direct naar inhoud van Regels
Plan: Buitengebied, eerste herziening
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0285.20184-VS00

Regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan

het bestemmingsplan Buitengebied, eerste herziening met identificatienummer NL.IMRO.0285.20184- VS00 van de gemeente Voorst.

1.2 bestemmingsplan

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.

1.3 aanduiding

[ongewijzigd]

1.4 aanduidingsgrens

[ongewijzigd] 

1.5 aan het platteland gelieerde functies

[ongewijzigd] 

1.6 aan-huis-verbonden bedrijf

[ongewijzigd] 

1.7 aan-huis-verbonden beroep

[ongewijzigd] 

1.8 agrarisch bedrijf

[ongewijzigd]

1.9 agrarisch loonbedrijf

[ongewijzigd] 

1.10 agrarisch natuurbeheer

[ongewijzigd] 

1.11 archeologisch deskundige

[ongewijzigd] 

1.12 archeologisch onderzoek

[ongewijzigd] 

1.13 archeologische waarde

[ongewijzigd] 

1.14 akker- en vollegrondstuinbouw

[ongewijzigd] 

1.15 ander bouwwerk

[ongewijzigd]

1.16 bed & breakfast

[ongewijzigd]

1.17 bebouwing

[ongewijzigd] 

1.18 bedrijf

[ongewijzigd]

1.19 bedrijfsgebouw

[ongewijzigd] 

1.20 bedrijfsmatige exploitatie van verblijfsrecreatie

[ongewijzigd] 

1.21 (bedrijfs)woning

[ongewijzigd] 

1.22 bedrijfsvloeroppervlakte

[ongewijzigd] 

1.23 bestaand

[ongewijzigd] .

1.24 bestemmingsgrens

[ongewijzigd] 

1.25 bestemmingsvlak

[ongewijzigd] 

1.26 Bevi-inrichtingen

[ongewijzigd]

1.27 bevoegd gezag

[ongewijzigd] 

1.28 bollenteelt

[ongewijzigd] 

1.29 boomkwekerij

[ongewijzigd] 

1.30 bosbouw

[ongewijzigd] 

1.31 bouwen

[ongewijzigd] 

1.32 bouwperceel

[ongewijzigd] 

1.33 bouwperceelgrens

[ongewijzigd] 

1.34 bouwvlak

[ongewijzigd] 

1.35 bouwwerk

[ongewijzigd] 

1.36 bijgebouw

[ongewijzigd] 

1.37 brocantemarkt

[ongewijzigd] 

1.38 cultuurhistorische waarden

[ongewijzigd] 

1.39 dagrecreatie

[ongewijzigd] 

1.40 detailhandel

[ongewijzigd] 

1.41 detailhandel in volumineuze goederen

[ongewijzigd] 

1.42 dienstverlening

[ongewijzigd] 

1.43 duurzame energie

[ongewijzigd] 

1.44 evenementen

[ongewijzigd] 

1.45 extensieve dagrecreatie

[ongewijzigd] 

1.46 feestschuur

[ongewijzigd] 

1.47 fruitteelt

[ongewijzigd] 

1.48 geluidzone-industrie

[ongewijzigd] 

1.49 gebouw

[ongewijzigd] 

1.50 glastuinbouw

[ongewijzigd] 

1.51 grondgebonden veehouderij

[ongewijzigd]

1.52 hervestiging van een intensieve veehouderij

[ongewijzigd]

1.53 hobbymatige paardenhouderij

[ongewijzigd]

1.54 hoogzit

[ongewijzigd] 

1.55 horeca

[ongewijzigd] 

1.56 hoveniersbedrijf

[ongewijzigd] 

1.57 intensieve kwekerij

[ongewijzigd] 

1.58 intensieve veehouderij

[ongewijzigd] 

1.59 kampeermiddelen

[ongewijzigd] 

1.60 kantoor

[ongewijzigd] 

1.61 kassen

[ongewijzigd] 

1.62 kleinschalige dagrecreatieve voorzieningen

[ongewijzigd] 

1.63 kleinschalig kamperen

[ongewijzigd] 

1.64 kuilvoeropslag

[ongewijzigd]

1.65 landschappelijke waarde

[ongewijzigd] 

1.66 maatschappelijke voorzieningen

[ongewijzigd] .

1.67 manege

[ongewijzigd] 

1.68 mantelzorg

[ongewijzigd] .

1.69 mestbassin

[ongewijzigd]

1.70 mestsilo

[ongewijzigd]  

1.71 molenbiotoop

[ongewijzigd] 

1.72 natuurwaarde

[ongewijzigd] 

1.73 nevenfunctie

[ongewijzigd]

1.74 niet-groene producten

[ongewijzigd]

1.75 niet-permanente verblijfsrecreatie

[ongewijzigd] 

1.76 nieuwvestiging

[ongewijzigd] 

1.77 normaal onderhoud of gebruik

[ongewijzigd] 

1.78 nutsvoorzieningen

[ongewijzigd]

1.79 omschakeling naar intensieve veehouderij

[ongewijzigd] .

1.80 paardenbak

[ongewijzigd] 

1.81 paardenfokkerij

[ongewijzigd] 

1.82 paardenhouderij

[ongewijzigd] 

1.83 partyservicebedrijf

[ongewijzigd] 

1.84 peil

[ongewijzigd]

1.85 permanente teeltondersteunende voorzieningen

[ongewijzigd]

1.86 plattelandsbedrijf

[ongewijzigd] 

1.87 plattelandswoning

[ongewijzigd] 

1.88 recreatie

[ongewijzigd] 

1.89 recreatiewoning

[ongewijzigd] .

1.90 recreatief medegebruik

[ongewijzigd] 

1.91 seizoensgebonden standplaats kampeermiddel

[ongewijzigd] .

1.92 sierteelt

[ongewijzigd]

1.93 Staat van Horeca-activiteiten

[ongewijzigd]

1.94 stacaravan

[ongewijzigd] 

1.95 standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten

[ongewijzigd]

1.96 tijdelijke teeltondersteunende voorziening

[ongewijzigd] 

1.97 trekkershut

[ongewijzigd] 

1.98 verblijfsrecreatie

[ongewijzigd] 

1.99 Wgh-inrichting

[ongewijzigd] 

1.100 wooneenheden

[ongewijzigd] 

1.101 zomerseizoen

[ongewijzigd] 

1.102 zorgboerderij

[ongewijzigd] 

1.103 zorgwooneenheden

[ongewijzigd] 

1.104 dakvloer

de draagconstructie van de isolatie, de dakbedekking en de eventuele ballast.

1.105 de deel

een bedrijfsgedeelte dat is aangebouwd aan de (voormalig) agrarische bedrijfswoning en die samen één bouwmassa vormen.

1.106 paddock

een ruimte waar één of meerdere paarden ter ontspanning en naar eigen inzicht vrij kunnen bewegen.

Artikel 2 Wijze van meten

[ongewijzigd]

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Agrarisch

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. [ongewijzigd]

alsmede voor:

  • b. [ongewijzigd]
  • c. [ongewijzigd]
  • d. [ongewijzigd]
  • e. [ongewijzigd]
  • f. [ongewijzigd]
  • g. [ongewijzigd]
  • h. [ongewijzigd]
  • i. [ongewijzigd]
  • j. [ongewijzigd]
  • k. [ongewijzigd]
  • l. [ongewijzigd]
  • m. [ongewijzigd]
  • n. [ongewijzigd]
  • o. [ongewijzigd]
  • p. [ongewijzigd]
  • q. [ongewijzigd]
  • r. [ongewijzigd]
  • s. [ongewijzigd]
  • t. [ongewijzigd];
  • u. [ongewijzigd]
  • v. nevenfuncties op het gebied van dagrecreatie, verkoop van lokaal geproduceerde producten, dienstverlening, maatschappelijke functies, horeca tot en met categorie 1a van de Staat van Horeca-activiteiten, trekkershutten en duurzame energiewinning met dien verstande dat:
    • 1. de activiteit niet leidt tot belemmeringen voor de omliggende functies;
    • 2. de activiteit geen nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer;
    • 3. ten behoeve van de activiteit wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein en binnen het bouwvlak;
    • 4. buitenopslag niet is toegestaan;
    • 5. per bouwvlak ten hoogste 3 trekkershutten zijn toegestaan;
  • w. recreatief medegebruik;
  • x. ondergeschikt agrarisch natuurbeheer;
  • y. hobbymatig agrarisch gebruik;
  • z. openbare nutsvoorzieningen;
  • aa. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, tuinen, erven, verhardingen, verkeers- en verblijfsvoorzieningen, paardenbakken, paddocks, laad- en losvoorzieningen, (verharde) ontsluitingen ten behoeve van naastgelegen percelen en water(berging).
3.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

3.2.1 Gebouwen
  • a. gebouwen worden binnen het bouwvlak gebouwd;
  • b. per bouwvlak is maximaal één bedrijfswoning toegestaan, tenzij anders is aangegeven door middel van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden';
  • c. in afwijking van het bepaalde onder b geldt dat ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' op elk bouwvlak voorzien van een relatieteken 1 bedrijfswoning is toegestaan;
  • d. het aantal recreatiewoningen ter plaatse van de aanduiding 'recreatiewoning' bedraagt ten hoogste 1, tenzij anders is aangegeven door middel van de aanduiding 'maximum aantal recreatiewoningen';
  • e. overigens geldt het volgende:

  max. inhoud/
oppervlak  
max. goothoogte   max. bouwhoogte  
bedrijfswoning (per woning)   750 m³   4 m   10 m  
bedrijfsgebouwen ten behoeve van een agrarisch loonbedrijf ter plaatse van de aanduiding 'agrarisch loonbedrijf'   Bottenhoekseweg 3: 3.900 m²
Holthoevensestraat 3b: 600 m²  
6 m   12 m  
bedrijfsgebouwen ten behoeve van een plattelandsbedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - plattelandsbedrijf':
waarvan ten behoeve van:
- detailhandel
- horeca
- kamperen  


1.000 m²

250 m²
225 m²
100 m²  


6 m

6 m
6 m
6 m  


12 m

12 m
12 m
12 m  
bedrijfsgebouwen ten behoeve van een paardenhouderij ter plaatse van de aanduiding 'paardenhouderij'   1.630 m²   6m   12 m  
bedrijfsgebouwen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - klein agrarisch bedrijf'   bestaand + 15%   6 m   12 m  
bedrijfsgebouwen ten behoeve van een glastuinbouwbedrijf (niet zijnde teeltondersteunende kassen) en kassen ter plaatse van de aanduiding 'glastuinbouw'   1.000 m²   6 m   12 m  
overige bedrijfsgebouwen en andere bouwwerken   volledig bouwvlak   6 m   12 m  
kassen ter plaatse van de aanduiding 'glastuinbouw'   zoals opgenomen in bijlage 4   6 m   12 m  
trekkershutten ter plaatse van de aanduiding specifieke vorm van recreatie - trekkershut'   50 m² per trekkershut   2,5 m   4 m  
overige trekkershut als nevenfunctie   25 m² per trekkershut   2,5 m   4 m  
teeltondersteunende kassen   1.000 m²   4,5 m   6 m  
gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'ijsbaan'   100 m²   4 m   6 m  

met dien verstande dat:

  • f. in afwijking op het bepaalde onder e geldt dat ter plaatse van de aanduiding 'intensieve veehouderij' de bestaande oppervlakte van de bestaande bebouwing niet mag toenemen;
  • g. nieuwbouw ten behoeve van de nevenfunctie caravan- en botenstalling niet toegestaan is;
  • h. in afwijking van het bepaalde onder e geldt ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - bestaande maten' dat de bestaande hoogtematen de maximaal toegestane hoogtematen zijn;
  • i. in afwijking van het bepaalde onder e gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - afwijkende maatvoering' de volgende regels:
    • 1. de bouwhoogte bedraagt ten hoogste 3 m;
    • 2. de goothoogte bedraagt ten hoogste 2,3 m.

3.2.2 Andere bouwwerken

[ongewijzigd]

3.3 Nadere eisen

[ongewijzigd]

3.4 Afwijken van bouwregels

[ongewijzigd]

3.5 Specifieke gebruiksregels

[ongewijzigd]

3.6 Afwijken van de gebruiksregels
3.6.1 Omschakeling naar bosbouw, sierteelt, fruitteelt of boomkwekerij

[ongewijzigd]

3.6.2 Nevenfunctie kleinschalig kamperen

[ongewijzigd]

3.6.3 Nevenfuncties

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 3.5 om de oppervlakte aan bebouwing in gebruik voor nevenfuncties zoals bedoeld in lid 3.1 onder v te vergroten, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. het maximum oppervlak bebouwing voor de nevenfunctie bedraagt in totaal 350 m²;
  • b. in afwijking van het bepaalde onder a geldt dat het maximum oppervlak bebouwing voor caravan- en botenstallingen, paardenhouderij in de vorm van pensionstalling, africhtingsstal of manegeactiviteiten ten hoogste 1.000 m² bedraagt;
  • c. in afwijking van het bepaalde onder a geldt dat het maximum oppervlak te bouwen bebouwing voor biomassavergisting en compostering ten hoogste 1.000 m2 bedraagt;
  • d. de verkeersaantrekkende werking van nevenfuncties staat in verhouding tot de capaciteit van de betrokken wegen;
  • e. de omliggende bedrijven mogen door de toename van de oppervlakte van de nevenfunctie niet onevenredig in hun bedrijfsvoering worden beperkt;
  • f. ten aanzien van de nevenfunctie 'trekkershut' geldt dat het aantal trekkershutten per bouwvlak ten hoogste 5 bedraagt;
  • g. het gebruik van gronden ten behoeve van boerengolf is tevens buiten het bouwvlak toegestaan;
  • h. de bestaande landschappelijke, natuurlijke en/of cultuurhistorische waarden worden niet onevenredig aangetast.
3.6.4 Afwijking plattelandswoning

[ongewijzigd]

3.7 Wijzigingsbevoegdheid

[ongewijzigd]

Artikel 4 Bedrijf

4.1 Bestemmingsomschrijving

[ongewijzigd]

4.2 Bouwregels
4.2.1 Gebouwen

[ongewijzigd]

4.2.2 Andere bouwwerken
  • a. andere bouwwerken worden uitsluitend binnen het bouwvlak gebouwd;
  • b. in afwijking op het bepaalde onder a geldt dat ter plaatse van de bouwaanduiding 'antennemast' antennemasten ook buiten het bouwvlak zijn toegestaan;
  • c. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen bedraagt ten hoogste 2 m;
  • d. de bouwhoogte van lichtmasten en kunstobjecten bedraagt ten hoogste 6 m;
  • e. de bouwhoogte van vlaggenmasten bedraagt ten hoogste 8 m;
  • f. de bouwhoogte van overige andere bouwwerken bedraagt ten hoogste 3 m;
  • g. de gezamenlijke oppervlakte van andere bouwwerken gelegen buiten gronden met de aanduiding 'bouwvlak' bedraagt per bouwperceel ten hoogste 20 m²;

met dien verstande dat:

  • h. ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening' de volgende regels gelden:
    • 1. de bouwhoogte van erfafscheidingen bedraagt ten hoogste 2,5 m;
    • 2. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 10 m;
    • 3. de bouwhoogte van zendmasten bedraagt ten hoogste 20 m;
    • 4. de bouwhoogte van overige andere bouwwerken bedraagt ten hoogste 5 m;
  • i. ter plaatse van de aanduiding 'antennemast' de bouwhoogte ten hoogste 37,5 m bedraagt;
  • j. ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg' de bouwhoogte van overkappingen ten hoogste 5,5 m bedraagt.
4.3 Specifieke gebruiksregels

[ongewijzigd]

4.4 Afwijken van de gebruiksregels

[ongewijzigd]

4.5 Wijzigingsbevoegdheid

[ongewijzigd]

Artikel 5 Bos

[ongewijzigd]

Artikel 6 Detailhandel

[ongewijzigd]

Artikel 7 Gemengd

[ongewijzigd]

Artikel 8 Groen

[ongewijzigd]

Artikel 9 Horeca

[ongewijzigd]

Artikel 10 Maatschappelijk

[ongewijzigd]

Artikel 11 Maatschappelijk - Begraafplaats

[ongewijzigd]

Artikel 12 Maatschappelijk - Militaire zaken

[ongewijzigd]

Artikel 13 Natuur

[ongewijzigd]

Artikel 14 Recreatie - Dagrecreatie - 1

[ongewijzigd]

Artikel 15 Recreatie - Dagrecreatie - 2

[ongewijzigd]

Artikel 16 Recreatie - Verblijfsrecreatie - 1

[ongewijzigd]

Artikel 17 Recreatie - Verblijfsrecreatie - 2

[ongewijzigd]

Artikel 18 Recreatie - Verblijfsrecreatie - 3

[ongewijzigd]

Artikel 19 Sport

19.1 Bestemmingsomschrijving

[ongewijzigd]

19.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

19.2.1 Gebouwen

[ongewijzigd]

19.2.2 Andere bouwwerken
  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen bedraagt ten hoogste 2 m;
  • b. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 14 meter en de bouwhoogte van kunstobjecten bedraagt ten hoogste 8 m;
  • c. de bouwhoogte van vlaggenmasten bedraagt ten hoogste 8 m;
  • d. de bouwhoogte van overige andere bouwwerken bedraagt ten hoogste 3,5 m;
  • e. de gezamenlijke oppervlakte van andere bouwwerken gelegen buiten gronden met de aanduiding 'bouwvlak' bedraagt per bouwperceel ten hoogste 20 m².
19.3 Afwijken van bouwregels

[ongewijzigd]

Artikel 20 Verkeer

20.1 Bestemmingsomschrijving

[ongewijzigd]

20.2 Bouwregels

[ongewijzigd]

20.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 20.2 om een overkapping ten behoeve van een oplaadstation voor elektrische motorvoertuigen toe te staan, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de oppervlakte aan overkappingen per oplaadstation bedraagt ten hoogste 200 m2;
  • b. de bouwhoogte bedraagt ten hoogste 5 m;
  • c. de ontwikkeling heeft geen nadelige invloed op de verkeersveiligheid;
  • d. de bestaande landschappelijke, natuurlijke en/of cultuurhistorische waarden worden niet onevenredig aangetast.

Artikel 21 Verkeer - Onverhard

[ongewijzigd]

Artikel 22 Verkeer - Railverkeer

[ongewijzigd]

Artikel 23 Water

[ongewijzigd]

Artikel 24 Wonen

24.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen ' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen;

alsmede voor:

  • b. aan-huis-verbonden beroepen en/of aan-huis-verbonden bedrijven welke zijn genoemd in categorie 1 en 2 van de bij dit plan behorende 'standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten', met dien verstande dat:
    • 1. maximaal 100 m2 aan bebouwing mag worden gebruikt;
    • 2. activiteiten uit kolom 1 van bijlagen C en D van het Besluit milieueffectrapportage zijn niet toegestaan in de gevallen zoals genoemd in kolom 2 van de desbetreffende bijlage;
    • 3. de opslag van risicovolle onderdelen niet is toegestaan;
    • 4. de activiteit niet leidt tot belemmeringen voor de omliggende functies;
    • 5. de activiteit geen nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer;
    • 6. ten behoeve van de activiteit wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein;
  • c. bed & breakfast, uitsluitend in een woning en/of bijgebouwen, met dien verstande dat:
    • 1. maximaal 3 kamers per bouwperceel mogen worden gebruikt met een maximum van 8 slaapplaatsen;
    • 2. de activiteit geen nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer;
    • 3. ten behoeve van de activiteit wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein;
  • d. nevenfuncties op het gebied van dagrecreatie, dienstverlening, maatschappelijke functies, horeca tot en met categorie 1a van de Staat van Horeca-activiteiten en duurzame energiewinning, met dien verstande dat:
    • 1. de nevenfuncties in toegestane bebouwing plaatsvinden;
    • 2. de activiteit geen nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer;
    • 3. ten behoeve van de activiteit wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein en binnen het bouwvlak;
    • 4. buitenopslag niet is toegestaan;
    • 5. het aantal trekkershutten bedraagt maximaal 3 per bouwvlak;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'caravanstalling'; tevens caravan- en botenstalling met een maximum oppervlakte zoals opgenomen in bijlage 6;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'recreatiewoning': tevens een recreatiewoning;
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - hondendressuurterrein': tevens hondendressuurterrein voor de beoefening van hondendressuur;
  • h. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - feestschuur': een feestschuur;
  • i. ter plaatse van de aanduiding 'opslag': ;opslag
  • j. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - brocantemarkt'; een brocantemarkt;
  • k. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - theeschenkerij': tevens een theeschenkerij;
  • l. hobbymatig agrarisch medegebruik;
  • m. openbare nutsvoorzieningen;
  • n. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, tuin, erven, paden, verhardingen, water, paardenbakken en parkeerplaatsen.

24.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

24.2.1 Gebouwen
  • a. gebouwen worden binnen het bouwvlak gebouwd;
  • b. per bouwvlak is ten hoogste 1 woning toegestaan, tenzij anders is aangegeven door middel van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden';
  • c. overigens geldt het volgende:

  max. inhoud/oppervlak   max. goothoogte   max. bouwhoogte  
woning   750 m³   4 m   10 m  
bijgebouwen ter plaatse van de specifieke bouwaanduiding 'bebouwing'   50 m²      
overige bijgebouwen (per woning) inclusief trekkershutten   100 m², met dien verstande dat de oppervlakte per trekkershut ten hoogste 25 m² bedraagt.   3,5 m, met dien verstande dat de goothoogte van een trekkershut ten hoogste 2,5 m bedraagt.   6 m, met dien verstande dat de bouwhoogte van een trekkershut ten hoogste 4 m bedraagt.  

  • d. als er in de bestaande situatie meer dan 100 m² aan legale bijgebouwen, niet zijnde monumenten, aanwezig is, mag van hetgeen dat wordt gesloopt 50% worden herbouwd, onverminderd het bepaalde onder c.

24.2.2 Andere bouwwerken

[ongewijzigd]

24.3 Nadere eisen en afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen, indien en voor zover bijgebouwen worden opgericht, nadere eisen stellen aan de situering van het bijgebouw ten einde een verantwoorde stedenbouwkundige en/of landschappelijke situatie van de bebouwing onderling te verzekeren.

24.3.1 Opslag van materialen en stalruimte

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 24.2.1 onder c, ten behoeve van de realisatie van een groter oppervlakte aan bijgebouwen, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de totale oppervlakte aan bijgebouwen bedraagt ten hoogste 150 m²;
  • b. uitbreiding wordt uitsluitend toegestaan indien de uitbreiding noodzakelijk is om een bijdrage te kunnen leveren aan het beheer en de instandhouding van natuur, bos en/of het agrarisch cultuurlandschap;
  • c. het oppervlakte grond in eigendom of duurzaam gehuurd of gepacht bedraagt ten minste 1 ha.

24.4 Specifieke gebruiksregels

[ongewijzigd]

24.5 Afwijken van de gebruiksregels
24.5.1 Afwijking voor grotere inhoudsmaat woning

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 24.2.1 om de inhoud van woningen te vergroten indien er sprake is van het betrekken van 'de deel' bij de woning, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de bestaande afmetingen van dat oorspronkelijke gebouw niet mogen worden uitgebreid en/of zijn uitgebreid;
  • b. de uiterlijke verschijningsvorm gehandhaafd blijft, tenzij door het verbouwen de karakteristieke hoofdvorm wordt hersteld dan wel dat de (landschappelijke en/of architectonische) verschijningsvorm wordt verbeterd;
  • c. het karakter van het erf (in het landschap ingebed ensemble van gebouwen op/aan een erf) wordt behouden en/of versterkt.

24.5.2 Nevenfunctie kleinschalig kamperen

[ongewijzigd]

Artikel 25 Wonen - Landhuis

[ongewijzigd]

Artikel 26 Leiding - Brandstof

[ongewijzigd]

Artikel 27 Leiding - Gas

27.1 Bestemmingsomschrijving

[ongewijzigd]

27.2 Bouwregels

[ongewijzigd]

27.3 Afwijken van de bouwregels

[ongewijzigd]

27.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
27.4.1 Uitvoeringsverbod zonder omgevingsvergunning

[ongewijzigd]

27.4.2 Uitzonderingen op het uitvoeringsverbod

[ongewijzigd]

27.4.3 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning

[ongewijzigd]

27.4.4 Advisering over een omgevingsvergunning

Alvorens over de omgevingsvergunning te beslissen, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de leidingbeheerder omtrent de vraag of wordt voldaan aan het bepaalde in lid 27.4.3.

Artikel 28 Leiding - Hoogspanning

28.1 Bestemmingsomschrijving

[ongewijzigd]

28.2 Bouwregels

[ongewijzigd]

28.3 Afwijken van de bouwregels

[ongewijzigd]

28.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
28.4.1 Uitvoeringsverbod zonder omgevingsvergunning

[ongewijzigd]

28.4.2 Uitzonderingen op het uitvoeringsverbod

[ongewijzigd]

28.4.3 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning

[ongewijzigd]

28.4.4 Advisering over een omgevingsvergunning

Alvorens over de omgevingsvergunning te beslissen, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de leidingbeheerder omtrent de vraag of wordt voldaan aan het bepaalde in lid 28.4.3.

Artikel 29 Leiding - Riool

29.1 Bestemmingsomschrijving

[ongewijzigd]

29.2 Bouwregels

[ongewijzigd]

29.3 Afwijken van de bouwregels

[ongewijzigd]

29.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
29.4.1 Uitvoeringsverbod zonder omgevingsvergunning

[ongewijzigd]

29.4.2 Uitzonderingen op het uitvoeringsverbod

[ongewijzigd]

29.4.3 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning

[ongewijzigd]

29.4.4 Advisering over een omgevingsvergunning

Alvorens over de omgevingsvergunning te beslissen, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de leidingbeheerder omtrent de vraag of wordt voldaan aan het bepaalde in lid 29.4.3.

Artikel 30 Waarde - Archeologie - 1

[ongewijzigd]

Artikel 31 Waarde - Archeologie - 2

[ongewijzigd]

Artikel 32 Waarde - Archeologie - 3

[ongewijzigd]

Artikel 33 Waarde - Archeologie - 4

[ongewijzigd]

Artikel 34 Waarde - Archeologie - 5

[ongewijzigd]

Artikel 35 Waarde - Archeologie - 6

[ongewijzigd]

Artikel 36 Waarde - Ecologie - EHS

[ongewijzigd]

Artikel 37 Waarde - Landgoed

[ongewijzigd]

Artikel 38 Waarde - Landschap

38.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Landschap' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor:

  • a. het behoud, de bescherming, het herstel en/of de versterking van de in het gebied aanwezige landschappelijke waarden in de vorm van:
    • 1. een robuust groen casco in de meer bebouwde en verrommelde gebieden door het 'vergroenen' van het landschap met behulp van wegbeplantingen, erfbeplantingen, kavelbeplantingen en bosjes;
    • 2. de openheid van onbebouwde waardevolle open gebieden in de vorm van graslanden, doorsneden door lange noord-zuidlopende weteringen;
    • 3. het fijnmazige rechthoekige verkavelingspatroon van de komgebieden, haaks op de weteringen met boerderijen in linten langs de weteringen;
    • 4. karakteristieke kleinschalige oeverwal met afwisseling van buurtschappen en verspreide bebouwing, grasland en bouwland, onregelmatige blokverkaveling en houtsingels tussen de landwegen;
    • 5. vrij uitzicht vanaf de IJsseldijk over het binnendijkse landschap en de rivier met uiterwaarden;
    • 6. het gave microreliëf van lage rivierduinen en de complexen van richels en geulen (kronkelwaarden);
    • 7. het contrast tussen laag- en hoog gelegen gebieden door behoud en aanleg van 'pollen' en de aanleg van hagen rond erven en percelen;
    • 8. het contrast tussen de waardevolle openheid van gebieden en de beslotenheid van de landgoederen;
    • 9. zandopduikingen door de aanleg van weg-, erf- en kavelbeplantingen;
    • 10. het ontginningspatroon en de ontginningsassen door de aanleg van laanbeplantingen;
    • 11. karakteristieke kavelpaden;
    • 12. onverharde ontginningswegen;
    • 13. karakteristieke beplantingen zoals heggen, wegbeplantingen, erfbeplantingen, bosjes en hoogstamboomgaarden;
    • 14. waardevolle beken en weteringen;
    • 15. de samenhang tussen de oeverwal en dijk waardoor bij de ontwikkeling van bouwplannen ingespeeld wordt op de kenmerkende karakteristiek;
    • 16. de Veluwse Bandijk en de Appensedijk;
    • 17. het zicht op het Veluwemassief en de fraaie stadsgezichten van Deventer en Zutphen en de weidse vergezichten over de rivier;
    • 18. de ontwikkeling van nieuwe landgoederen die bijdragen aan het 'vergroenen' van het landschap;
    • 19. rust, ruimte en donkerte;
  • b. het behoud en de ontwikkeling van de ecologische waarden, tot uitdrukking komende in:
    • 1. de landschappelijke verwevenheid van natuur, bos en landschapselementen met cultuurgronden;
    • 2. het areaal en kwaliteit van natuur, bos en landschapselementen en gebieden die aangewezen zijn voor nieuwe natuur en agrarisch natuurbeheer;
    • 3. de specifieke verbindingsdoelstellingen voor de ecologische verbindingszones;
    • 4. de natuurlijke morfologie, waterkwaliteit, watervoering en verbondenheid met het landschap van de HEN-wateren (water van het Hoogste Ecologisch Niveau);
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur – natte landnatuur': tevens voor de bescherming van de vochtgebonden natuurlijke waarden van de binnen deze zone gelegen gronden;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - weidevogel- en ganzengebieden': tevens voor de bescherming van de weidevogels en ganzen;

met dien verstande dat:

  • e. bij ontwikkelingen, zoals mogelijk gemaakt in lid 3.4.1, 3.4.2, 3.4.3, 3.4.4, 3.4.5, 3.4.6, 3.4.7, 3.4.8, 3.6.1, 3.6.2, 3.6.3, 3.7.1, 3.7.2, 3.7.3, 3.7.6, 4.4.2, 15.3.2, 19.3, 24.5.2, 25.3.1, 25.5.1. 25.5.2, 37.3.1, 37.5.1, 37.5.2, 44.6.2 onder a, de waarden zoals opgenomen onder a t/m d niet onevenredig mogen worden aangetast.

Artikel 39 Waterstaat - Waterkering

[ongewijzigd]

Artikel 40 Waterstaat - Waterstaatkundige functie

[ongewijzigd]

Hoofdstuk 3 Algemene regels

Artikel 41 Anti-dubbeltelregel

[ongewijzigd]

Artikel 42 Algemene bouwregels

[ongewijzigd]

Artikel 43 Algemene gebruiksregels

[ongewijzigd]

Artikel 44 Algemene aanduidingsregels

44.1 geluidszone - industrie

[ongewijzigd]

44.2 vrijwaringszone - molenbiotoop

[ongewijzigd]

44.3 milieuzone - waterwingebied

[ongewijzigd]

44.4 milieuzone - boringsvrije zone

[ongewijzigd]

44.5 reconstructiewetzone - extensiveringsgebied

[ongewijzigd]

44.6 reconstructiewetzone - verwevingsgebied

[ongewijzigd]

44.7 historische waarden

In aanvulling op het bepaalde in hoofdstuk 2 gelden ter plaatse van de aanduiding 'historische waarden', bestemd voor het behoud en een samenhangend beheer van de Veluwse Bandijk en de Appensedijk, de volgende regels:

44.7.1 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
  • a. Uitvoeringsverbod zonder omgevingsvergunning
    Het is verboden op of in de gronden met de aanduiding 'historische waarden' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, aan te leggen, of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
    • 1. het uitvoeren van grondbewerkingen, waartoe worden gerekend het afgraven, woelen, mengen, diepploegen, egaliseren, ontginnen, ophogen en aanleggen van drainage;
    • 2. het aanleggen van boven- of ondergrondse kabels en leidingen en het aanbrengen van daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur.

  • b. Uitzondering op het uitvoeringsverbod
    Het verbod onder a is niet van toepassing, indien de werken en werkzaamheden die:
    • 1. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan, dan wel worden uitgevoerd ter realisering van een bouwvergunning of omgevingsvergunning; normaal onderhoud en beheer ten dienste van de bestemming betreffen;
    • 2. plaatsvinden op gronden gelegen binnen het bouwvlak;
    • 3. waarvoor een vergunning is vereist krachtens de Natuurbeschermingswet;
    • 4. worden uitgevoerd krachtens een in het kader van de Natuurbeschermingswet vastgesteld beheersplan.

  • c. Voorwaarden voor een omgevingsvergunning
    De werken of werkzaamheden als bedoeld in lid a, zijn slechts toelaatbaar, indien daardoor de historische waarden niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.

44.8 luchtvaartverkeerszone-1

[ongewijzigd]

44.9 luchtvaartverkeerszone-2

[ongewijzigd]

Artikel 45 Uitsluiting aanvullende werking bouwverordening

[ongewijzigd]

Artikel 46 Algemene afwijkingsregels

46.1 Algemene afwijkingsregels

Het bevoegd gezag kan - tenzij op grond van hoofdstuk 2 reeds afwijking mogelijk is - bij een omgevingsvergunning afwijken van de regels voor:

  • a. de aangegeven of in de regels gegeven maten, afmetingen en percentages tot niet meer dan 10% van die maten, afmetingen en percentages, met dien verstande dat deze afwijking niet van toepassing is op de inhoudsmaat van (bedrijfs)woningen;
  • b. het bepaalde in het plan en toestaan dat openbare nutsgebouwen, wachthuizen ten behoeve van het openbaar vervoer, gebouwen ten behoeve van de bediening van kunstwerken, toiletgebouwen en naar de aard daarmee gelijk te stellen gebouwen worden gebouwd, mits de inhoud per gebouw niet meer dan 75 m³ bedraagt;
  • c. het bepaalde in het plan en toestaan dat antennemasten tot een bouwhoogte van 40 m worden gebouwd;
  • d. het gebruik voor bewoning uit het oogpunt van mantelzorg, met dien verstande dat:
    • 1. maximaal 75 m² van de toegestane bijgebouwen in gebruik mag worden genomen ten behoeve van de mantelzorg;
    • 2. een goede woonsituatie binnen deze bestemming in stand gehouden c.q. gegarandeerd wordt;
    • 3. aan de omgevingsvergunning het voorschrift verbonden wordt dat binnen één maand na beëindiging van het gebruik van bijgebouwen als afhankelijke woonruimte ten behoeve van de mantelzorg hiervan schriftelijk mededeling wordt gedaan aan burgemeester en wethouders;
    • 4. aan de omgevingsvergunning het voorschrift verbonden wordt dat binnen drie maanden na beëindiging van het gebruik van bijgebouwen als afhankelijke woonruimte ten behoeve van de mantelzorg de bewoning is beëindigd, door minimaal één van de drie essentiële woonvoorzieningen te verwijderen, te weten douche/bad, wc of keuken(blok), zodat de gebouwen vanaf dat moment weer overeenkomstig de bestemming (kunnen) worden gebruikt.
  • e. de onder a, b, c en d bedoelde afwijkingen mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van:
    • 1. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
    • 2. het straat- en/of bebouwingsbeeld;
    • 3. de sociale veiligheid;
    • 4. de verkeersveiligheid.
46.2 Afwijkingsregels voor de herbouw van (bedrijfs)woningen buiten bestaande funderingen

[ongewijzigd]

46.3 Afwijkingsbevoegdheid standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten

Bij een omgevingsvergunning kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • het straat- en/of bebouwingsbeeld;
  • de verkeersveiligheid;
  • de woonsituatie;
  • de milieusituatie;

afgeweken worden voor de vestiging van aan-huis-verbonden bedrijven:

  • a. welke niet zijn genoemd in de bij dit plan behorende 'standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten' of,
  • b. bedrijven die worden genoemd in een naast hogere categorie;

mits deze naar aard en effecten op het woon- en leefklimaat van de aangrenzende gebieden, al dan niet onder te stellen voorwaarden, wat betreft geur, stof, geluid en gevaar, kunnen worden gelijkgesteld met de bedrijven welke zijn genoemd in de bij dit plan behorende 'standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten'.

Artikel 47 Algemene wijzigingsregels

[ongewijzigd]

Artikel 48 Overige regels

[ongewijzigd]

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels

Artikel 49 Overgangsecht

[ongewijzigd]

Artikel 50 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als 'Regels van het bestemmingsplan Buitengebied, eerste herziening'.

Bijlagen

Bijlage 1 Standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten [ongewijzigd]

Bijlage 2 Staat van Horeca-activiteiten [ongewijzigd]

Bijlage 4 Oppervlakte kassen bij glastuinbouwbedrijven [ongewijzigd]

Bijlage 5 Criteria voor ontwikkellocaties intensieve veehouderij [ongewijzigd]

Bijlage 6 Oppervlakte caravan- en botenstalling [ongewijzigd]