direct naar inhoud van 3.3 Regionaal beleid
Plan: Waardenburg-West
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0304.BPwaardenburgwest-1303

3.3 Regionaal beleid

3.3.1 Structuurvisie Rivierenland 2004-2015

De gemeente Neerijnen maakt onderdeel uit van de regio Rivierenland. De Structuurvisie Rivierenland 2004-2015 (januari 2004) formuleert als hoofdopgave het behouden en versterken van het unieke karakter van de regio rond de ruimtelijke structuurdragers die de eigenheid van dit landschap bepalen. De ruimtelijke structuurdragers zijn de uiterwaarden, dijken, oeverwallen en kommen en het cultuurhistorische landschap (bijvoorbeeld de Nieuwe Hollandse Waterlinie). De ruimtelijke structuurdragers geven de richting aan waarin verstedelijking, de functies van het landelijk gebied, verkeer en vervoer,recreatie en toerisme zich in het Rivierenland mogen ontwikkelen, zodat het unieke landschap met haar contrasten behouden blijft dan wel wordt versterkt. De hoofdinfrastructuur wordt door de regio mede als leidend gezien voor toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen.

Voor de hele regio geldt een kwalitatieve benadering van nieuwe verstedelijking, ruimtelijk geduid met de kwaliteitscontouren zoals deze voor de periode tot 2015 rond de kernen zijn getrokken in het kader van het Experiment Ruimtelijk Beleid Rivierenland.

De kernen van de gemeente Neerijnen zijn woonkernen met, ondergeschikt, een aantal voorzieningen. Deze voorzieningen hebben geen regionale functie. Ook dienen de kernen niet als opvang voor de regionale woonvraag.

Het ruimtelijk beeld op basis van de eerder genoemde structuurdragers en de opgaven voor het gebied leiden tot de volgende koers voor ruimtelijke ontwikkelingen:

  • water als structurerend element: meervoudig ruimtegebruik met verbreding van watergangen en concretiseren zoekgebieden waterberging;
  • contouren voor zoekruimte verstedelijking tot 2015 volgens experiment 'een lijn voor kwaliteit' blijft uitgangspunt;
  • functieverandering in het landelijk gebied voor kommen en oeverwallen differentiëren;
  • structuurversterkende bebouwing aan de dijk;
  • ontwikkeling meer samenhangend toeristisch-recreatief aanbod rond 'boegbeelden' en concentratiepunten;
  • uitvoering door middel van een ruimtelijke projectenagenda.

Conclusie

Voor het plangebied is er geen specifiek project benoemd vanuit de Structuurvisie.

3.3.2 Regiocontract 2012-2015

Met ingang van 1 januari 2012 is het nieuwe Regiocontract Regio Rivierenland (RRR) van start gegaan. Het Regiocontract Regio Rivierenland is de opvolger van wat in de wandelgangen ook wel het Regiocontract werd genoemd en liep tot en met 2015. Het RRR is ondertekend door de provincie Gelderland en de 10 gemeenten in de regio.

Het RRR omvat 5 deelprogramma te weten:

  • Welvarend;
  • Aantrekkelijk;
  • Participerend;
  • Bereikbaar en
  • Zelfredzaam.

Via deze deelprogramma's worden een groot aantal doelstellingen en ambities gerealiseerd door te uitvoering van projecten en andere activiteiten. Via de verschillende deelprogramma's worden ruimtelijke projecten uitgewerkt.

Conclusie

Voor het plangebied is er geen specifiek project benoemd vanuit het RRR.

3.3.3 Sociaaleconomische Visie Rivierenland 2009-2020

Deze sociaaleconomische visie van Regio Rivierenland 2009-2020 is gemaakt voor en door de elf gemeenten in de regio, in samenwerking met de Kamer van Koophandel, het Bedrijfsleven en overige maatschappelijke partijen.

Rivierenland kiest in de Sociaaleconomische visie voor een beleidsagenda met vier strategische beleidsthema’s:

  • 1. Intensivering van de onderlinge samenwerking;
  • 2. Versterking van werklocaties en werklandschappen;
  • 3. Krachtige marketing, promotie en aquisitie van de regio;
  • 4. Verbetering van commerciële en maatschappelijke voorzieningen.

Deze thema’s met bijbehorende uitwerkingen plus de bestaande sociaaleconomische activiteiten zijn onder de pijler Welvarend Rivierenland opgenomen in Eigen-Wijs Rivierenland, het Regionaal Ontwikkelingsprogramma 2008-2011.

De regio heeft gekozen voor deze vier sociaaleconomische beleidsthema’s omdat ze effect hebben (inspanning op deze terreinen levert het meeste op ten opzichte van de investering) en stuurbaar zijn (dit beleid kan Rivierenland écht beïnvloeden). Bovendien sluiten deze beleidsthema’s goed aan bij de Structuurvisie.

Conclusie

Voor het plangebied is er geen specifiek project benoemd vanuit de Sociaaleconomische Visie.

3.3.4 Integraal Waterbeheersplan Gelders Rivierengebied 2002-2006/Nota waterbeheer in stedelijk gebied

Het Waterschap Rivierenland heeft uitgangspunten uiteengezet voor een duurzaam stedelijk waterbeheer. Deze uitgangspunten zijn ook in het Integraal Waterbeheersplan Gelders Rivierengebied 2002-2006 en in de Nota waterbeheer in stedelijk gebied opgenomen.

In het kader van duurzaam waterbeheer hanteert het waterschap naast de drietapsstrategie 'Vasthouden, bergen en afvoeren' de drietrapsstrategie 'Schoonhouden, scheiden en zuiveren’. Als uitwerking van 'Schoonhouden, scheiden en zuiveren' hanteert het waterschap voor de afvoer van hemelwater de beslisboom voor hemelwater, waarbij leidraad is dat schoon hemelwater niet thuis hoort in het riool maar moet worden afgekoppeld.

Bij uitbreiding van het verhard oppervlak, dient er afhankelijk van de mate van toename van het verhard oppervlak compenserend oppervlak aan open water te worden gegraven. Zodoende kan de door toename verhard oppervlak veroorzaakte versnelde afvoer van het hemelwater naar het oppervlaktewater opgevangen worden, zodat niet elders in het peilgebied ongewenste peilstijgingen optreden. Hiermee wordt invulling gegeven aan de drietapsstrategie 'Vasthouden, bergen en afvoeren’.

Waterschap Rivierenland stelt momenteel samen met de gemeente een waterplan op, waarin de visie en ambities, knelpunten en bijbehorende maatregelen worden vastgelegd. Overeenkomstig de ambities zoals opgenomen in het waterplan (in ontwikkeling) en de beslisboom omgang met hemelwater dient zoveel mogelijk hemelwater afgekoppeld te worden bij nieuwbouw en herbouw. Gezien de ondergrond van het plangebied zal dit uiteindelijk afgevoerd worden naar het oppervlaktewater.

Conclusie

De gemeente zal het waterbeleid kritisch volgen. In de normenstudie is het waterbergingsvraagstuk voor het gebied gedetailleerder bestudeerd. In het kader van het momenteel op te stellen waterplan (door waterschap en gemeente) zal duidelijker naar voren komen of er daadwerkelijk geen maatregelen voor het plangebied genomen dienen te worden.