Burgemeester en wethouders zijn bevoegd omgevingsvergunning te verlenen ter afwijking van het bepaalde in artikel 7 lid 1 voor een kelder of een garage dan wel het onderheien van een tuin, met dien verstande dat:
op (delen van) ondergrondse bouwwerken buiten het bouwvlak het bepaalde in artikel 5 lid 2.2 sub a onverminderd van toepassing is;
deze omgevingsvergunning uitsluitend wordt verleend indien de bebouwingskarakteristiek van de omgeving niet wordt aangetast en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken niet onevenredig worden beperkt.