direct naar inhoud van Toelichting
Plan: Buitengebied, eerste herziening
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0285.20184-VS00

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding

Op 28 januari 2013 is het bestemmingsplan Buitengebied van de gemeente Voorst vastgesteld. Het bestemmingsplan is op 28 mei 2013 in werking getreden. Tegen dit vastgestelde bestemmingsplan is beroep aangetekend. Daarnaast is een aantal kennelijke omissies geconstateerd en is gebleken dat een aantal zaken die aangepast hadden moeten worden op basis van de Nota Zienswijzen, niet (correct) is doorgevoerd in het plan.

De hierboven genoemde kennelijke omissies, niet (correct) verwerkte zienswijzen en enkele zaken waarop het beroep betrekking heeft, worden door middel van voorliggende herziening 'hersteld'. Ook vinden enkele aanpassingen plaats om het plan te laten voldoen aan de eisen van SVBP 2012. Er is sprake van een herziening op onderdelen van het plan: alleen de te wijzigen bestemmingen worden opgenomen in dit plan. Overige bestemmingen blijven ongewijzigd van toepassing.

1.2 Doel en karakter van het bestemmingsplan

Doel

Doel van dit plan is een aantal zaken in het bestemmingsplan Buitengebied waartegen beroep is ingesteld te herzien. Daarnaast worden een aantal kennelijke omissies en niet correct verwerkte zienswijzen hersteld.

Karakter

Naar aanleiding van een ontvangen beroepsschrift, zienswijzen en geconstateerde kennelijke omissies worden zowel de verbeelding als de regels aangepast. Aanpassingen aan de regels zijn tekstuele aanpassingen en of toevoegingen.

Regels

In dit plan worden wijzigingen aangebracht in de volgende artikelen:

  • Begrippen (artikel 1)
  • Agrarisch (artikel 3)
  • Bedrijf (artikel 4)
  • Sport (artikel 19)
  • Verkeer (artikel 20)
  • Wonen (artikel 24)
  • Leiding - Gas (artikel 27)
  • Leiding - Hoogspanning (artikel 28)
  • Leiding - Riool (artikel 29)
  • Waarde - Landschap (artikel 38)
  • Algemene aanduidingsregels (artikel 44)
  • Algemene afwijkingsregels (artikel 46)
  • Slotregel (artikel 50)

De aanpassingen betreffen slechts kleine gedeelten van deze artikelen, zoals een bepaald sub of een formulering. De rest van het artikel blijft ongewijzigd. Alleen daar waar in een artikel iets gewijzigd wordt, dus in het betreffende sub of lid, wordt de gewijzigde tekst opgenomen. Bij de overige subs en leden, dus het gedeelte van het artikel dat niet gewijzigd wordt, wordt de tekst 'ongewijzigd' opgenomen. Zo is in één oogopslag duidelijk welk gedeelte van een artikel gewijzigd is, en welk gedeelte niet. Daar waar 'ongewijzigd' staat, blijft de regeling van het in werking getreden bestemmingsplan Buitengebied van kracht.

Om één en ander overzichtelijk te houden is in het verlengde van het bovenstaande besloten alle artikelen uit het in werking getreden plan in deze herziening op te nemen, dus artikel 1 t/m 50. Het merendeel van deze artikelen is ongewijzigd, bij deze artikelen is dan ook de tekst 'ongewijzigd' opgenomen. Hier wordt dus verwezen naar het vastgestelde plan. Met deze werkwijze komen de artikelnummers van onderhavige herziening en het moederplan overeen.
Een voorbeeld is het artikel 'Agrarisch' (dat inhoudelijk is aangepast), dat in beide plannen hetzelfde artikelnummer heeft (3).

Tenslotte wordt vermeld dat de artikelen, of delen, waarbij 'ongewijzigd' staat, niet herzien worden. Deze artikelen staan dus ook niet open voor zienswijzen en beroep.

Verbeelding

De plangrens van de herziening is dezelfde als de plangrens van het vastgestelde plan, uitgezonderd enkele percelen waarvoor in de tussentijd een nieuw (op zich staand) bestemmingsplan in procedure is gebracht. Binnen de plangrens ligt een aantal 'eilandjes' bestaande uit enkelbestemmingen, dubbelbestemmingen, bouwvlakken en/of aanduidingen. Dit zijn aanpassingen aan de verbeelding die zijn voortgekomen uit ingesteld beroep, zienswijzen of kennelijke omissies. Overige (dubbel)bestemmingen op deze gronden die zijn opgenomen in het moederplan, blijven onverkort van toepassing. De herziening dient dus altijd in samenhang met het moederplan gelezen te worden. Tussen de 'eilandjes' en de plangrens zijn verder geen bestemmingen opgenomen. Hier geldt de bestemmingslegging van het in werking getreden plan Buitengebied. Bij sommige van deze bestemmingen gelden dan echter wel de aangepaste regels zoals in dit plan opgenomen.

Toelichting

In de toelichting is onder andere beknopt beschreven welke zaken aangepast zijn, en waarom. Verder is de toelichting vrij beknopt van aard en wordt voor de meeste zaken verwezen naar de toelichting van het bestemmingsplan Buitengebied.

1.3 Leeswijzer

In hoofdstuk 2 wordt beknopt beschreven welke zaken in dit plan herzien zijn, en wat het resultaat is van de aanpassing. Hoofdstuk 3 bevat de toetsing van het plan aan beleidskaders, waar hoofdstuk 4 ingaat op toetsing aan sectorale wet- en regelgeving. In hoofdstuk 5 wordt de economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid behandeld.

In het tweede deel van dit plan, de regels (voorschriften), zijn alle artikelen uit het vastgestelde plan opgenomen. Zoals in 1.2 vermeld, is bij de meeste artikelen 'ongewijzigd' opgenomen. In dergelijke gevallen wordt dus verwezen naar het vastgestelde bestemmingsplan Buitengebied.

Hoofdstuk 2 Beknopte omschrijving van de aanpassingen

2.1 Inleiding

In dit hoofdstuk zijn de te herziene zaken beschreven en kort gemotiveerd. De herziene zaken kunnen voortvloeien uit aangetekend beroep, kennelijke omissies of (abusievelijk) niet verwerkte zienswijzen. Daarom is onderscheid gemaakt tussen deze drie aanleidingen. Daarnaast vinden enkele aanpassingen plaats die voortvloeien uit de SVBP 2012 (Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen).

2.2 Aanpassingen voortvloeiend uit beroepsschriften

B.1 (dubbel)bestemming Leiding - Gas (verbeelding)

De belemmeringenstrook voor een hoofd-aardgastransportleiding moet op grond van artikel 14, 1e lid Bevb (Besluit externe veiligheid buisleidingen) 5 meter bedragen.
De belemmeringenstroken zijn voor deze hoofd-aardgastransportleidingen aangepast. Alleen de dubbelbestemming is in de verbeelding weergegeven. De onderliggende bestemmingen blijven onverkort van toepassing.

B.2 (dubbel)bestemming Leiding - Gas (artikel 27)

In artikel 14, 2e lid onder b van het Bevb is bepaald dat binnen de belemmeringenstrook een vergunningstelsel voor het uitvoeren van een werk, geen gebouw zijnde of van werkzaamheden moet zijn opgenomen. In de toelichting op dit artikel is opgenomen dat uit oogpunt van zorgvuldige besluitvorming (afdeling 3.2 van de Algemene wet bestuursrecht) burgemeester en wethouders daarbij de mening van de exploitant over de veiligheid van de buisleiding moeten betrekken. De verplichting om de mening van de leidingexploitant te vragen ontbreekt in artikel 27.4.3. Deze verplichting is in artikel 27.4.4 alsnog opgenomen.

2.3 Aanpassingen voortvloeiend uit Nota Zienswijzen

N.1 Fietspad langs Zeedijk in Terwolde

In het kader van het ontwerpbestemmingsplan is door Exploitatie- en beheermaatschappij G. Boot een zienswijze ingediend. In deze zienswijze is de wens geuit om de bestemming 'openbare weg' op het perceel M357 te verwijderen. De raad heeft met deze zienswijze ingestemd. Abusievelijk is dit besluit niet in de verbeelding verwerkt.
Dit wordt alsnog aangepast. De aanwezige dubbelbestemmingen zijn niet gewijzigd en worden ook niet weergegeven.

2.4 Aanpassingen voortvloeiend uit kennelijke omissies

O.1 Twelloseweg 33-35 in Terwolde

Twelloseweg 33-35 is oorspronkelijk als dubbele woning gebouwd en als zodanig in 1933 vergund. In de verbeelding is aan deze woningen de bestemming 'Wonen' toegekend. De aanduiding dat er twee woningen aanwezig mogen zijn ontbreekt. Dit wordt hersteld door in de verbeelding de betreffende maatvoeringsaanduiding op te nemen. De overige in het moederplan aangegeven (dubbel)bestemmingen zijn ongewijzigd van toepassing.

O.2 Aangeven bouwvlakje voor een bouwwerk aan de Leemsteeg hoek Zwaluwenweg

Door belanghebbende is verzocht om in het bestemmingsplan Buitengebied nabij Leemsteeg/ hoek Zwaluwenweg alsnog een bouwvlak op te nemen zodat een met vergunning gebouwde schuilstal geheel vernieuwd kan worden. Voor de betreffende schuilstal is op 21 december 1981 vergunning verleend. Tijdens de periode dat het voorontwerpbestemmingsplan Buitengebied ter inzage lag, heeft belanghebbende een inspraakreactie gegeven met toen ook het verzoek om een bouwvlak op te nemen. Dit is destijds niet gehonoreerd, omdat verondersteld werd dat voor het bouwwerk geen bouwvergunning verleend was. Nu bekend is dat deze wel is verleend, is het op zijn plaats om alsnog een bouwvlak op te nemen. In de verbeelding wordt een bouwvlak aangegeven met de betreffende aanduidingssymbolen en maatvoeringsaanduiding. De overige in het moederplan aangegeven (dubbel)bestemmingen zijn ongewijzigd van toepassing.

O.3 Opnemen van schuur binnen het bouwvlak aan de Aerdenbroek 6 in Wilp-Achterhoek

Belanghebbende heeft geconstateerd dat een schuur op zijn adres, Aerdenbroek 6, niet binnen het bestemmingsvlak 'Wonen' is opgenomen. De schuur is met vergunning gebouwd (vergunning 309/1979 d.d. 25-5-1982). Hij verzoekt nu het bestemmingsplan aan te passen zodat de schuur wel binnen het bestemmingsvlak wordt opgenomen. Uit kostenbesparing heeft in het kader van het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied geen uitgebreide inventarisatie plaatsgevonden in het veld. Hierdoor kan het dus voorkomen dat topografische ondergronden onvolledig zijn en dus ook de ondergronden voor het bestemmingsplan niet volledig zijn. Hetzelfde geldt voor de grootschalige basiskaart. De bewuste schuur staat hierop niet aangegeven. Door elk adres aan te schrijven is getracht gegevens boven water te krijgen.
Wanneer belanghebbende in eerder stadium zou hebben gereageerd, dan zou het bestemmingsplan, zoals dat in veel gevallen is gebeurd, op dat onderdeel aangepast zijn. Uit oogpunt van het gelijkheidsbeginsel is het niet bezwaarlijk het bestemmingsplan nu alsnog aan te passen. In de verbeelding wordt het bouwvlak 'Wonen' vergroot. De overige in het moederplan aangegeven (dubbel)bestemmingen zijn ongewijzigd van toepassing.

O.4 Correct weergeven van de ligging van de hoogspanningslijn met beschermingszone bij bedrijventerreinen Nijverheid-'t Belt

Tijdens de voorbereidingen van het bestemmingsplan Bedrijventerreinen Nijverheid-'t Belt, Twello is gebleken dat de ligging van de aanwezige hoogspanningsleiding met bijbehorende beschermingszone die aangrenzend aan dat plan in bestemmingsplan Buitengebied is opgenomen, niet correct is weergegeven. Het is wenselijk dit te herstellen. In de verbeelding wordt de juiste ligging met de beschermingszone weergegeven. De overige in het moederplan aangegeven (dubbel)bestemmingen zijn ongewijzigd van toepassing.

O.5 Verruimen bouwvlak bij Meermuidenseweg 7 in Twello

De bewoner van Meermuidenseweg 7 heeft een omgevingsvergunning gevraagd voor het aanbouwen van een veranda aan zijn woning Meermuidenseweg 7. Bij de toetsing van de aanvraag aan het bestemmingsplan is gebleken dat een klein deel van de bestaande woning buiten het bouwvlak is gelegen. Uit ruimtelijk oogpunt is het niet bezwaarlijk om het bouwvlak te verruimen waardoor de woning geheel binnen het bouwvlak is gelegen. De verruiming is zo aangegeven, dat de veranda ook gebouwd kan worden binnen het bouwvlak. De overige in het moederplan aangegeven (dubbel)bestemmingen zijn ongewijzigd van toepassing.

O.6 Opnemen van een bouwvlak ter plaatse van een schuur behorend bij het bedrijf gelegen aan de Hengelderweg 6 in Voorst

Tegenover het bedrijf Vitalis aan de Hengelderweg 6 staat een schuur op korte afstand van de Hengelderweg. Voor deze schuur is op 20 juli 1954 bouwvergunning verleend. Abusievelijk is geen bouwvlak aangegeven. Nu wordt alsnog een bouwvlak aangegeven waarbij de bestaande maatvoering het uitgangspunt is. Om te benadrukken dat de schuur onderdeel uitmaakt van het bedrijf Vitalis, wordt een 'relatieteken' aangegeven. In de verbeelding wordt een bouwvlak aangegeven met de betreffende maatvoeringsaanduiding en figuur 'relatie'. De overige in het moederplan aangegeven (dubbel)bestemmingen zijn ongewijzigd van toepassing.

O.7 DPO-leiding Voorsterklei.

Tijdens de voorbereidingen van het bestemmingsplan 'Dijkverlegging Voorsterklei' is gebleken dat de ligging van de DPO-leiding (Defensie Pijpleidingen Organisatie) in het plangebied van het Buitengebied niet goed is weergegeven. Er wordt een correctie doorgevoerd. In de verbeelding wordt de juiste ligging met de beschermingszone weergegeven. De overige in het moederplan aangegeven (dubbel)bestemmingen zijn ongewijzigd van toepassing.

O.8 Aangeven van een bouwvlak ter plaatse van een veeschuur naast Broekstraat 15 in Klarenbeek

Broekstraat 15 is een voormalige boerderijwoning met daar omheen een aantal bijgebouwen. Broekstraat 15 is aangeduid met de bestemming 'Wonen'. De bewuste schuur in het weiland staat niet in het bestemmingsvlak 'Wonen'. In het buitengebied staan op diverse locaties 'solitaire' schuren waaraan bouwvlakken zijn toegekend met een aanduiding sba-bsm (specifieke bouwaanduiding - bestaande maten). De bouwvlakken zijn strak om de bestaande bebouwing getekend. De aanduiding 'bestaande maten' houdt in dat de bestaande hoogtematen de maximale toegestane hoogtematen zijn. In de verbeelding wordt een bouwvlak aangegeven met de betreffende aanduidingssymbolen en maatvoeringsaanduiding. De overige in het moederplan aangegeven (dubbel)bestemmingen zijn ongewijzigd van toepassing.

O.9 Aanpassing plangrens aan de Voordersteeg

Gebleken is dat de plangrens met het plangebied van het bestemmingsplan De Schaker Twello niet correct is weergegeven. De betreffende gronden worden in het plan opgenomen en bestemd als 'Agrarisch' en de dubbelbestemmingen 'Waarde - Archeologie- 6' en 'Waarde - Landschap'. Bovendien wordt ook de gebiedsaanduiding 'reconstructiewetzone - verwevingsgebied' aangegeven.

O.10 Correctie 1 in Bijlage 3 Oppervlakte bebouwing niet-agrarische bedrijven

Withagenweg 40 in Wilp:
Voor dit bedrijf is in de bijlage van de planregels een bebouwingsmogelijkheid aangegeven dat ten behoeve van bedrijfsgebouwen 1370 m2 gebouwd mag worden. Deze oppervlakte is overgenomen uit het voorgaande bestemmingsplan Buitengebied 1996. In 2009 is echter een bestuurlijke toezegging gedaan dat vrijstelling verleend zal worden van maximaal 10%. Totaal kan er dus 1507 m2 gebouwd worden. Bij de planvorming van het nu geldende bestemmingsplan is geen rekening gehouden met deze bestuurlijke toezegging.

O.11 Correctie 2 in Bijlage 3 Oppervlakte bebouwing niet-agrarische bedrijven

Rijksstraatweg 24 in Voorst:
Bij nadere inventarisatie is gebleken dat de bestaande aanwezige oppervlakte bedrijfsbebouwing niet correct is weergegeven in de tabel van Bijlage 3. De oppervlakte van de bestaande bedrijfsbebouwing bedraagt 300 m2. Conform het beleid wordt er uitbreidingsruimte toegekend van 20%, tot totaal 360 m2.

O.12 Toevoeging definitie 'de deel' (artikel 1)

In de begripsbepalingen ontbreekt de definitie van het begrip 'de deel'. Deze wordt alsnog in de begripsbepalingen opgenomen.

O.13 Toevoeging definitie 'dakvloer' (artikel 1)

De term 'dakhelling' kan zo uitgelegd worden dat 'platte' daken mogelijk zijn binnen het begrip dakhelling. Om dit te voorkomen wordt het begrip 'dakvloer' geïntroduceerd.

O.14 Goothoogte van bijgebouwen bij bestemming 'Wonen' (artikel 24.2.1 onder c)

In de planregels is binnen de bestemming 'Wonen' geregeld dat de goothoogte van bijgebouwen niet meer mag bedragen dan 3 meter. In het voorgaande bestemmingsplan gold een toegestane goothoogte van 3,5 meter. Het bestemmingsplan Buitengebied had niet tot doel bouwhoogten te beperken. De maximaal toegestane goothoogte wordt weer 3,5 meter.

O.15 Bouwhoogte lichtmasten bij sportcomplexen (artikel 19.2.2 onder b)

In artikel 19.2.2 onder b is vastgelegd dat de bouwhoogte van lichtmasten en kunstwerken maximaal 8 meter mag bedragen. Bij nadere inventarisatie is gebleken dat de bouwhoogte van de meeste lichtmasten inmiddels 14 meter bedraagt. Om problemen bij eventuele vervanging van lichtmasten in de toekomst te voorkomen, wordt de toegestane bouwhoogte verhoogd naar 14 meter.

O.16 Opnemen afwijkingsmogelijkheid aan-huis-verbonden bedrijven

Bij diverse bestemmingen zijn aan-huis-verbonden bedrijven toegestaan welke zijn genoemd in de categorieën 1 en 2 van de in het plan opgenomen 'standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten'. In de planregels is geen afwijkingsbevoegdheid opgenomen om bedrijven toe te laten die niet zijn genoemd in deze bedrijvenlijst dan wel bedrijven uit ten hoogste één categorie hoger, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving geacht kan worden te behoren tot de categorieën 1 en 2. Deze afwijkingsbevoegdheid wordt opgenomen in artikel 46.3 van de planregels.

O.17 Rijksweg A-1, realiseren van een oplaadstation ten behoeve van elektrische en hybride auto's

De gemeente heeft een aanvraag omgevingsvergunning ontvangen voor een oplaadstation voor elektrische en hybride auto's bij het tankstation De Vundelaar aan Rijksweg A-1 in Wilp. Het oplaadstation zal binnen de bestemming 'Verkeer' worden opgericht. Binnen de bestemming 'Verkeer' zijn bouwwerken toegestaan met een hoogte van 3 meter. Het oplaadstation bestaat uit een overkapping waaronder enkele oplaadunits staan. Het bouwwerk ten behoeve van het oplaadstation heeft gezien de ligging bij het benzinestation weinig ruimtelijke impact. In de regels zal een afwijkingsbevoegdheid worden opgenomen waardoor het mogelijk wordt dat bouwwerken kunnen worden gebouwd met een totale hoogte van 5 meter en een maximale oppervlakte van 200 m2.

O.18 In artikel 44.7.1 onder a, aangeven dat het gaat om historische waarden in plaats van cultuurhistorische waarden

In artikel 44.7.1 onder a staat abusievelijk aangegeven dat het gaat om gronden die zijn aangeduid met de aanduiding 'cultuurhistorische waarden'. Het moet echter gaan om gronden die zijn aangeduid met de aanduiding 'historische waarden'. Dit wordt in de regels aangepast.

O.19 Advisering over de omgevingsvergunning

In de artikelen 28 'Leiding - Hoogspanning' en 29 'Leiding - Riool' ontbreekt de verplichting om alvorens te beslissen over een omgevingsvergunning, advies in te winnen bij de leidingbeheerder of de werken en werkzaamheden toelaatbaar zijn. Deze omissie wordt hersteld.

O.20 Vernummering artikel 38

In artikel 38.1 onder 'e' is abusievelijk geschreven; bij ontwikkelingen ......., de waarden zoals opgenomen onder a t/m c niet onevenredig......... Dit moet zijn; bij ontwikkelingen....., de waarden zoals opgenomen onder a t/m d niet onevenredig.........

O.21 Aanpassen van de tekst in artikel 24.1 onder d

Nevenfuncties mogen plaatsvinden in bebouwing. Het is gewenst om aan te geven dat dit plaatsvindt in legaal tot stand gekomen bebouwing en/of nieuw op te richten bebouwing die op grond van de bouwregels gerealiseerd kan worden. In de planregels wordt dit aangegeven als 'toegestane' bebouwing.

O.22 Aanpassen van de tekst in artikel 24.2.1 onder d

Artikel 24.2.1 onder d handelt over sanering van bebouwing bij vernieuwing van bebouwing indien meer dan 100 m2 aan bebouwing aanwezig is. Mogelijk aanwezige monumenten mogen niet worden gesloopt. Het ligt daarom in de rede bij de berekening de oppervlakte van monumenten niet te betrekken.

O.23 Aanpassen van de tekst in artikel 24.3.1 

In artikel 24.3.1 wordt abusievelijk verwezen naar artikel 24.2.1 onder d. Dit moet zijn artikel 24.2.1 onder c.

O.24 Aanpassen van de tekst in artikel 24.5.1 en toevoegen van enkele voorwaarden

De redactie van artikel 24.5.1 is afwijkend van de overige wijze van redigeren. Aanpassing is gewenst. Daarnaast ontbreken voorwaarden ter bescherming van karakteristieke en landschappelijke waarden.

O.25 Aanpassen van de tekst in artikel 46.1.d

Mantelzorg kan worden toegestaan in bijgebouwen bij woningen. Het is gewenst om aan te geven dat dit plaatsvindt in legaal tot stand gekomen bebouwing en/of nieuw op te richten bebouwing die op grond van de bouwregels gerealiseerd kan worden. In de planregels wordt dit aangegeven als 'toegestane' bebouwing.

O.26 Aanvulling in de tekst van artikel 3.1 onder v

In de opsomming genoemd in artikel 3.1 onder v ontbreekt het woord 'trekkershutten'. Dit wordt alsnog opgenomen.

O.27 Aanvulling in de tekst van artikel 3.1 onder aa

In de opsomming van de bij de bestemming behorende voorzieningen ontbreken een aantal voorzieningen die algemeen zijn aanvaard als bij de bestemming behorende voorzieningen. In samenhang hiermee wordt voor het begrip 'paddock' een begripsbepaling in het plan opgenomen.

O.28 Aanpassing van gebruiksmogelijkheden in artikel 3.6.3

Uit de toelichting van het in werking getreden bestemmingplan blijkt dat nieuwbouw mogelijk is voor de nevenfuncties 'biomassavergisting' en 'compostering'. In de regels van artikel 3.6.3 onder b is dit samengevoegd met ruimere gebruiksmogelijkheden voor enkele andere functies. De tekst van artikel 3.6.3 wordt aangepast.

O.29 Aanpassen bestemmingen Het Wildezand 13, 15 en 15A in Wilp

De woning Het Wildezand 13 in Wilp is als (tweede) agrarische bedrijfswoning bij het agrarische bedrijf aan Het Wildezand 15-15A bestemd. De woning is echter een burgerwoning en was eerder ook als zodanig bestemd. Deze omissie wordt hersteld door op de verbeelding het agrarische bouwvlak ter plaatse van het perceel Het Wildezand 13 te wijzigen naar Wonen. Binnen het resterende agrarische bouwvlak (met aanduiding 'glastuinbouw') komt de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden', waarmee in bestemmingplan Buitengebied geregeld is dat een tweede bedrijfswoning is toegestaan, te vervallen.

O.30 Bouwhoogte van luifels bij tankstations

Luifels bij tankstations aan de Rijksweg A-1 konden in het verleden worden gerealiseerd tot een bouwhoogte van 5,5 m. In bestemmingsplan Buitengebied is hiervoor binnen de bestemming Bedrijf geen specifieke regeling opgenomen, waardoor een bouwhoogte van maximaal 3 m geldt ('overige andere bouwwerken'). Om dit te herstellen wordt artikel 4.2.2 aangevuld met een regeling die overkappingen bij de tankstations toestaat tot een bouwhoogte van 5,5 m.

2.5 Aanpassingen voortvloeiend uit de SVBP 2012

S.1 Artikel 3.6; wijziging in de titel 'Afwijken van gebruiksregels'

In artikel 3.6 wordt de titel 'Afwijken van gebruiksregels' gewijzigd in 'Afwijken van de gebruiksregels'

S.2 Artikel 24.5; wijziging in de titel 'Afwijken van gebruiksregels'

In artikel 24.5 wordt de titel 'Afwijken van gebruiksregels' gewijzigd in 'Afwijken van de gebruiksregels'

Hoofdstuk 3 Beleidskader

Een bestemmingsplan mag niet in strijd zijn met de verschillende beleidsdocumenten op nationaal, provinciaal, regionaal of gemeentelijk niveau. Daarom is er in de toelichting van elk bestemmingsplan een hoofdstuk opgenomen waarin het bepaalde in het bestemmingsplan getoetst wordt aan de geldende beleidskaders.

Voorliggend bestemmingsplan betreft een herziening, of feitelijk een reparatieplan, van het recentelijk vastgestelde 'moederplan' Buitengebied, van de gemeente Voorst. De zaken die door middel van dit plan gerepareerd worden zijn over het algemeen van beperkte omvang en van ondergeschikte aard.

In het plan worden geen nieuwe bestemmingen mogelijk gemaakt en er worden geen bouwvlakken vergroot, waardoor bedrijven opeens veel meer uitbreidingsmogelijkheden hebben. Daarom is voor deze wijzigingen afgezien van toetsing aan de beleidsdocumenten.

Een aantal aanpassingen bestaat uit kennelijke omissies. Dit zijn louter tekstuele aanpassingen of marginale aanpassingen in de verbeelding die geen concrete ruimtelijke gevolgen hebben. In het vastgestelde bestemmingsplan zijn deze zaken al getoetst aan het beleidskader. Daarom wordt hier ook afgezien van toetsing aan het beleidskader.

Bij de aanpassingen die betrekking hebben op het veranderen van de bestemming is sprake van het aanpassen naar het feitelijke gebruik. Ook hier kan toetsing aan relevant beleid achterwege blijven. Er worden immers geen nieuwe bestemmingen en/of ontwikkelingen mogelijk gemaakt.

Resumerend kan gesteld worden dat voor de toetsing van de beleidsdocumenten verwezen kan worden naar hoofdstuk 2 van het vastgestelde plan Buitengebied. Vanwege het niet mogelijk maken van nieuwe bestemmingen in dit plan en de te verwaarlozen ontwikkelingsmogelijkheden die dit plan biedt, voldoet dit plan aan het beleid zoals dat uiteen is gezet in de toelichting van het vastgestelde bestemmingsplan Buitengebied (het 'moederplan').

Hoofdstuk 4 Toetsing sectorale wet- en regelgeving

In een bestemmingsplan dient aangetoond te worden dat er sprake is van 'goede ruimtelijke ordening'. Onderdeel hiervan is dat het plan niet in strijd is met een aantal milieuaspecten zoals bodem en water.

Voorliggend bestemmingsplan betreft een herziening, of feitelijk een reparatieplan, van het recentelijk vastgestelde 'moederplan' Buitengebied, van de gemeente Voorst. De zaken die door middel van dit plan gerepareerd worden, zijn over het algemeen van beperkte omvang en ondergeschikte aard.

Vanwege het niet mogelijk maken van nieuwe bestemmingen in dit plan en de te verwaarlozen ontwikkelingsmogelijkheden die dit plan biedt, voldoet dit plan aan de sectorale wet- en regelgeving zoals dat uiteen is gezet in de toelichting van het vastgestelde bestemmingsplan Buitengebied (het 'moederplan').

Hoofdstuk 5 Uitvoerbaarheid

5.1 Maatschappelijke uitvoerbaarheid

Met ingang van 9 januari 2014 heeft het ontwerpbestemmingsplan Buitengebied, eerste herziening gedurende zes weken ter inzage gelegen. In deze periode was het voor eenieder mogelijk een zienswijze in te dienen en daarmee te reageren op de inhoud van het ontwerpbestemmingsplan. Gedurende de inzagetermijn zijn vijf zienswijzen naar voren gebracht.

In de als separate bijlage toegevoegde 'Zienswijzennotitie en ambtshalve wijzigingen' zijn de zienswijzen samengevat en beantwoord. Ook bestaat aanleiding ambtshalve wijzigingen in het plan op te nemen. Deze zijn eveneens in de notitie opgenomen.

5.2 Economische uitvoerbaarheid

Deze herziening dient tot reparatie van een aantal onvolkomenheden in het vastgestelde moederplan. Voorliggend plan maakt geen vergaande nieuwe ontwikkelingen mogelijk ten opzichte van het moederplan.

De opgenomen aanpassingen in dit bestemmingsplan kunnen leiden tot particuliere initiatieven. De kosten die daaraan verbonden zijn zijn voor de initiatiefnemers. De economische uitvoerbaarheid is daarmee voor de gemeente gewaarborgd.