direct naar inhoud van 4.3 Bedrijven en milieuzonering
Plan: Waardenburg-West
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0304.BPwaardenburgwest-1303

4.3 Bedrijven en milieuzonering

4.3.1 Milieuzonering

Beleidskader

Door middel van de Wet milieubeheer wordt milieuhinder in woonsituaties zoveel mogelijk voorkomen. Bedrijven en instellingen die hinder veroorzaken moeten een vergunning hebben in het kader van de Wet milieubeheer of vallen onder één van de AMvB's op grond van deze wet. In aanvulling op de milieuvergunningen worden ook afstanden vastgelegd tussen bedrijven en woonbuurten (woningen). Deze afstanden zijn naast de factoren aard en omvang van het bedrijf mede afhankelijk van de omgeving.

Regeling

Het gebied Waardenburg-West bestaat voor een groot deel uit kleinschalige bedrijvigheid met bedrijfswoningen. Daarnaast zijn woningen, maatschappelijke voorzieningen, agrarisch gebied en bosgebied belangrijke functies in het gebied. Het gebied is, over het geheel gezien, te typeren als een woon-werkgebied met lichte bedrijvigheid. Er dient echter rekening gehouden te worden met de woningen en het bosgebied; dit zijn gevoelige gebieden voor bepaalde milieuaspecten.

Om de toelaatbaarheid van bedrijfsactiviteiten in dit bestemmingsplan vast te leggen is gebruikgemaakt van een milieucategorieën. Deze categorieën zorgt ervoor dat milieubelastende functies (zoals bedrijven) en milieugevoelige functies (zoals woningen) waar nodig ruimtelijk voldoende worden gescheiden.

Voor de milieuzonering in dit bestemmingsplan is gebruik gemaakt van de 'Staat van Bedrijfsactiviteiten bestemmingsplan Waardenburg-West'. Deze is gebaseerd op de VNG-publicatie Bedrijven en milieuzonering (2009). De Staat van Bedrijfsactiviteiten wordt gehanteerd om de toelaatbaarheid van bedrijfsactiviteiten op een samenhangend wijze in relatie tot de aanwezige woonbebouwing goed te regelen. Dit gebeurt door het aanhouden van richtafstanden tussen deze milieugevoelige en milieubelastende activiteiten.

Voor een rustige woonomgeving gelden andere afstanden (strengere eisen) dan voor andere gebieden, zoals drukke woonwijken, gemengde en landelijke gebieden.

Het bestemmingsplangebied kan door de aanwezigheid van een wegen, bedrijven, woonbebouwing en gemengde lintbebouwing gekarakteriseerd worden als een gemengd gebied. Kenmerkend voor een gemengd gebied is dat sprake is van een zekere verstoring en dus van een relevant andere omgevingskwaliteit dan in een rustig woongebied. Een overschrijding van de wettelijke norm (qua geluidsbelasting, stof, geur en gevaar) is echter niet toelaatbaar.

Richtafstanden

De Staat van Bedrijfsactiviteiten onderscheidt een tiental milieucategorieën. De volgende tabel geeft voor beide omgevingstypen (rustige woonwijk en gemengd gebied) per milieucategorie inzicht in de gewenste richtafstanden. De richtafstand geldt tussen de grens van de bestemming die bedrijven toelaat en de uiterste situering van de gevel van een woning die volgens het bestemmingsplan (of via omgevingsvergunningvrij bouwen) mogelijk is. Daarbij gaat het nadrukkelijk om een richtafstand. Kleinere afwijkingen ten opzichte van deze afstand zijn mogelijk zonder dat hierdoor knelpunten hoeven te ontstaan.

Milieucategorie   richtafstand in meters    
gebiedstype   rustige woonwijk   gemengd gebied  
1   10   0  
2   30   10  
3.1   50   30  
3.2   100   50  
4.1   200   100  
4.2   300   200  
5.1   500   300  
5.2   700   500  
5.3   1.000   700  
6   1.500   1.000  

N.B.: Deze afstandscontouren worden in bijna alle gevallen door het milieuaspect geluid bepaald.

4.3.2 Bedrijvenlijst

De als bijlage bij de regels van het bestemmingsplan opgenomen Staat van Bedrijfsactiviteiten is gebaseerd op de categorale bedrijfsindeling uit de herziene uitgave van de publicatie “Bedrijven en milieuzonering” (Vereniging van Nederlandse gemeenten; editie 2009). Naast de omschrijving van de bedrijfstypen is in deze Bedrijvenlijst (in de kolom “CATEGORIE”) aangegeven tot welke milieucategorie een bepaald bedrijfsactiviteit wordt gerekend, alsmede (in de kolom “GROOTSTE AFSTAND”) welke zogenaamde grootste afstand in meters daarvoor geldt. Dit is de indicatie van de minimale afstand die in beginsel van een dergelijk bedrijf tot een rustige woonwijk aangehouden dient te worden.

Al naar gelang de aard van de bedrijvigheid, varieert de aan te houden grootste afstand, bijvoorbeeld van 10 meter bij milieucategorie 2, tot 30 meter en 50 meter bij milieucategorie 3.1 en 3.2 en 100 meter en 200 meter categorie 4.1 en 4.2.

Doordat bij de milieucategorisering uitgegaan moet worden van gemiddelden, dienen de in de Staat van Bedrijfsactiviteiten genoemde afstanden niet als vaststaande normen, maar als indicaties te worden gehanteerd.

Voor het plangebied Waardenburg-West is gezien de menging van wonen en werken een maximale bedrijfscategorie 2 toegestaan. Alle aanwezige bedrijven, behalve de twee onderstaande bedrijven met maatbestemming passen binnen categorie 2. Dit geldt ook voor de drukkerij aan Achterweg 16, welke specifiek is benoemd omdat drukkerijen veelal in categorie 3 (moeten) worden ingedeeld. Dit bedrijf heeft dan ook geen maatbestemming gekregen.

Alle bestaande bedrijven met een hogere milieucategorie (categorie 3.1) krijgen een maatbestemming. Het betreft hier de bedrijven:

  • Achterweg 3: Handelsonderneming in auto's met spuitinrichting: categorie 3.1. De maatbestemming hiervoor wordt 'specifieke vorm van bedrijf - autospuitinrichting' (sb-asi);
  • Steenweg 12: Autoschadeherstelbedrijf met spuitinrichting: categorie 3.1. De maatbestemming hiervoor wordt 'specifieke vorm van bedrijf - autospuitinrichting' (sb-asi).

Uitgangspunt in het voorliggende bestemmingsplan is beheer van de reeds bestaande en vergunde situatie. Vastlegging van de milieucategorieën heeft geen nadelig effect voor de aanwezige bedrijven of woningen.

4.3.3 Overige functies

In het plangebied liggen een beperkt aantal bedrijfswoningen. Deze woningen bezitten een minder gevoelige geluidsstatus dan de woningen met een woonbestemming. Er wordt vanuit gegaan dat de regelgeving op basis van de Wet Milieubeheer voor deze bedrijfswoningen afdoende bescherming biedt.

De bedrijfswoningen krijgen een maatbestemming door middel van de aanduiding 'bedrijfswoning' en nieuwe bedrijfswoningen worden niet mogelijk gemaakt in (de planregels van) het bestemmingsplan.