Plan: | Utrechtseweg 371 375 en Utrechtseweg 302 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0307.BP00052-0301 |
Externe veiligheid heeft betrekking op de gevaren die mensen in de directe omgeving lopen als gevolg van een ongeval waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken. In het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen (BEVI) wordt onderscheid gemaakt tussen inrichtingen waar gevaarlijke stoffen worden bewaard en/of bewerkt en transportroutes waarlangs gevaarlijke stoffen worden vervoerd. De aan deze activiteiten verbonden risico's moeten aanvaardbaar blijven. Voor zowel bedrijvigheid als vervoer van gevaarlijke stoffen zijn twee aspecten van belang, te weten het plaatsgebonden risico en het groepsrisico. Voor bedrijvigheid is dit geregeld in het Besluit externe veiligheid inrichtingen (BEVI). Voor het vervoer van gevaarlijke stoffen is dit geregeld in de Circulaire risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen. Zowel in het besluit als in de circulaire zijn de centrale begrippen het plaatsgebonden en het groepsrisico.
Externe veiligheid (PR en GR) speelt een rol bij het transport van gevaarlijke stoffen over de weg (in de omgeving van het plangebied via de A28, Rondweg-Zuid en Stichtse Rotonde). De routing gevaarlijke stoffen loopt via de A28 naar de A1. De risico's van het wegtransport van gevaarlijke stoffen zijn door provincie Utrecht onderzocht in 2001 ('Risico's wegtransport gevaarlijke stoffen provincie Utrecht peiljaar 2001'- AVIV, 6 februari 2002). Uit deze gegevens kan geconcludeerd worden dat de 10-6-contour voor het plaatsgebonden risico op de Rondweg-Zuid en de Stichtse Rotonde niet aanwezig is (dus op 0 meter van de wegas ligt). De oriƫnterende waarde van het groepsrisico wordt niet overschreden. Voor het transport over de A28 heeft in 2003 een nader onderzoek plaatsgevonden ('Externe veiligheid A28 Utrecht - Amersfoort'- AVIV, 30 september 2003 in opdracht van Rijkswaterstaat Directie Utrecht). Uit dit onderzoek blijkt dat de PR-contour van de A28 ook op 0 meter van de wegas ligt. Het voorliggende bestemmingsplan ligt niet binnen de invloedssfeer van de genoemde wegen.
Over het spoortraject Amersfoort - Utrecht vindt op grond van zowel het basisnet als conform de Circulaire risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen geen transport plaats van gevaarlijk stoffen.
In de nabijheid van het plangebied ligt de vliegbasis Kamp Soesterberg (Het Zeisterspoor 8-10 te Soesterberg). Een deel daarvan is een MOB-complex (Main Operating Base) dat deels op het grondgebied van Amersfoort ligt. Op dit complex zijn opslagplaatsen met munitie aanwezig. Voor wat betreft de externe veiligheid van dit terrein is de circulaire van Van Houwelingen (april 1988) van toepassing. Deze circulaire beschrijft de zonering rond munitieopslagen. Per contour gelden beperkingen. Voor dit bestemmingsplan zijn alleen de C-zones van belang. De beperking die binnen de C-zone geldt betreft gebouwen met vlies- of gordijngevelconstructies en gebouwen met zeer grote glasoppervlakten, waarin zich als regel een groot aantal personen bevindt. Binnen de C-zone bevindt zich het perceel Utrechtseweg 302 (op bijgaande afbeelding met een rode cirkel aangeduid). Bij de nieuwbouw van de woning op dat perceel zal aan de voorwaarden ten aanzien van de constructie/glasoppervlakken worden voldaan. Het perceel Utrechtseweg 371/375 ligt buiten de zones van de vliegbasis.
In de bijlage "Ruimtelijke onderbouwing Utrechtseweg 371 en 375" is daarnaast ook aandacht besteedt aan het aspect externe veiligheid. Gewest Eemland heeft aangegeven dat er geen risico's t.a.v. externe veiligheid zich voordoen. In de bijlage externe veiligheid is de e-mailwisseling van de heer Van Kooten en Sietse van der Hoek van Eemland opgenomen.
figuur: zonering MOB-complex
Het plangebied ligt niet binnen de invloedssfeer van risicovolle objecten. Het groepsrisico speelt hier derhalve geen rol. Het aspect externe veiligheid vormt geen belemmering voor de in dit bestemmingsplan opgenomen mogelijkheid voor de bouw van woningen.