Plan: | Twello-Centrum |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0285.171016-VS00 |
Flexibiliteit in een bestemmingsplan is handig om ervoor te zorgen dat een bestemmingsplan voldoende beleidsruimte biedt om ontwikkelingen in de toekomst mogelijk te maken. Deze ontwikkelingen zullen ten tijde van de vaststelling van het bestemmingsplan vaak niet bekend zijn. Een bestemmingsplan zonder flexibiliteit kan te star zijn. Indien gebruik wordt gemaakt van de flexibiliteitbevoegdheden, dienen in het bestemmingsplan zelf de grenzen te worden aangegeven door het stellen van nadere eisen, het verlenen van afwijkingen, het wijzigen van het plan of het uitwerken van een plan.
Deze bevoegdheid biedt de mogelijkheid af te wijken van een in het plan opgenomen regeling. Het is mogelijk van geval tot geval ruimtelijk relevante voorwaarden te stellen en belangen nader af te wegen. Een afwijking mag alleen op relatief ondergeschikte onderdelen betrekking hebben en mag niet tot een bestemmingswijziging leiden.
In dit bestemmingsplan zijn de volgende afwijkingsmogelijkheden opgenomen:
De algemene afwijkingsmogelijkheden mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van:
- de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
- het straat- en/of bebouwingsbeeld;
- de sociale veiligheid;
- de verkeersveiligheid.
Meer ingrijpende functieveranderingen en meer ingrijpende afwijkingen van de regels kunnen mogelijk worden gemaakt met een in het bestemmingsplan op te nemen wijzigingsbevoegdheid. Dit mag er niet toe leiden dat de structuur en de ruimtelijke opzet van het plan ingrijpend wordt gewijzigd. De wijziging treedt in werking na de vaststelling van een afzonderlijk wijzigingsplan. Hiertoe dient een aparte procedure te worden gevolgd.
In dit bestemmingsplan zijn de volgende wijzigingsbevoegdheden opgenomen:
Algemene wijzigingsbevoegdheid
Het wijzigen van de in de bijlage bij de regels opgenomen Staat van Bedrijfsactiviteiten-1 en Staat van Bedrijfsactiviteiten-2 indien nieuwe ontwikkelingen daartoe aanleiding geven.
Wro-zone-Wijzigingsgebied 1 t/m 3
Op gronden die zijn aangeduid met de Wro-zones- wijzigingsgebied 1 t/m 3 is het mogelijk om met een wijzigingsbevoegdheid ex artikel 3.6 van de Wet ruimtelijk ordening een aantal ontwikkelingen binnen het plangebied mogelijk te maken. Het gaat hierbij om wijzigingen van functie, het toevoegen van woningen en/of het wijzigen van bebouwingsmogelijkheden (bouwvlakken en hoogtes). De mogelijkheden verschillen per wijzigingsgebied.
Wanneer locaties worden (her)ontwikkeld wordt ook een stedenbouwkundige kwaliteitsverbetering gevraagd. De notitie "Twello-Centrum Inspiratielaag Uitgangspuntenkaart" (Hankie Hol, 17 juli 2012, zie paragraaf 5.4.3 en zie Bijlage 2) dient hierbij als uitgangspunt en wordt bij de toepassing van de wijzigingsbevoegdheden als startpunt en ambitie genomen. Daarnaast moet de beoogde wijziging economisch uitvoerbaar zijn en moet voldaan worden aan wettelijke bepalingen inzake natuur- en milieuwetgeving.
Voor wijzigingsgebied 3 wordt daarnaast de voorwaarde gesteld dat een ontwikkeling geen ontwrichting van het kernwinkelgebied met de kenmerkende kwadrantenstructuur (zie ook paragraaf 3.1) tot gevolg mag hebben. Dit betekent bijvoorbeeld dat verplaatsing van één van de trekkers uit de bestaande kwadranten naar deze locatie in principe niet als passend wordt beschouwd.