direct naar inhoud van Artikel 25 Algemene aanduidingsregels
Plan: Kernen Ooy, Oud-Zevenaar en Babberich
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0299.BP99KERNENOOB-VA01

Artikel 25 Algemene aanduidingsregels

25.1 milieuzone
25.1.1 aanduiding

Ter plaatse van aanduiding 'milieuzone' mogen geen stankgevoelige gebouwen worden gebouwd.

25.1.2 afwijken

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in sublid 25.1.1, ten behoeve van het bouwen overeenkomstig het bepaalde in artikel 18 (Wonen) mits kan worden voldaan aan het bepaalde bij en krachtens de Wet geurhinder en veehouderij, dan wel indien uit milieuhygiënisch onderzoek blijkt dat zulks geen belemmering oplevert.

25.2 ondergronds railverkeer

Ter plaatse van de aanduiding 'ondergronds railverkeer' zijn de gronden mede bestemd voor een beneden maaiveld gelegen spoorwegtunnel waarbij het bepaalde in artikel 15 (Verkeer - Railverkeer) van overeenkomstige toepassing is.

25.3 vrijwaringszone - molenbiotoop
25.3.1 aanduidingomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - molenbiotoop' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van de functie van de molen als werktuig en zijn waarde als landschapsbepalend element.

25.3.2 bouwregels

In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen in hoofdstuk 2 van deze regels mag niet hoger worden gebouwd dan (afstand bouwwerk en/of gebouw tot de molen in m)/50 + 3,2 m.

25.3.3 afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 25.3.2 voor het bouwen overeenkomstig het bepaalde in de andere bestemmingen, mits advies is verkregen van de beheerder van de molen.

25.4 verspreid voorkomende voorzieningen

Ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening' mag een nutsvoorziening worden gebouwd waarvan de bouwhoogte niet meer dan 3 m mag bedragen.