direct naar inhoud van Artikel 5 Natuur
Plan: MOB-complex Alverna
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0296.BGBmobcomplex-VG01

Artikel 5 Natuur

5.1 Bestemmingsomschrijving
5.1.1 Algemeen

De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. behoud, beheer, herstel en ontwikkeling van de cultuurhistorische, landschappelijke, aardkundige en natuurwaarden;
  • b. behoud, herstel en ontwikkeling van de bestaande biotopen;
  • c. waterhuishoudkundige doeleinden;
  • d. het als zodanig instandhouden van de niet-beboste gedeelten;
  • e. bosweiden;
  • f. extensief recreatief medegebruik;
  • g. voet- en fietspaden;
  • h. parkeervoorzieningen;
  • i. behoud en beheer van de cultuurhistorische waarden van de tankbaan en de onderhouds- en weegbrug, ter plaatse van de aanduiding "cultuurhistorische waarden";
  • j. behoud, beheer, herstel en ontwikkeling van de natuur- en cultuurhistorische waarden ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van natuur - bunker";

één en ander met bijbehorende voorzieningen en overeenkomstig de in 5.1.2. opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.

5.1.2 Nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving

In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 5.1.1:

a Bosweiden

De gronden ter plaatse van de aanduiding "groen" zijn bestemd voor bosweiden, alsmede voor recreatieve voorzieningen in de vorm van een speelveld.

b Parkeervoorzieningen

Binnen deze bestemming zijn maximaal 10 parkeerplaatsen toegestaan, met dien verstande dat de parkeerplaatsen op niet meer dan 20 m van de openbare weg mogen worden gerealiseerd.

5.2 Bouwregels
5.2.1 Algemeen

Op de gronden binnen deze bestemming zijn uitsluitend gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan die ten dienste staan van deze bestemming.

5.2.2 Gebouwen

Voor gebouwen geldt dat uitsluitend bestaande gebouwen ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak" zijn toegestaan, in de bestaande maatvoering en situering.

5.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. ter plaatse van de aanduiding "groen" zijn verlichtingsmasten niet toegestaan;
  • b. de bouwhoogte van erf- of terreinafscheidingen mag niet meer bedragen dan 2 m;
  • c. de bouwhoogte van bliksemafleiders mag niet meer bedragen dan 7 m;
  • d. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 3 m.
5.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van:

  • a. de situering van bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • b. de vorm van bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • c. de afmetingen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde;

één en ander in verband met behoud, beheer en herstel van de cultuurhistorische waarden van de gebouwen ter plaatse van de aanduiding "cultuurhistorische waarden" en "specifieke vorm van natuur - bunker".

5.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
5.4.1 Omgevingsvergunningplicht

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de in het schema onder 5.4.4. opgenomen werken en werkzaamheden uit te (doen) voeren.

5.4.2 Uitzonderingen vergunningplicht

Het onder 5.4.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:

  • a. waarvoor ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan vergunning is verleend;
  • b. welke ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan in uitvoering waren;
  • c. welke betreffen het normale onderhoud en/of landschapsbeheer.
5.4.3 Toetsing aan aanwezige waarden

De in 5.4.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend na een belangenafweging. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 5.4.4 de toetsingscriteria weergegeven.

5.4.4 Schema omgevingsvergunningen
Omgevingsvergunningplichtige werken/werkzaamheden   criteria voor verlening van de omgevingsvergunning  
   
het verwijderen van houtopstanden   deze werkzaamheden vinden plaats in het kader van het bos- of natuurbeheer;  
het diepploegen en diepwoelen van de bodem   deze werkzaamheden vinden plaats in het kader van het bos- of natuurbeheer;
de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de aardkundige waarden;  
het graven, ophogen en egaliseren van de bodem   deze werkzaamheden vinden plaats in het kader van het bos- of natuurbeheer;
de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van het reliëf;  
het aanbrengen van oppervlakteverhardingen en half verhardingen   de verhardingen zijn noodzakelijk voor het beheren dan wel verbeteren van bos en natuur dan wel voor het mogelijk maken van extensief recreatief medegebruik;
de verhardingen mogen geen onevenredige aantasting betekenen van de aanwezige natuurwaarden;
de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de aardkundige waarden;  
het aanbrengen van ondergrondse leidingen   er mag geen blijvende aantasting plaatsvinden van de aanwezige natuurwaarden
de werkzaamheden mogen niet leiden tot een onomkeerbare aantasting van de aardkundige waarden.