direct naar inhoud van Artikel 9 Waterkering
Plan: Dijkverlegging Voorsterklei
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0285.20140-VS00

Artikel 9 Waterkering

9.1 Bestemmingsomschrijving
9.1.1

De voor “Waterkering” aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. de aanleg, het onderhoud en de verbetering van de waterkering;
  • b. de bescherming van de waterkering;

met tevens ondergeschikt:

  • c. het behoud, beheer en herstel van de landschappelijke en ecologische waarden;

met bijbehorende andere bouwwerken zijnde zoals duikers, keerwanden en merktekens.

9.1.2

De voor “Waterkering” aangewezen gronden zijn ter plaatse van de aanduiding 'natuur' mede bestemd voor:

  • a. het behoud, beheer en herstel van de landschappelijke en ecologische waarden;
  • b. de openheid en het (micro)reliëf;
  • c. de waterhuishouding;

met daarbij behorende bebouwing en voorzieningen.

9.1.3

De voor “Waterkering” aangewezen gronden zijn ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - cultuurgebied' mede bestemd voor:

  • a. agrarische doeleinden;
  • b. ontsluitingswegen;
  • c. de waterhuishouding;
  • d. bestaande voet-, fiets- en/of ruiterpaden;
  • e. het behoud van de landschappelijke waarde, zoals die wordt gevormd door de verspreid voorkomende singels, hagen en bosjes alsmede zoals deze tot uitdrukking komt in het reliëf;
9.1.4

De voor “Waterkering” aangewezen gronden zijn ter plaatse van de aanduiding 'verkeer' mede bestemd voor:

  • a. verkeersdoeleinden, vervoer over de weg, met daarbij behorende bebouwing en voorzieningen zoals ongelijkvloerse kruisingen, viaducten, bermen en bermsloten, taluds, parkeer- en groenvoorzieningen;
  • b. de telecommunicatie met de daarbij behorende bebouwing en voorzieningen, waaronder begrepen voorzieningen ter reductie van het wegverkeerslawaai.
9.1.5

De voor “Waterkering” aangewezen gronden zijn ter plaatse van de aanduiding 'water' mede bestemd voor:

  • a. voorzieningen zoals rivieren, kanalen, beken, oeverstroken, ten behoeve van de waterhuishouding;
  • b. het behoud, beheer en herstel van de landschappelijke en ecologische waarden;

met de daarbij behorende bebouwing en voorzieningen.

9.2 Bouwregels
9.2.1

Op de tot "Waterkering" bestemde gronden mogen uitsluitend worden gebouwd andere bouwwerken, ten dienste van de waterkering met dien verstande dat de bouwhoogte ten hoogste bedraagt 2 m

9.2.2

In afwijking van het bepaalde in artikel 9.2.1 zijn bestaande bouwwerken toegestaan op de bestaande locatie met de bestaande oppervlakte, inhoud, goot- en bouwhoogte.

9.3 Afwijken van de bouwregels
9.3.1

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 9.2.1 voor het bouwen van andere bouwwerken ten dienste van de bestemming ter plaatse van de aanduiding 'natuur', met dien verstande dat:

  • a. de bouwhoogte ten hoogste 2,50 m mag bedragen;
  • b. overkappingen niet mogen worden gebouwd;

mits advies is gevraagd aan de beheerder van de waterkering.

9.3.2

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 9.2.1 voor het bouwen van andere bouwwerken ten dienste van de bestemming ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - cultuurgebied', met dien verstande dat:

  • a. teeltondersteunende voorzieningen niet mogen worden gebouwd;
  • b. andere bouwwerken, niet zijnde teeltondersteunende voorzieningen, mogen worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 2,50 m.

mits advies is gevraagd aan de beheerder van de waterkering.

9.3.3

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 9.2.1 voor het bouwen van andere bouwwerken ten dienste van de bestemming ter plaatse van de aanduiding 'verkeer', met dien verstande dat de bouwhoogte ten hoogste 8 m mag bedragen; mits advies is gevraagd aan de beheerder van de waterkering.

9.3.4

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 9.2.1 voor het bouwen van andere bouwwerken ten dienste van de bestemming ter plaatse van de aanduiding 'water', met dien verstande dat de bouwhoogte ten hoogste 2,50 m mag bedragen; mits advies is gevraagd aan de beheerder van de waterkering.

9.4 Specifieke gebruiksregels
9.4.1

Bij het aanleggen en in stand houden van de waterkering dienen onverminderd het bepaalde in artikel 9.1 de volgende regels in acht genomen te worden:

  • a. de hoogte van de waterkering bedraagt na zetting en klink ten opzichte van NAP minimaal 9,20 m en maximaal 9,50 m;
  • b. de kruinbreedte van de waterkering bedraagt minimaal 5 m;
  • c. de taludhelling van de waterkering is 1:3 of flauwer.
9.4.2

Onder gebruik in strijd met de bestemming ter plaatse van de aanduiding 'natuur' wordt in ieder geval verstaan het gebruik van de gronden:

  • a. als stort- en opslagplaats van al dan niet aan het gebruik onttrokken voorwerpen, stoffen en materialen, behoudens voor zover deze opslag geschiedt in het kader van het normale onderhoud;
  • b. als sport-, wedstrijd-, speel-, parkeer- en/of kampeerterrein;
  • c. voor het beproeven van motorvoertuigen of voor het beoefenen van gemotoriseerde snelheids- en/of behendigheidssporten en de (model-) vliegsport.
9.4.3

Onder gebruik in strijd met de bestemming ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - cultuurgebied' wordt in ieder geval verstaan het gebruik van de gronden:

  • a. als staan- of ligplaats voor onderkomens;
  • b. als stort- of opslagplaats van al dan niet aan het gebruik onttrokken voorwerpen, stoffen en materialen;
  • c. ten behoeve van een paardenbak.
9.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
9.5.1

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op de in artikel 9.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het ontgronden, vergraven, afgraven, egaliseren, diepploegen, woelen en mengen en ophogen;
  • b. het aanleggen, verbreden en verharden van wegen, paden, banen, parkeervoorzieningen en andere oppervlakteverhardingen;
  • c. het aanleggen, verdiepen, verbreden en dempen van sloten, watergangen en overige waterpartijen en het aanbrengen van drainage;
  • d. het aanleggen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- en/of communicatieleidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur;
  • e. het aanbrengen of verwijderen van diepwortelende beplantingen, het bebossen van gronden en het rooien van bos of andere houtgewassen waarbij de stobben worden verwijderd;
  • f. het zaaien of inplanten van bomen en andere houtopstanden ter plaatse van de aanduiding 'natuur' en ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - cultuurgebied';
  • g. het verrichten van exploratieboringen en seismologisch onderzoek ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - cultuurgebied';
  • h. het aanbrengen van oeverbeschoeiingen, beekbekledingen, kaden, dijken en vlonders ter plaatse van de aanduiding 'water'.
9.5.2

Een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 9.5.1 wordt slechts verleend , indien door het uitvoeren van de werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden dan wel door de daarvan direct of indirect te verwachten gevolgen niet blijvend onevenredig afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke waarden en hieraan door het stellen van voorwaarden niet of onvoldoende tegemoet kan worden gekomen.

9.5.3

Geen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 9.5.1 is nodig voor:

  • a. werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden die het normale onderhoud, gebruik en beheer betreffen;
  • b. werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden die die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan in uitvoering zijn danwel krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde vergunning, zijn of mogen worden uitgevoerd.;
  • c. het aanleggen van oppervlakteverhardingen met een oppervlakte kleiner dan 100 m2 en het aanleggen en verharden van wegen ter directe ontsluiting van agrarische percelen en kavelpaden, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - cultuurgebied';
  • d. werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden die voortkomen uit het rapport 'Dijkverlegging Cortenoever en Voorsterklei, SNIP3 CoVo, TM Technisch Ontwerp' zoals opgenomen in de bijlage.