direct naar inhoud van 4.2 Ecologie
Plan: NUNSPEET NOORD-OOST
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0302.BP01095-vg02

4.2 Ecologie

Toetsingskader en beleid

Bij elk ruimtelijk plan moet, met het oog op de natuurbescherming, rekening worden gehouden met de Natuurbeschermingswet en de Flora- en faunawet. Hierbij moet worden aangetoond dat, als gevolg van de geplande activiteiten, de gunstige staat van instandhouding van waardevolle dier- en plantensoorten niet in het geding komt. Er wordt onderscheid gemaakt tussen gebiedsbescherming en soortenbescherming.

Gebiedsbescherming

De bescherming van Natura 2000-gebieden en Beschermde Natuurmonumenten is geregeld in de Natuurbeschermingswet. Als ontwikkelingen (mogelijk) leiden tot aantasting van de natuurwaarden binnen deze gebieden, moet een vergunning worden aangevraagd. Daarnaast moet rekening worden gehouden met het beleid ten aanzien van de EHS. Ten aanzien van ontwikkelingen binnen de EHS geldt het 'nee, tenzij-principe'.

Soortenbescherming

Op grond van de Flora- en faunawet geldt een algemeen verbod op het verstoren en vernietigen van beschermde plantensoorten, beschermde diersoorten en hun vaste rust- of verblijfplaatsen. Onder voorwaarden is ontheffing van deze verbodsbepalingen mogelijk. Voor soorten die vermeld staan in Bijlage IV van de Habitatrichtlijn en een aantal Rodelijstsoorten zijn deze voorwaarden zeer streng.

Toetsing en uitgangspunten bestemmingsplan

Het plangebied ligt te midden van het Nationale landschap de Veluwe. Aan de zuidoostzijde van Nunspeet ligt het Natura 2000-gebied de Veluwe (geel) en de EHS (groen). Een klein deel aan de oostzijde van het plangebied valt binnen het Natura 2000-gebied en binnen de EHS. Het bestemmingsplan voorziet in dit gebied geen nieuwe ontwikkelingen. In onderstaande figuur is de ligging van de beschermingsgebieden weergegeven.

afbeelding "i_NL.IMRO.0302.BP01095-vg02_0009.jpg"

Fragment gebiedendatabase (www.synbiosys.alterra.nl)

Gezien het conserverende karakter van dit bestemmingsplan is de ligging grenzend aan de natuurgebieden geen belemmering voor dit bestemmingsplan. Ook ten aanzien van eventuele soorten die zich in het plangebied bevinden, vormt het bestemmingsplan geen belemmering omdat het ten opzichte van het geldende bestemmingsplan geen (nieuwe) ontwikkelingen mogelijk maakt die invloed hebben op de beschermde gebieden en soorten.

Vanuit het omgevingsaspect ecologie worden geen aanvullende eisen gesteld aan dit bestemmingsplan.