders verlenen de in lid 39.9 onder a. bedoelde vergunning niet, indien door de in dat lid genoemde werken en werkzaamheden de stedenbouwkundige waarden of de schoonheid en het karakter van het beschermd stadsgezicht worden aangetast.
De voor Waarde - Beschermd stadsgezicht - 2 - Minstroom aangewezen gronden zijn mede bestemd voor het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de met het beschermd stadsgezicht verbonden cultuurhistorische waarde.
De cultuurhistorische waarden in het gebied vinden bescherming in de regel Artikel 29 Wonen - 4.
De voor Waarde - Beschermd stadsgezicht - 3 - Oost aangewezen gronden zijn mede bestemd voor het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de met het beschermd stadsgezicht verbonden cultuurhistorische waarde.
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
a. de dakafdekking van een hoofdgebouw mag niet worden gewijzigd.
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 41.2 onder a ten behoeve van:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen aan de plaats en de afmetingen van bouwwerken ter instandhouding van de karakteristieke, met de historische ontwikkeling samenhangende ruimtelijke structuur en stedenbouwkundige kwaliteit van het beschermd stadsgezicht.
De voor Waarde - Landschap aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de bestaande kavelpatronen.
Op of in de in regel 42.1 genoemde gronden mag worden gebouwd overeenkomstig de andere daar voorkomende bestemmingen.
De voor Waterstaat - Waterkering aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het in stand houden en het onderhoud van de waterkering naast de andere krachtens dit plan hieraan gegeven bestemmingen.
Binnen deze bestemming mogen, in afwijking van het bepaalde ten aanzien van de overige bestemmingen, uitsluitend in de bestemming passende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd, waarvan de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 2 meter.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij een omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in regel 43.2 voor:
De voor 'Waterstaat - Waterstaatkundige functie' aangewezen gronden zijn behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), primair bestemd voor de waterhuishouding en het in stand houden en het onderhoud van de waterkering.
Binnen deze bestemming mogen bouwwerken ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 44.2 voor het bouwen en/of vergroten van bouwwerken volgens de bestemming, mits geen onevenredige aantasting plaats vindt van het doelmatig functioneren van de primaire waterkering en de waterhuishouding en toestaan dat de gronden gebruikt worden conform de bestemming, gehoord de beheerder van de waterkering.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Op grond van de regels in hoofdstuk 2 is slechts toegestaan onder de voorwaarde dat voldoende parkeergelegenheid voor auto's en fietsen wordt gerealiseerd of in stand gehouden.
Onder met het bestemmingsplan strijdig gebruik wordt in ieder geval begrepen het gebruik van of het laten gebruiken van:
Het gebruik op grond van de regels in hoofdstuk 2 is slechts toegestaan onder de voorwaarde dat voldoende parkeergelegenheid voor auto's en fietsen wordt gerealiseerd of in stand gehouden.
Ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone industrie' ligt de rond het industrieterrein gelegen zone als bedoeld in hoofdstuk V van de Wet geluidhinder buiten welke zone de geluidbelasting vanwege het industrieterrein de waarde van 50dB(A) niet te boven mag gaan.
Wgh-inrichtingen, uitgezonderd een motorcrossterrein, zijn uitsluitend toegestaan op het industrieterrein als omschreven in artikel 1, lid 1.41, ter plaatse van de aanduiding 'industrieterreinzone'.'
Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - bevi' zijn geen kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten als bedoeld in het Besluit externe veiligheid inrichtingen toegestaan.
Burgemeester en wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van:
Burgemeester en wethouders zijn, op grond van artikel 3.6 Wro, bevoegd:
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan Actualisering diverse gebieden 2016.