direct naar inhoud van 4.2 Ecologie
Plan: ELSPEET DORP 2011
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0302.BP01067-vg02

4.2 Ecologie

Toetsingskader en beleid

Bij elk ruimtelijk plan dient, met het oog op de natuurbescherming, rekening te worden gehouden met de Natuurbeschermingswet en de Flora- en faunawet. Hierbij moet worden aangetoond dat, als gevolg van de geplande activiteiten, de gunstige staat van instandhouding van waardevolle dier- en plantensoorten niet in het geding komt. Er wordt onderscheid gemaakt tussen gebiedsbescherming en soortenbescherming.

Gebiedsbescherming

De bescherming van Natura 2000-gebieden en Beschermde Natuurmonumenten is geregeld in de Natuurbeschermingswet. Indien ontwikkelingen (mogelijk) leiden tot aantasting van de natuurwaarden binnen deze gebieden, moet een vergunning worden aangevraagd. Daarnaast moet rekening worden gehouden met het beleid ten aanzien van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Ten aanzien van ontwikkelingen binnen de EHS geldt het 'nee, tenzij-principe'.

Soortenbescherming

Op grond van de Flora- en faunawet geldt een algemeen verbod voor het verstoren en vernietigen van beschermde plantensoorten, beschermde diersoorten en hun vaste rust- of verblijfplaatsen. Onder voorwaarden is ontheffing van deze verbodsbepalingen mogelijk. Voor soorten die vermeld staan in Bijlage IV van de Habitatrichtlijn en een aantal Rode-Lijst-soorten zijn deze voorwaarden zeer streng.

Toetsing en uitgangspunten bestemmingsplan

Het plangebied ligt te midden van Natura 2000-gebied de Veluwe. Dit gebied is tevens aangewezen als EHS-gebied. Daarnaast liggen er binnen het Natura 2000-gebied Veluwe twee Beschermde Natuurmonumenten: Mosterdveen en Leemputten. In onderstaande figuur is de ligging van Elspeet te midden van het Natura 2000-gebied (geel) en de EHS (groen) weergegeven. Voor een groot deel overlappen deze gebieden elkaar.

afbeelding "i_NL.IMRO.0302.BP01067-vg02_0006.png"

Fragment gebiedendatabase (www.synbiosys.alterra.nl)

Gezien het conserverende karakter van dit bestemmingsplan, is de ligging te midden van deze natuurgebieden geen belemmering voor dit bestemmingsplan. Ook ten aanzien van eventuele soorten die zich in het plangebied bevinden, vormt het bestemmingsplan geen belemmering omdat het ten opzichte van het vigerende bestemmingsplan geen (nieuwe) ontwikkelingen mogelijk maakt.

Vanuit het omgevingsaspect ecologie worden geen aanvullende eisen gesteld aan dit bestemmingsplan.