Plan: | Harderwijkerweg 51 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0302.BP01049-vg01 |
Het inhoudelijk kader beschrijft het verzoek van de aanvrager op basis waarvan de partiële herziening wordt opgestart, de achtergrond van het gebruik van het perceel, de huidige en het nieuwe planologische situatie, de effecten van het veranderde gebruik en de voorwaarden waaronder deze partiële herziening zou moeten plaatsvinden.
De Fam J.v.d. Werfhorst en W. Vermeulen, wonende Elspeet, hebben het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nunspeet verzocht mee te werken aan een bestemmingsplanwijziging ten behoeve van het realiseren van een dubbelwoonhuis aan de Harderwijkerweg 50-51 55 in Nunspeet, ter vervanging van één woning en één noodwoning met bijgebouwen. Het perceel is gelegen in de kom van de gemeente Nunspeet. De nieuwe woningen worden onder architectuur gebouwd. En passen in de welstandnota van de gemeente Nunspeet. De uitstraling van de woningen refereren aan de architectuur van de jaren `30. Op het huidige perceel zijn een woning met twee noodwoningen aanwezig met twee schuren, deze situatie geeft een rommelig beeld en is ongewenst. In de nieuwe situatie wordt de aanwezige bebouwing geamoveerd en vervangen door nieuwbouw van twee woningen. Dit voornemen is inmiddels getoetst en op 19 oktober 2009 akkoord bevonden door de commissie ruimtelijke kwaliteit.
Het vigerend bestemmingsplan bied de mogelijkheid om één vrijstaande woning te bouwen de voorgenomen bestemmingswijziging maakt de bouw van een dubbelwoonhuis mogelijk. Dit maakt een herziening van het bestemmingsplan noodzakelijk.
Het onderhavige perceel is gelegen in de kom van de gemeente Nunspeet. De Harderwijkerweg kenmerkt zich door een brede laan met grote bomen met daartussen woningen met openruimten, deze structuur zal niet wijzigen.
Verbeelding luchtfoto locatie Harderwijkerweg 51-51a
De partiële herziening valt binnen het bestemmingsplan “Kom Nunspeet van juli 1978”,.
Het perceel heeft nu de bij elkaar behorende bestemmingen “Woondoeleinden”, “Erven” en “Tuinen”. Binnen deze bestemming is het oprichten van een twee-onder-eenkapwoning niet mogelijk. Een herziening van het bestemmingsplan is derhalve noodzakelijk.
verbeelding vigerend bestemmingsplan
Het bestemmingsplan is een middel waarmee functies aan gronden worden toegekend. Het gaat dus om het toekennen van gebruiksmogelijkheden. Op de plankaart is te vinden welke bestemming gronden hebben, en in de planregels zijn de bepalingen te vinden bij dat stuk grond. Vanuit de Wet ruimtelijke ordening volgt een belangrijk principe: het gaat om toelatingsplanologie. Het wordt de grondgebruiker (eigenaar, huurder etc.) toegestaan om de functie die het bestemmingsplan geeft uit te oefenen. Dit houdt in dat:
Een afgeleide van de gebruiksregels in het bestemmingsplan zijn regels voor bebouwing (bouwvergunning) en regels voor het verrichten van 'werken' (aanlegvergunning).
Een bestemmingsplan regelt derhalve:
en een bestemmingsplan kan daarbij regels geven voor:
Het bestemmingsplan is een belangrijk instrument voor het voeren van ruimtelijk beleid, maar het is niet het enige instrument. Andere wetten en regels zoals bijvoorbeeld de Woningwet, de Monumentenwet 1988, de Algemeen Plaatselijk Verordening, de Wet Milieubeheer en de bouwverordening zijn ook erg belangrijk voor het uitoefenen van ruimtelijke beleid.
Meer informatie over de rol en betekenis van het bestemmingsplan is te vinden op de site van de gemeente en op www.minvrom.nl.
Over bestemmen, dubbelbestemmen en aanduiden
Op de plankaart wordt aangegeven welke bestemming de gronden hebben. Dit gebeurt via een bestemmingsvlak. Voor het op de plankaart aangegeven bestemmingsvlak gelden de gebruiksmogelijkheden zoals die in de bijhorende regels worden gegeven. Die toegekende gebruiksmogelijkheden kunnen op twee manieren nader worden ingevuld:
Hoofdstukopbouw van de planregels
De planregels zijn verdeeld over 4 hoofdstukken:
Overgangs- en slotregels. In het laatste hoofdstuk wordt het overgangrecht geregeld en wordt bepaald hoe het bestemmingsplan heet (de slotregel).
Voorliggend bestemmingsplan bevat de volgende bestemmingen:
Wonen
De woonbestemming in het plangebied is toegekend aan de aanwezige woning en omliggend erf. De aanduiding twee-aan-een geeft aan dat een twee-onder-eenkapwoning kan worden opgericht. Daarnaast is voor de bijgebouwen een regeling opgenomen die de realisatie van een bijgebouw van 60 m² mogelijk maakt, mits het erf niet meer dan de helft is bebouwd. Het is niet toegestaan om in vrijstaande bijgebouwen te gaan wonen. De gronden en opstallen mogen niet gebruikt worden ten dienste van een bedrijf. Onder voorwaarden kan ontheffing worden verleend voor het starten van een bed-en-breakfastgelegenheid. Aan huis gebonden beroepen, zoals advocaat of notaris zijn ondergeschikt aan de woning of in een bijgebouw mogelijk.
Tuin
De tuinbestemming in het plangebied is toegekend aan de zijde van de woning welke grenst aan het openbaar gebied en loopt door tot drie meter achter de voorgevelrooilijn. Binnen deze bestemming is een regeling opgenomen dat er op deze gronden geen gebouwen kunnen worden opgericht. De gronden zijn bestemd voor het realiseren van tuinen en inritten ten behoeve van de woning. De maximale bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen voor de voorgevel is op 1 meter is begrenst.
Met dit hoofdstuk is voldaan aan artikel 3.1.3 van het Bro.
De effecten op de omgeving zullen ten gevolge van het bouwvoornemen verbeteren. De huidige situatie biedt door zijn veelheid aan gebouwtjes een rommelig karakter. De woonfunctie blijft ongewijzigd. De situering van de woonfunctie op het perceel verschuift. De bomenstructuur van de Harderwijkerweg blijft onaangetast. Het plan is getoetst en op 19 oktober 2009 akkoord bevonden door de commissie ruimtelijke kwaliteit.
Door het college van Burgemeester & Wethouders is medewerking aan het plan toegezegd onder de volgende voorwaarde dat er een akoestisch onderzoek wordt overlegd, waaruit blijkt dat ter plaatse een aanvaardbaar woon- en leefklimaat is gegarandeerd. Daarnaast dient een bodemonderzoek te worden uitgevoerd en een planschade overeenkomst te worden ondertekend. Daarnaast is aan het verzoek om bestemmingsplanherziening de verplichting gekoppeld dat de bestaande bebouwing wordt geamoveerd. Overige voorwaarden zijn niet anders dan in de regels van het bestemmingsplan is vastgelegd.