direct naar inhoud van 7.3 Bestemmingen
Plan: Twello-Centrum
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0285.171016-VS00

7.3 Bestemmingen

7.3.1 Centrum - 1

Bestemmingsomschrijving

De bestemming Centrum-1 wordt gebruikt voor gebieden of gebouwen waarbinnen een breed scala aan functies mogelijk is. De gronden waaraan deze bestemming is gegeven bevinden zich in het kernwinkelgebied van Twello-Centrum, zoals dit op de uitgangspuntenkaart in hoofdstuk 5 is aangegeven.

In de bestemming Centrum-1 zijn meerdere functies toegestaan, waaronder detailhandel, dienstverlening, kantoren, maatschappelijke voorzieningen, sportvoorzieningen, horeca (t/m categorie 3 uit de Staat van Horeca-activiteiten), wonen (uitsluitend op de verdiepingen), bedrijfswoningen, parkeervoorzieningen (al dan niet ondergronds) en - indien specifiek aangeduid - een parkeergarage.

Tevens is in de (bedrijfs)woning een beroep en/of bedrijf aan huis en bed & breakfast toegestaan (onder voorwaarden).

Bebouwingsmogelijkheden

Binnen de bestemming Centrum-1 is een onderscheid gemaakt tussen welke bebouwing is toegestaan binnen het bouwvlak en welke erbuiten. Waar gebouwen mogen worden gebouwd is dat middels een bouwvlak aangegeven. Dit onderscheid maakt dat op de plankaart de grootte en ligging van het bouwvlak de bouwmogelijkheden bepalen. Binnen het bouwvlak is de toegestane goot- en bouwhoogte weergegeven. Buiten het bouwvlak zijn alleen andere bouwwerken toegestaan. Op gronden met de maatvoeringsaanduiding 'maximum aantal wooneenheden' geldt een maximaal aantal toegestane woningen. Dit maximum aantal wordt op de verbeelding aangegeven.

Maatvoering bouwvlak

De maatvoering van het bouwvlak is maatwerk. Daarbij wordt gekeken naar het vigerende bestemmingsplan en de vanuit stedenbouwkundig oogpunt gewenste situatie. In principe wordt gekozen voor een zo groot mogelijk bouwvlak waarin eventueel een bebouwingspercentage wordt opgenomen. De zone langs de straatzijde wordt waar mogelijk vrijgehouden van bebouwing.

Specifieke bouwaanduidingen

Binnen de bestemming Centrum-1 zijn twee specifieke bouwaanduidingen opgenomen. De specifieke bouwaanduiding 'onderdoorgang' waarborgt dat op gronden met deze aanduiding een onderdoorgang met een hoogte van 3 meter wordt gewaarborgd. De specifieke bouwaanduiding 'hellingbaan' duidt aan waar de hellingbaan voor de parkeergarage is toegestaan.

7.3.2 Centrum - 2

Bestemmingsomschrijving

De bestemming Centrum-2 wordt gebruikt voor gebieden of gebouwen waarbinnen een breed scala aan functies mogelijk is. De gronden waaraan deze bestemming is gegeven bevinden zich aan de zogenaamde uitlopers in Twello-Centrum, zoals dit op de uitgangspuntenkaart in hoofdstuk 5 is aangegeven.

In de bestemming Centrum-2 zijn meerdere functies toegestaan, waaronder bedrijven (tot en met categorie B van de bij dit plan behorende 'Staat van Bedrijfsactiviteiten - 2'), dienstverlening, kantoren, maatschappelijke voorzieningen, sportvoorzieningen, wonen (uitsluitend op de verdiepingen, tenzij anders is aangegeven met een specifieke aanduiding), bedrijfswoningen, parkeervoorzieningen (al dan niet ondergronds), detailhandel (indien specifiek aangeduid) en -indien specifiek aangeduid- horeca (t/m categorie 3 uit de Staat van Horeca-activiteiten). Detailhandel in volumineuze goederen is (indien specifiek aangeduid) toegestaan, waarbij het gaat om vormen van detailhandel in volumineuze goederen die ruimtelijk passend zijn binnen het plangebied, zoals keukens, badkamers, meubels, tuinartikelen en bouwmarkten. Detailhandel in volumineuze goederen zoals auto's, boten, caravans, motoren, aanhangwagens en landbouwwerktuigen wordt hier niet als wenselijk gezien; hiervoor zijn de bedrijventerreinen van Twello het aangewezen gebied.

Tevens is in de (bedrijfs)woning een beroep en/of bedrijf aan huis en bed & breakfast toegestaan (onder voorwaarden).

Bebouwingsmogelijkheden

Binnen de bestemming Centrum-2 is een onderscheid gemaakt tussen welke bebouwing is toegestaan binnen het bouwvlak en welke erbuiten. Waar gebouwen mogen worden gebouwd is dat middels een bouwvlak aangegeven. Dit onderscheid maakt dat op de plankaart de grootte en ligging van het bouwvlak de bouwmogelijkheden bepalen. Binnen het bouwvlak staan de toegestane goot- en bouwhoogte. Buiten het bouwvlak zijn alleen andere bouwwerken toegestaan. Op gronden met de maatvoeringsaanduiding 'maximum aantal wooneenheden' geldt een maximaal aantal toegestane woningen. Dit maximum aantal wordt op de verbeelding aangegeven. Daar waar de aanduiding 'bedrijfswoning' is opgenomen, kan in afwijking van de bestaande situatie een bedrijfswoning worden gerealiseerd.

Maatvoering bouwvlak

De maatvoering van het bouwvlak is maatwerk. Daarbij wordt gekeken naar het vigerende bestemmingsplan en de vanuit stedenbouwkundig oogpunt gewenste situatie. In principe wordt gekozen voor een zo groot mogelijk bouwvlak waarin eventueel een bebouwingspercentage wordt opgenomen. De zone langs de straatzijde wordt waar mogelijk vrijgehouden van bebouwing.

Specifieke bouwaanduidingen

Binnen de bestemming Centrum-2 zijn twee specifieke bouwaanduidingen opgenomen. De specifieke bouwaanduiding 'onderdoorgang' regelt dat op gronden met deze aanduiding een onderdoorgang met een hoogte van 4 meter wordt gewaarborgd. De specifieke bouwaanduiding 'wonen op de begane grond toegestaan' geeft aan dat in afwijking van de bestemmingsomschrijving ook wonen op de begane grond is toegestaan.

7.3.3 Gemengd

Bestemmingsomschrijving

De bestemming Gemengd wordt gebruikt voor gebieden of gebouwen waarbinnen een breed scala aan functies mogelijk is. De bestemming Gemengd is grotendeels te vergelijken met de bestemming Centrum-2. Echter, aangezien de percelen waaraan deze bestemming is gegeven niet meer direct binnen of aan de centrumring liggen, hebben deze percelen de bestemming Gemengd gekregen.

In de bestemming Gemengd zijn meerdere functies toegestaan, waaronder dienstverlening, kantoren, maatschappelijke voorzieningen, sportvoorzieningen en - indien specifiek aangeduid - horeca (t/m categorie 3 uit de Staat van Horeca-activiteiten).

Bebouwingsmogelijkheden

Binnen de bestemming Gemengd is een onderscheid gemaakt tussen welke bebouwing is toegestaan binnen het bouwvlak en welke erbuiten. Waar gebouwen mogen worden gebouwd is dat middels een bouwvlak aangegeven. Dit onderscheid maakt dat op de plankaart de grootte en ligging van het bouwvlak de bouwmogelijkheden bepalen. Binnen het bouwvlak staan de toegestane goot- en bouwhoogte. Buiten het bouwvlak zijn alleen andere bouwwerken toegestaan.

Maatvoering bouwvlak

De maatvoering van het bouwvlak is maatwerk. Daarbij wordt gekeken naar het vigerende bestemmingsplan en de vanuit stedenbouwkundig oogpunt gewenste situatie. In principe wordt gekozen voor een zo groot mogelijk bouwvlak waarin eventueel een bebouwingspercentage wordt opgenomen. De zone langs de straatzijde wordt waar mogelijk vrijgehouden van bebouwing.

7.3.4 Groen

Bestemmingsomschrijving

De bestemming Groen wordt gebruikt om het structurele groen, het groen van formaat, te bestemmen. In deze gebieden staat de groene inrichting voorop, ook voor de langere termijn. De gronden binnen deze bestemming zijn bestemd voor groenvoorzieningen, speelvoorzieningen, water, openbare nutsvoorzieningen en bij deze bestemming behorende voorzieningen zoals verhardingen, bankjes, prullenbakken, enz. Daar waar het specifiek is aangeduid is tevens een speelterrein toegestaan, zoals bijvoorbeeld een verhard speelterrein, skatebaan, etc.

Wegen ten behoeve van autoverkeer zijn niet toegestaan. Paden en wegen voor langzaam verkeer zijn wel mogelijk. Ten behoeve van een flexibel gebruik van de gronden en in relatie met de nodige aandacht voor de waterhuishouding is het ook mogelijk watergangen of -bergingen binnen deze bestemming toe te staan.

Bebouwingsmogelijkheden

Binnen deze bestemming mogen geen gebouwen worden gebouwd en zijn alleen andere bouwwerken toegestaan.

7.3.5 Horeca

Bestemmingsomschrijving

Binnen de bestemming Horeca vallen de grotere horecagelegenheden. Horeca is toegestaan tot en met categorie 3 van de Staat van Horeca-activiteiten (deze is in de bijlage opgenomen). Binnen de gemeente Voorst worden vier categorieën horeca onderscheiden:

  • Categorie 1:
    Hier vindt de bereiding van etenswaren plaats voor consumptie ter plaatse. Voorbeelden: bistro, koffie-/ theehuis, ijssalon, lunchroom, hotel.
  • Categorie 2:
    Hier vindt de bereiding van etenswaren plaats al dan niet voor consumptie ter plaatse. Voorbeelden: restaurant met bezorg- en/ of afhaalfunctie, snackbar, shoarma, automatiek, cafetaria, fast-food restaurant.
  • Categorie 3:
    Deze horecabedrijven verstrekken hoofdzakelijk dranken. Voorbeelden: café, bar, bierhuis, zaalverhuur.
  • Categorie 4:
    Deze horecabedrijven geven hoofdzakelijk gelegenheid tot dansen en het ten gehore brengen van muziek. Voorbeelden: discotheek, bardancing, partycentrum, nachtclub.

Daarnaast zijn bedrijfswoningen, openbare nutsvoorzieningen en bij de bestemming behorenden voorzieningen toegestaan.

Bebouwingsmogelijkheden

Binnen de bestemming Horeca is een onderscheid gemaakt tussen welke bebouwing is toegestaan binnen het bouwvlak en welke erbuiten. Waar gebouwen (inclusief bedrijfswoningen) mogen worden gebouwd is dat middels een bouwvlak aangegeven. Dit onderscheid maakt dat op de plankaart de grootte en ligging van het bouwvlak de bouwmogelijkheden bepalen. Binnen het bouwvlak staan de toegestane goot- en bouwhoogte vermeld. Buiten het bouwvlak kan, op gronden die aangeduid zijn als 'erf', tot een maximale oppervlakte van 50 m2 aan bijgebouwen gerealiseerd worden. Op gronden buiten het bouwvlak en buiten het erf mogen alleen andere bouwwerken toegestaan.

Maatvoering bouwvlak

De maatvoering van het bouwvlak is maatwerk. Daarbij wordt gekeken naar het vigerende bestemmingsplan en de vanuit stedenbouwkundig oogpunt gewenste situatie. In principe wordt gekozen voor een zo groot mogelijk bouwvlak waarin eventueel een bebouwingspercentage wordt opgenomen. De zone langs de straatzijde wordt waar mogelijk vrijgehouden van bebouwing.

7.3.6 Maatschappelijk

Bestemmingsomschrijving

Binnen de bestemming Maatschappelijk vallen maatschappelijke voorzieningen zoals de (basis)school, de kerk en het gemeentehuis.

Bebouwingsmogelijkheden

Binnen de bestemming Maatschappelijk is een onderscheid gemaakt tussen welke bebouwing is toegestaan binnen het bouwvlak en welke erbuiten. Waar gebouwen mogen worden gebouwd is dat middels een bouwvlak aangegeven. Dit onderscheid maakt dat op de plankaart de grootte en ligging van het bouwvlak de bouwmogelijkheden bepalen. Binnen het bouwvlak staan de toegestane goot- en bouwhoogte en - indien van toepassing - een maximum bebouwingspercentage vermeld. Buiten het bouwvlak zijn alleen andere bouwwerken toegestaan.

Maatvoering bouwvlak

De maatvoering van het bouwvlak is maatwerk. Daarbij wordt gekeken naar het vigerende bestemmingsplan en de vanuit stedebouwkundig oogpunt gewenste situatie. In principe wordt gekozen voor een zo groot mogelijk bouwvlak waarin eventueel een bebouwingspercentage wordt opgenomen. De zone langs de straatzijde wordt waar mogelijk vrijgehouden van bebouwing.

7.3.7 Verkeer

Bestemmingsomschrijving

De doorgaande wegen met een belangrijke ontsluitende functie zijn ondergebracht in de bestemming Verkeer. Binnen deze bestemming staat de verkeersfunctie centraal. Ook is er ruimte voor groen en verblijfsfuncties waar deze de verkeersfunctie niet in de weg staan. Ten behoeve van een flexibel gebruik van de gronden en in relatie met de nodige aandacht voor de waterhuishouding is het ook mogelijk watergangen of –bergingen binnen deze bestemming toe te staan.

Bebouwingsmogelijkheden

Binnen deze bestemming mogen geen gebouwen worden gebouwd en zijn alleen andere bouwwerken toegestaan.

7.3.8 Verkeer - Railverkeer

Bestemmingsomschrijving

De spoorweg en het station met perron en fietsenstalling hebben de bestemming Verkeer - Railverkeer. Op deze gronden zijn spoorwegen, met bijbehorende kruisingen, en bij de bestemming behorende voorzieningen zoals perrons, overkappingen, geluidwerende voorzieningen, bermen, taluds, groen, parkeervoorzieningen, fietsenstallingen, ontsluitingswegen en water toegestaan.

Bebouwingsmogelijkheden

Binnen deze bestemming mogen geen gebouwen worden gebouwd en zijn alleen andere bouwwerken toegestaan. Het totale oppervlak aan overkappingen mag maximaal 650 m2 bedragen.

7.3.9 Verkeer - Verblijfsgebied

Bestemmingsomschrijving

Binnen de bestemming Verkeer-Verblijfsgebied vallen alle overige wegen in het plangebied die geen doorgangsfunctie hebben. De verblijfsfunctie staat hier centraal. Hieraan verbonden zijn functies als parkeren, voet- en fietspaden, groen en speelvoorzieningen. Ten behoeve van het flexibel gebruik van de gronden en in relatie met de nodige aandacht voor de waterhuishouding is het ook mogelijk watergangen of -bergingen binnen deze bestemming toe te staan.

Bebouwingsmogelijkheden

Binnen deze bestemming mogen geen gebouwen worden gebouwd en zijn alleen andere bouwwerken toegestaan. Daar waar specifiek een busplein is aangeduid, kunnen overkappingen worden opgericht met een totale oppervlakte van 50 m2.

7.3.10 Water

Bestemmingsomschrijving

De A-watergang binnen het plangebied, de Twellose Beek, heeft de bestemming Water gekregen. Het gaat om een watergang die van betekenis is voor het vervoer of het afvoeren van water.

Bebouwingsmogelijkheden

Binnen deze bestemming mogen geen gebouwen worden gebouwd en zijn alleen andere bouwwerken toegestaan ten behoeve van openbare nutsvoorzieningen en de waterhuishouding, zoals schouwpaden.

7.3.11 Wonen

Bestemmingsomschrijving
Bij de bestemming Wonen is gekozen voor één bestemming Wonen inclusief de tuin en het erf. De gronden binnen deze bestemming zijn bestemd voor het wonen, beroepen en bedrijven aan huis alsmede voor tuinen en erven. Ook ondergeschikte voorzieningen als groen, paden, water en parkeren zijn binnen deze bestemming toegestaan.

Voor de bestemmingsregeling van woningen is gestreefd een flexibele en eenduidige regeling op te nemen die toepasbaar is op de meeste woningen in de hele gemeente. Hierbij wordt aangesloten bij de actuele wensen van de burger. Daarbij is vanzelfsprekend wel de nodige rechtszekerheid in ogenschouw genomen.

Voor de specifieke woonbuurten Stationskwartier en De Barnte wordt op onderdelen afgeweken van de hieronder beschreven standaard werkwijze. Dat heeft te maken met de instandhouding van het specifieke stedenbouwkundige karakter van deze woonbuurten.

Beeldbepalende straten
Straten en wegen met een historisch karakter, met beeldbepalende en/of monumentale panden en/of met een representatief karakter omdat er veel bewoners/bezoekers dagelijks langs komen, hebben een beeldbepalende uitstraling. Deze uitstraling draagt in belangrijke mate bij aan de waardering van bewoners en bezoekers van het woon- en leefklimaat. Het is van belang die kwaliteit zo veel mogelijk te handhaven, dan wel waar mogelijk te vergroten. Dit wordt gedaan in de Welstandsnota, maar ook in de bestemmingsplannen binnen de gemeente Voorst. Het bestemmingsplan wordt daarbij ingezet om gewenste ontwikkelingen te stimuleren en ongewenste ontwikkelingen tegen te gaan.

De Centrumring wordt in dit bestemmingsplan beschouwd als beeldbepalende route. De centrumring wordt gevormd door door de H.W. Iordensweg, Michiel de Ruyterstraat, Karel Doormanstraat, Raccordement, Veilingstraat en Domineestraat. Daarnaast worden ook de Dorpsstraat en de Dorpsdwarsstraat als zodanig beschouwd.
Om langs beeldbepalende straten de bestaande kwaliteit te handhaven, wordt gestreefd voortuinen en hoeken van straten zoveel mogelijk vrij te houden van bebouwing. Indien sprake is van bestaande bebouwing, niet zijnde hoofdgebouwen, dan wordt deze opgenomen binnen de aanduiding erf. In andere gevallen wordt de voor- en zijtuin aangeduid als tuin. In niet-beeldbepalende gebieden is de regeling om op het zijerf te bouwen ruimer.

Onderstaand is schematisch aangegeven hoe bij hoeksituaties met de grens tussen de aanduiding erf en tuin wordt omgegaan.

afbeelding "i_NL.IMRO.0285.171016-VS00_0007.gif" afbeelding "i_NL.IMRO.0285.171016-VS00_0008.gif"
Bouwregels
Binnen deze bestemming is op de kaart onderscheid gemaakt tussen het bouwvlak, de aanduiding erf, de aanduiding tuin en bij diepe percelen eventueel een gedeelte op het achtererf zonder aanduiding. Deze driedeling is bepalend voor de plaats van het hoofdgebouw, de overige gebouwen, de andere bouwwerken en waar niet mag worden gebouwd. Over vergunningvrij bouwen wordt vanzelfsprekend geen uitspraak gedaan.

Het aantal woningen mag het bestaande aantal per bouwperceel niet overschrijden. Het bestaande aantal wordt niet aangegeven op de plankaart, maar moet worden afgeleid uit luchtfoto's en het bouwarchief. Voor het begrip bestaand wordt verwezen naar de begripsbepalingen waarin het tijdstip van inwerkingtreding van het plan of een mogelijk afgegeven bouwvergunning c.q. omgevingsvergunning bepalend is.

Bouwvlak
Er is gekozen voor een flexibele systematiek waarbij binnen het bouwvlak zowel het hoofdgebouw, de overige gebouwen en andere bouwwerken zijn toegestaan. Feitelijk maakt het dus niet uit wat hier gebouwd wordt, mits het voldoet aan de maximale maatvoering. Het hoofdgebouw mag uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd. De maat van het hoofdgebouw is dan ook leidend bij de maatvoering van het bouwvlak.

Maatvoering bouwvlak
De breedtemaat van het bouwvlak wordt in principe bepaald door de bestaande afstanden tussen de woningen. Is de bestaande afstand minder dan 15 meter dan worden de bouwvlakken op de kaart gegroepeerd. Bij meer dan 15 meter kan sprake zijn van een belangrijk doorzicht of aangezicht van naastgelegen woningen en wordt het bouwvlak afgesloten aan weerszijden van de woning. Bij beeldbepalende wanden is bij een tussenruimte van minimaal 10 meter al sprake van ruimtelijke kwaliteit. Als sprake is van grote tussenruimtes en het bouwvlak op de kaart individueel wordt begrensd dan wordt een standaard breedtemaat van 10 meter op de kaart aangehouden. Is het bestaande hoofdgebouw smaller dan wordt de stedenbouwkundig best passende richting gekozen voor uitbreiding tot die maximale breedte van 10 meter en is het hoofdgebouw al breder dan wordt de bestaande breedte genomen.

De diepte van het bouwvlak wordt bepaald door het type woning. Gaat het om een vrijstaande woning dan wordt een diepte van 15 meter aangehouden op de kaart. Bij twee-aaneengebouwde woningen wordt een diepte van 12 meter gehanteerd. Bij aaneengebouwde woningen maximaal 10 meter. Deze dieptematen geven voldoende uitbreidingsruimte per woningtype. Anderzijds wordt voorkomen dat aan de achterzijde het hoofdgebouw over een te grote diepte over twee lagen kan worden uitgebouwd en buren hier mogelijk last van ondervinden.

Maatvoering bebouwing binnen bouwvlak
Het hele bouwvlak mag worden volgebouwd met het hoofdgebouw en overige gebouwen. Voor hoofdgebouwen geldt een maximale breedte van 10 meter. Bij woningen waartussen een grotere ruimte bestaat dan 15 meter (en 10 meter bij beeldbepalende straten) wordt dit al geregeld door de maximale breedtemaat van het bouwvlak.

De bouw- en goothoogte van het hoofdgebouw mag maximaal de op de kaart aangegeven hoogte bedragen. Hierbij is standaard uitgegaan van goot- en bouwhoogtes afhankelijk van het aantal bouwlagen:

Aantal bouwlagen
(excl. kap)  
Goothoogte (in meters)   Bouwhoogte (in meters)  
1   3,5   8  
2   6,5   10  

Mocht de bestaande goot- of bouwhoogte hoger zijn dan de aangegeven maat dan is deze toegestaan. Langs beeldbepalende straten wordt aansluiting gezocht bij de bestaande hoogtematen vanuit het principe “diversiteit is kwaliteit”. Deze kwaliteit moet behouden blijven.

Om de hoofdgebouwen van elkaar te kunnen blijven onderscheiden en te voorkomen dat er een aaneengesloten wand van twee bouwlagen ontstaat, is geregeld dat binnen een afstand van 2,5 meter tot de perceelsgrens de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 5 meter en de goothoogte niet meer dan 3 meter. Deze maatvoering sluit aan bij de maatvoering van overige gebouwen.

Erf
De gronden achter en naast het bouwvlak zijn op de kaart aangeduid met de aanduiding erf. Op het erf zijn uitsluitend overige gebouwen en andere bouwwerken toegestaan. Voor overkappingen geldt dat deze minimaal 1 meter achter de voorgevel moeten worden gebouwd. Het gaat hier vaak om carports. De goot- en bouwhoogte van overige gebouwen mag niet meer dan 3 respectievelijk 5 meter bedragen mits de bestaande hoogte niet meer is. Dit is een maat die veel voorkomt en voldoet aan de gemiddelde eisen en wensen van de burger. Ook wordt met deze maat voldoende onderscheid aangebracht tussen hoofdgebouw en overige gebouwen. Om te voorkomen dat de (analoge) kaart onoverzichtelijk wordt is er voor gekozen de hoogteaanduiding voor overige gebouwen niet op de kaart op te nemen.

De oppervlakte overige gebouwen is begrensd. Deze oppervlaktemaat geldt alleen binnen de gronden met de aanduiding erf. Wat er aan overige gebouwen binnen het bouwvlak wordt gebouwd telt niet mee. Binnen de aanduiding erf mag maximaal 50 m² aan overige gebouwen worden gebouwd. Daarnaast mag het bebouwingspercentage aan overige gebouwen van de gronden met de aanduiding erf de 50% niet overschrijden. Deze oppervlaktemaat aan overige gebouwen biedt - naast het toegestane oppervlak binnen het bouwvlak en de mogelijkheid om vergunningvrij te bouwen - de burger voldoende flexibiliteit om direct in hun behoefte te voorzien. Anderzijds blijft de open ruimte op het erf voldoende gewaarborgd.

Tuin
Op de gronden aangeduid met tuin zijn uitsluitend andere bouwwerken toegestaan met uitzondering van aan de voorgevel van het hoofdgebouw gebouwde erkers en/of entreepartijen.

Andere bouwwerken
Op de gronden met de aanduiding bouwvlak, erf en tuin mogen ook andere bouwwerken worden gebouwd tot een hoogte van 3 meter. Voor erfafscheidingen op gronden met de aanduiding tuin geldt een maximale hoogte van 1 meter en binnen het bouwvlak en erf maximaal 2 meter. Speeltoestellen en vlaggenmasten mogen maximaal 4,5 respectievelijk 8 meter hoog zijn. Overkappingen vallen ook onder andere bouwwerken en de oppervlakte van alle andere bouwwerken samen mag niet meer dan 20 m² bedragen.

Aan huis verbonden beroep en -bedrijf
Binnen de woonbestemming is een beroep en/of bedrijf aan huis mogelijk tot een gezamenlijk maximum oppervlak van 50 m². Hiervoor mag maximaal 40% van de vloeroppervlakte van het hoofdgebouw en 100% van de vloeroppervlakte van de overige gebouwen worden gebruikt. Ook dient te worden voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • er mag geen sprake zijn van belemmeringen voor omliggende functies;
  • er mag geen nadelige invloed worden uitgeoefend op de normale afwikkeling van het verkeer;
  • er dient in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein te worden voorzien;
  • er mag geen sprake zijn van detailhandel, uitgezonderd internetverkoop;
  • het beroep en het bedrijf mogen uitsluitend door de bewoner(s) worden uitgeoefend;
  • de uitoefening van een aan huis verbonden bedrijf is alleen toegestaan als het een bedrijf is dat is opgenomen in categorie 1 van de in de bijlage bij de regels opgenomen Staat van Bedrijfsactiviteiten-1.

Opslag ten behoeve van het aan huis verbonden beroep en/of –bedrijf valt ook binnen het toegestane aantal vierkante meters.

Bed & breakfast
De woning en de overige gebouwen mogen gedeeltelijk worden gebruikt voor het voeren van een bed & breakfast. Hiervoor mogen maximaal drie kamers worden gebruikt met in totaal maximaal acht slaapplaatsen. Op deze wijze wordt een invulling gegeven aan de recreatieve potentie van de gemeente Voorst. Ook de overige gebouwen kunnen hier gedeeltelijk voor worden gebruikt. De activiteit mag geen belemmering vormen voor de omgeving of voor de normale afwikkeling van het verkeer. Vanzelfsprekend is de geldende milieuwetgeving ook van kracht.

7.3.12 Woongebied

Het te ontwikkelen perceel voor de beoogde locatie van de twee-onder-een-kapwoning aan de Sikkestraat heeft de bestemming 'Woongebied' gekregen. Het is mogelijk binnen deze bestemming woningen te bouwen met alle daarbij behorende overige gebouwen, verkeer- en verblijfsvoorzieningen, ontsluitingswegen, speel- en groenvoorzieningen, waterhuishoudkundige voorzieningen, nutsvoorzieningen en bij de bestemming behorende voorzieningen zoals groen, paden en verhardingen. De hoofdgebouwen dienen binnen het daarvoor opgenomen bouwvlak te worden gebouwd. Middels aanduidingen is het aantal woningen en de maximale goot- en bouwhoogte bepaald. Ook is de bouwaanduiding 'aaneengesloten' opgenomen, om aan te geven dat alleen twee-onder-een-kapwoningen zijn toegestaan. Overige gebouwen kunnen binnen bouwvlak en de aanduiding 'erf' worden opgericht met een gezamenlijk maximum van 50 m2.

Binnen het plangebied van De Barnte is op gronden aan de Kleine Barteldweg in het verleden vergunning verleend voor de bouw van een drietal woningen, die tot op heden niet gerealiseerd zijn. Ook hier is de bestemming Woongebied opgenomen, met een ruim bouwvlak waarbinnen zowel hoofdgebouwen als overige gebouwen (50 m2 per woning) gerealiseerd dienen te worden. Middels aanduidingen is het aantal woningen en de maximale bouwhoogte bepaald.

Gelijk aan de bepalingen in de bestemming Wonen mogen woningen en overige gebouwen gebruikt worden voor aan huis verbonden bedrijven en/of beroepen en het aanbieden van bed & breakfast.

7.3.13 Waarde - Archeologie 1 t/m 4

Om de archeologische waardevolle gebieden veilig te stellen, gelden op deze gronden beperkingen ten aanzien van het bouwen voor de met deze bestemming samenvallende bestemmingen. Bouwen is uitsluitend toegestaan indien uit onderzoek blijkt dat geen archeologische waarden aanwezig zijn of dat de waarden voldoende worden veiliggesteld. Daarnaast geldt een omgevingsvergunningsplicht voor het uitvoeren van bepaalde werken, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden. De regeling is niet van toepassing op bestaande bouwwerken voor zover ingeval van herbouw gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundamenten. In alle overige gevallen geldt per archeologische dubbelbestemming een specifieke regeling. Deze regeling is van toepassing op het oprichten van nieuwe bebouwing groter dan een bepaald oppervlak en dieper dan een bepaalde diepte. Een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, is niet noodzakelijk voor werken en werkzaamheden die betrekking hebben op normaal beheer en onderhoud overeenkomstig de toegekende bestemming.

7.3.14 Waarde - Cultuurhistorie

Voor het gebied rondom de Dorpsstraat is de dubbelbestemming Waarde-Cultuurhistorie opgenomen. Deze dubbelbestemming dient ter bescherming van de daar aanwezige cultuurhistorische waarden. In de regels is voor dit gebied een verbod op het aanpassen van het verkavelingspatroon, het aanleggen of veranderen van het wegenpatroon, het slopen van gebouwen en het vellen of rooien van bomen opgenomen.