direct naar inhoud van 4.2 Uitgangspunten
Plan: Dorp
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0339.BP2012Dorp-OW01

4.2 Uitgangspunten

Het conserverende deel van het bestemmingsplan bestaat uit de huidige situatie van het plangebied. Dit wil echter niet zeggen dat er geen ontwikkelingen mogelijk zijn. Voor het plangebied zijn momenteel nog geen nieuwbouwplannen uitgewerkt die in dit bestemmingsplan voorzien zijn van een passende regeling. De ontwikkelingen betreffen dan ook hoofdzakelijk uitbreidingen of aanpassingen voor de bestaande bebouwing en inrichting van het openbaar gebied.

Bij het bestemmen van de bestaande woonwijken moet worden nagedacht over de uniformiteit van de juridische regeling versus eventuele beperking óf verruiming van bestaande rechten (bijvoorbeeld ten aanzien van dakopbouwen, bedrijf-aan-huis en erfbebouwing).

Wijzigingsbevoegdheden zijn opgenomen op die locaties waar nog ontwikkeling naar andere functies mogelijk of wenselijk wordt geacht.

4.2.1 Ruimtelijke structuur

Voor de hoofdbebouwingsstructuur zijn als regel de geldende bestemmingsregelingen als uitgangspunt genomen. Hierbij wordt extra aandacht geschonken aan het eigen karakter van ieder object. De bestaande ruimtelijke kwaliteit dient immers beschermd te worden door:

  • de beeldbepalende groenstructuren te borgen;
  • waar mogelijk ruimte te bieden voor versterking van het leefklimaat;
  • ruimte te bieden voor gedifferentieerde en aantrekkelijke woonmilieus;
  • voldoende uitbreidingsmogelijkheden te bieden voor bestaande woningen.

Het plan is zo opgezet dat waar mogelijk ruimte is geboden om de ruimtelijke structuur in het plangebied te versterken. Onder andere door de bestemmingen voor de openbare ruimte flexibel te houden wordt de mogelijkheid tot versterking van de structuur vergroot. In voorliggend bestemmingsplan worden daarnaast mogelijkheden geboden voor uit- en aanbouwen bij woningen. Met de uitbreidingsruimte is rekening gehouden met de bestaande uitbreidingsruimte uit de geldende plannen.

Openbare ruimte
De openbare (open) ruimten, te weten wegen - en soortgelijke verkeers - en verblijfsruimten, water en groen zijn zoveel mogelijk als zodanig bestemd. Binnen de diverse bestemmingen zijn verscheidene mogelijkheden opgenomen voor het uitvoeren van ondergeschikte aanpassingen in de bestaande inrichting.
In het nieuwe bestemmingsplan wordt uitgegaan van de bestaande verkeerssituatie. Voor alle wegen in het plangebied is één verkeersbestemming opgenomen die zowel de verkeersfunctie vertolkt als de verblijfsfunctie van de in het plangebied voorkomende wegennet.

Watergangen en -partijen met een structurele functie voor waterberging en waterhuishouding zijn specifiek bestemd tot "Water". De beeldbepalende verblijfsruimten met een overwegend groen karakter hebben de bestemming "Groen" gekregen. De kleinere groene gebieden, zoals de bermen langs wegen, worden geregeld binnen de verkeersbestemming. Met het bestemmen op deze wijze wordt het mogelijk om het openbare gebied opnieuw in te richten. Hierbij wordt op buurtniveau bekeken welke behoeften en problemen er zijn op het gebied van parkeren, groen en speelvoorzieningen.

4.2.2 Functionele structuur

Wonen
Het grootste deel van het plangebied bestaat uit de woonfunctie. Het is dan ook gewenst de huidige woonfunctie in het gebied te handhaven. Dit betekent dat bij het ontstaan van vrije ruimten in de eerste plaats wordt gedacht aan opvulling met de woonfunctie of functies die de woonfunctie ondersteunen. Hierbij is het wel van belang om te zorgen dat de nieuwe woonfunctie niet leidt tot een toename van de parkeerdruk in het openbaar gebied. Indien in het openbaar gebied geen parkeergelegenheid is dan dient dit op eigen terrein aangelegd te worden.

  • Aanpassingen aan de woning
    Over het algemeen kan worden gesteld dat bij het ouder worden van de woning, de wens tot verandering in en aan de woning zal toenemen. Deze hebben over het algemeen betrekking op het uitbreiden van de woonruimte, het luxer maken van de woning of een grotere of nieuwe berging/garage in de achter-, zij- of voortuin. Deze nieuwe wensen hangen voor een groot deel samen met de verandering van levensfase (kinderen uit huis, pensionering e.d.).
    Het nieuwe bestemmingsplan dient mogelijkheden te bieden voor veranderde verbouw- en gebruikswensen. Dit betekent echter niet dat de uitbreiding van de woningen ongelimiteerd kan zijn. De ruimte is doorgaans beperkt. Uitbreidingen aan de woning kunnen hinderlijk zijn voor de buren, omdat de ruimte tussen woningen in veel situaties te krap is of wordt. Ook laten de stedenbouwkundige opzet en de architectuur niet elke willekeurige verbouwing of gebruiksverandering toe.
    De mogelijkheden om een woning aan te passen zijn met name geregeld in de bestemming "Wonen" en in mindere mate in de bestemming "Tuin".
  • Maximaal toegestane oppervlakte
    Overigens worden de werkelijke mogelijkheden tot uitbreiding van de woning op kleinere percelen, bijvoorbeeld bij tussenwoningen, in de praktijk beïnvloed en soms beperkt vanwege een bepaling in de regels omtrent de maximum toegestane oppervlakte aan bouwwerken per perceel. Deze bepaling houdt rekening met de grootte van het perceel, teneinde te voorkomen dat een te grote bebouwingsmassa ontstaat, welke uit stedenbouwkundige- en rechtszekerheidsoverwegingen ongewenst is.
    Voor aan- en uitbouwen buiten het bouwvlak zijn bepalingen opgenomen waarmee voorkomen wordt dat onaanvaardbare uitbreidingen van de woningen plaatsvinden. Daarnaast is in de regels voor de algemene woonbestemming vastgelegd dat de gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen, kleine bouwwerken en aanbouwen aan de oorspronkelijke woning als recht 50% mag bedragen van de oppervlakte van het bouwperceel, met dien verstande dat de maximale oppervlakte voor bijgebouwen en overkappingen buiten het bouwvlak echter niet meer mag zijn dan 60 m². Gevolg hiervan is, dat bij kleine percelen soms een keuze gemaakt moet worden tussen òf een uitbreiding van de woning, òf de bouw van een bijgebouw. In enkele specifieke gevallen, kan middels een afwijking de maximale oppervlakte aan bijgebouwen worden verhoogd tot 75 m2.
  • Achterzijde van de woning
    Aanbouwen aan de achterzijde van de woning worden toegestaan binnen de bestemming 'Wonen'. De aanbouwmogelijkheid aan de achterzijde van de oorspronkelijke woning mag worden uitgebreid met een diepte van 3 meter. De goothoogte mag niet meer dan 3 meter bedragen en de bouwhoogte maximaal 5 meter.
  • Zijkant van de woning
    Voor uitbreidingsmogelijkheden aan de zijkant van een woning zijn voor verschillende situaties ook verschillende oplossingen wenselijk. Immers een dergelijke uitbreiding heeft een directe uitstraling op de omgeving en is in dat opzicht gelijkwaardig aan de voorgevel van de woning. Voor uitbreiding aan de zijkant is het daarom gewenst dat maatwerk wordt toegepast per situatie. Op welke wijze omgegaan wordt bij de beoordeling van plannen voor de uitbreiding van de woning aan de zijkant wordt hierna beschreven.
    Uitgangspunt bij de beoordeling is dat de uitbreiding zelf ondergeschikt blijft aan het volume van het hoofdgebouw (de oorspronkelijke woning).
    De woning kan standaard worden uitgebreid tot 3 meter breed, gemeten vanuit de zijgevel. De uitbouw dient drie meter terug te liggen ten opzichte van de bestaande voorgevel van de woning. De goothoogte mag maximaal 3 meter bedragen en de bouwhoogte 5 meter. De uitbreiding mag tevens aansluiten bij de uitbreidingen aan de achterzijde van de woning.
  • Tuinen
    De tuinen behorende bij de woningen in de verschillende buurten dragen in hoge mate bij aan de groenstructuur van de buurt. Vandaar dat de gronden gelegen tussen de bebouwing en de openbare weg, zoveel mogelijk als tuin zijn bestemd.
    Op deze wijze wordt het groene karakter van de buurt op de kaart beter aangegeven en komt het werkelijke profiel van het openbare gebied tussen de bebouwing beter in beeld.
  • Carports voor de woning
    In dit bestemmingsplan is het niet toegestaan om aan de voorzijde van een woning een nieuwe carport op te richten. De bestaande carports in het plangebied die voor de woningen staan worden toegestaan.
    Er zijn situaties denkbaar dat in individuele gevallen een carport wel acceptabel kan zijn. Bijvoorbeeld bij de aanwezigheid van meerdere vergelijkbare carports in een serie woningen. Dit kan echter alleen op individueel niveau worden beoordeeld en vereist daarom een aparte ruimtelijke procedure.
  • Functiemenging
    De vraag kan worden gesteld in hoeverre de leefbaarheid van een wijk wordt verhoogd door het toelaten van beroepsmatige activiteiten aan huis. Steeds vaker wordt een sterkere verwevenheid van wonen en werken bepleit; functiemenging binnen een woonbuurt.
    Met functiemenging kan enerzijds een bijdrage worden geleverd aan het plaatselijke voorzieningenniveau. Anderzijds kan het werken-aan-huis een stimulans geven aan de economische ontwikkelingen. Veel startende ondernemers zijn op deze manier begonnen. Bij de uitbreiding van de activiteiten dient vanzelfsprekend uitgezien te worden naar meer passende huisvesting.
    In principe staat de gemeente positief tegenover deze ontwikkeling, echter zonder de mogelijke nadelen uit het oog te verliezen. Binnen de ruimtelijk-functionele opzet van bestaande woonwijken zijn de mogelijkheden namelijk doorgaans beperkt. Voorkomen dient te worden dat er overlast voor het wonen ontstaat, omdat bijvoorbeeld het verkeerssysteem, parkeervoorzieningen en de verkaveling niet inspelen op andere functies en de gevolgen van die andere functies. In het bestemmingsplan zijn derhalve voorwaarden opgenomen waarmee voorkomen wordt dat beroepsmatige activiteiten aan huis hinder veroorzaken voor de omgeving.

Maatschappelijk
Zoals uit de beschrijving van de bestaande situatie blijkt, bevinden zich in het plangebied meerdere maatschappelijke voorzieningen. Voor de meeste van deze maatschappelijke voorzieningen worden geen ingrijpende veranderingen verwacht. In dit bestemmingsplan wordt derhalve volstaan met het positief bestemmen van de aanwezige maatschappelijke voorzieningen.

Voor de kerken en basisschool Stifthorst is een specifieke aanduiding opgenomen zodat rekening kan worden gehouden met de bestaande kenmerken en activiteiten van deze maatschappelijke functies. Daarnaast biedt dit zekerheid voor de voortzetting van hun activiteiten in de toekomst. Voor de overige maatschappelijke functies is enige flexibiliteit gewenst. Deze maatschappelijke voorzieningen zijn dan ook niet specifiek bestemd. Een wisseling van de maatschappelijke functie is op deze locaties dan ook toegestaan.

Voor basisschool De Borgwal is in verband met een mogelijke functieverandering naar wonen, binnen de planperiode van 10 jaar, een wijzigingsbevoegdheid opgenomen. De wijzigingsbevoegdheid maakt het onder bepaalde voorwaarden mogelijk om het gehele terrein van basisschool De Borgwal te gebruiken voor woningbouw.

Overige functies
Voor sporthal De Hokhorst en de horecagelegenheid De Zwaan zijn passende bestemmingen opgenomen, zodat de huidige activiteiten onveranderd voortgezet kunnen worden. Daarnaast krijgen ook de verschillende detailhandelsvestigingen en bedrijven langs de Dorpsstraat een passende bestemming.

4.2.3 Cultuurhistorie en archeologie

Waarden beschermd dorpsgezicht
Een deel van het plangebied is sinds 1966 aangewezen als beschermd dorpsgezicht. Tot het gebied dat is aangewezen als beschermd dorpsgezicht behoren het Kasteel Renswoude, de omliggende gronden met het Grand Canal, recreatiepark De Kweek, de Nederlands Hervormde kerk en enkele woningen. Samen vormen zij een karakteristiek dorpsbeeld. Doel van het bestemmingsplan is dan ook om dit unieke dorpsbeeld te behouden. De specifieke waarden van het gebied zijn in de aanwijzing als volgt beschreven:

De bebouwing die onderdeel is van het beschermd dorpsgezicht bezit een eigen karakter. Reden voor dit eigen karakter ligt in het feit dat Renswoude één van de weinige overgebleven plaatsen in Nederland is waar belangrijke resten van een grootse parkaanleg uit de tijd van de barok aanwezig zijn. Het hoofdelement in deze aanleg wordt gevormd door het kasteel, dat met zijn bouwhuizen gelegen is in een park van landschappelijke aanleg, waarvan de middenas aan de oostzijde van de straatweg zich voortzet in het Grand Canal. Naast het kasteel bevindt zich de uit het architectonisch oogpunt interessant Nederlands Hervormde Kerk eveneens afkomstig uit de 17de eeuw. Naast de kasteel en de kerk bevinden zich langs de Dorpsstraat ter hoogte van het kasteelterrein en de kerk een fraaie reeks van huizen. Deze huizen zijn afkomstig uit de 18de eeuw. De contrasterende elementen van de kleine dorpshuizen, het adellijk slot en de kerk, vormen in hun historisch verband een uniek geheel. De omschreven elementen bieden de gelegenheid om een afwisselend dorpsgezicht te beschermen met diverse gebouwen en beplanting die grote historische schoonheidswaarde hebben.  

Doorwerking beschermd dorpsgezicht in bestemmingsplan
Om de waarden van het beschermd dorpsgezicht te beschermen zijn in dit bestemmingsplan naast een dubbelbestemming ook aparte enkelbestemmingen opgenomen voor de gronden die deel uitmaken van het beschermd dorpsgezicht. Doel van deze dubbelbestemming en enkelbestemmingen is om de specifieke waarden en kenmerken van het gebied zoals beschreven in de aanwijzing te behouden.

De grens die voor de dubbelstemming wordt gehanteerd is gebaseerd op de begrenzing zoals die in 1966 bij het besluit van de Minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk en de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening is vastgesteld.

De enkelbestemmingen ter bescherming van het beschermd dorpsgezicht liggen logischerwijs binnen de dubbelbestemming van het beschermde dorpsgezicht. De enkelbestemmingen hebben echter uitsluitend betrekking op de gebouwen en gronden die ook daadwerkelijk in de aanwijzing worden bedoeld. Omdat de begrenzing in 1966 handmatig is vastgelegd is geconstateerd dat een klein deel van de buurt Renswoude noord binnen de begrenzing van het beschermd dorpsgezicht ligt. Dit heeft er toe geleid dat delen van de achtertuinen van de percelen langs de Dorpsstraat niet voorzien zijn van de beschermende enkelbestemmingen. Delen van deze achtertuinen zijn namelijk bij de ontwikkeling van Renswoude noord gebruikt voor nieuwbouw en herbergen derhalve geen waarden.

afbeelding "i_NL.IMRO.0339.BP2012Dorp-OW01_0005.jpg"

afbeelding - oorspronkelijke begrenzing beschermd dorpsgezicht conform aanwijzingsbesluit

De bestemmingsregeling die er voor moet zorgen dat het beschermd dorpsgezicht haar kenmerken blijft behouden heeft betrekking op de meest waardevolle onderdelen, zoals:

  • het kasteel uit 1654 met park;
  • het Grand Canal met bomenrijen;
  • de Nederlands Hervormde Kerk met oprijlaan;
  • de fraaie reeks huizen uit de 18de eeuw en;
  • de voormalige pastorie nu in gebruik als gemeentehuis.

Voor de verschillende waardevolle onderdelen van het beschermd dorpsgezicht zijn passende bestemmingen (onder andere "Wonen - Beschermd dorpsgezicht" en "Natuur - Kasteelpark") opgenomen. De regelingen behorende bij deze bestemmingen sluiten nadelige effecten voor het karakteristieke dorpsbeeld uit.

Historische Buitenplaats
Delen van het gebied dat is aangewezen als beschermd dorpsgezicht hebben ook de status van Historische Buitenplaats. De historische buitenplaats Renswoude is op 28 oktober 2002 door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed aangewezen.

De historische buitenplaats Renswoude wordt in het noorden begrensd door de bebouwing van het dorp Renswoude en de Arnhemseweg en heeft de 700 meter lange waterallee als uitloper, in het zuiden en oosten vormt de Emminkhuizerlaan de begrenzing en in het westen vormen de weilanden waarin enkele boomgroepen en de coulisse-achtige zoom de grens.

Binnen de historische buitenplaats hebben verschillende gebouwen, bouwwerken en attributen de status van monument gekregen. In totaal zijn er binnen de buitenplaats 23 monumenten aanwezig. De meest ruimtelijke relevante monumenten zijn:

  • Kasteel Renswoude;
  • Historische tuin- en parkaanleg;
  • Bouwhuis noord en zuid;
  • Duiventoren;
  • Kasteelboerderij;
  • Timmerschuur;
  • Prieel.

Naast de bovenstaande monumenten zijn ook meerdere tuinvazen, tuinbanken, sokkels, bruggen en toegangshekken als monument aangewezen. Het geheel van de 23 monumenten is met name in cultuur-, architectuur- en tuinhistorisch opzicht van algemeen belang.

Omdat de meeste van de 23 monumenten ook onderdeel zijn van het beschermd dorpsgezicht wordt voor de historische buitenplaats geen aparte regeling in het bestemmingsplan opgenomen. Redenen hiervoor zijn dat de aangewezen monumenten al beschermd zijn op basis van de Monumentenwet, en ten tweede zijn in het bestemmingsplan in het kader van de aanwijzing als beschermd dorpsgezicht passende bestemmingen opgenomen die ook al voorzien in de bescherming van de ruimtelijke relevante monumenten. Daarnaast is het bestemmingsplan een ruimtelijke instrument en valt het beschermen van tuinvazen, sokkels en tuinbanken buiten de reikwijdte van het bestemmingsplan.

Gemeentelijk archeologische beleid
De gemeente Renswoude heeft samen met de gemeente Woudenberg een archeologisch beleidskader op laten stellen voor de beide gemeentelijke grondgebieden.

In het plangebied zijn op basis van het gemeentelijke archeologiebeleid verschillende archeologische (verwachtings)waarden aanwezig (zie paragraaf 5.1). Het bestemmingsplan heeft als uitgangspunt om de aanwezige (verwachtings)waarden zo goed mogelijk te beschermen. Het beschermen van de gronden met bepaalde archeologische (verwachtings)waarden in het plangebied gebeurt door middel van het opnemen van meerdere dubbelbestemmingen.

4.2.4 Beekweide in ontwikkeling

Op 2 september 2008 is het bestemmingsplan voor Beekweide vastgesteld. Dit bestemmingsplan vormt de basis voor de ontwikkeling van de woonbuurt Beekweide. Het bestemmingsplan is globaal van opzet en bestaat hoofdzakelijk uit één groot woonvlak. In de afgelopen jaren is de globale woonbestemming al voor een belangrijk deel uitgewerkt. De verkaveling voor de wijk ligt reeds vast en ook de (water)infrastructuur heeft nu een vaste plek in het gebied gekregen. Ongeveer de helft van het gebied Beekweide is ontwikkeld en in de komende jaren zullen de plannen voor het nog te ontwikkelen deel nader uitgewerkt worden.

De gemeente acht het wenselijk om de woonbuurt Beekweide ook in een nieuw bestemmingsplan op te nemen. Zodoende maakt de woonbuurt Beekweide, zowel het reeds ontwikkelde deel als het nog uit te werken deel, onderdeel uit van dit bestemmingsplan. Uitgangspunt is om de woningen, wegen, groenstroken en waterpartijen die gedetailleerd zijn uitgewerkt ook gedetailleerd te bestemmen. In dit bestemmingsplan hebben deze functies dan ook een passende bestemming gekregen. Voor het nog te realiseren deel is aangesloten bij de ruimte die het bestemmingsplan Beekweide uit 2008 biedt. Dit betekent dat in dit bestemmingsplan een uit te werken woonbestemming is opgenomen waarin nog voldoende flexibiliteit aanwezig is om in te spelen op de actuele behoefte op de woningmarkt.