direct naar inhoud van Artikel 4 Bedrijf
Plan: Terwolde 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0285.12100-VS00

Artikel 4 Bedrijf

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven tot en met categorie 2 van de in bijlage I opgenomen 'Staat van Bedrijfsactiviteiten';
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf – verkoop en opslag van consumentenvuurwerk': verkoop en opslag van consumentenvuurwerk mits niet gelegen binnen 8 m van de bouwperceelsgrens;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - korenmolen': korenmolen alsmede de instandhouding en/of herstel van de korenmolen en zijn cultuurhistorische en beeldbepalende waarden met de bijbehorende bebouwing;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel', bestaande detailhandel in tuin- en woonartikelen;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening', nutsvoorzieningen;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning': een bedrijfswoning;
  • g. aan huis verbonden beroepen welke zijn genoemd in categorie 1 van de bij dit plan behorende 'Staat van Bedrijfsactiviteiten', met dien verstande dat:
    • 1. maximaal 40% van de vloeroppervlakte van het hoofdgebouw en 100% van de vloeroppervlakte van de overige gebouwen mag worden gebruikt met een gezamenlijk maximum van 50 m²;
    • 2. de activiteit niet leidt tot belemmeringen voor de omliggende functies;
    • 3. de activiteit geen nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer;
    • 4. ten behoeve van de activiteit wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein;
  • h. bed & breakfast, uitsluitend in een bedrijfswoning, met dien verstande dat:
    • 1. maximaal 3 kamers per bouwperceel mogen worden gebruikt met een maximum van 8 slaapplaatsen;
    • 2. de activiteit geen nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer;
    • 3. ten behoeve van de activiteit wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein;
  • i. openbare nutsvoorzieningen;
  • j. bij deze bestemming behorende voorzieningen zoals groen, tuinen, erven, verhardingen, verkeers- en verblijfsvoorzieningen, parkeerplaatsen, laad- en losvoorzieningen en water.

4.2 Bouwregels
  • a. Op deze gronden mogen gebouwen worden gebouwd en gelden de volgende regels:
    • 1. gebouwen mogen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' worden gebouwd;
    • 2. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf – verkoop en opslag van consumentenvuurwerk' zijn binnen een veiligheidszone van 8 m, gemeten vanaf de bewaarplaats en de bufferbewaarplaats van het consumentenvuurwerk en gemeten in voorwaartse richting, geen beperkt kwetsbare of kwetsbare objecten toegestaan;
    • 3. ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' mogen de goot- en bouwhoogte maximaal de aangegeven hoogten in meters bedragen;
    • 4. ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage (%)' mag het bebouwingspercentage maximaal het aangegeven percentage bedragen, met dien verstande dat indien geen bebouwingspercentage staat aangegeven, het bouwvlak voor 100% mag worden bebouwd;
    • 5. ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening' mogen uitsluitend gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen worden gebouwd;
    • 6. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' mag ten hoogste één bedrijfswoning worden gebouwd;
    • 7. de breedte van een bedrijfswoning mag maximaal 10 m bedragen;
    • 8. de diepte van een bedrijfswoning mag maximaal 15 m bedragen;
    • 9. de goothoogte van een bedrijfswoning mag maximaal 6 m bedragen;
    • 10. de bouwhoogte van een bedrijfswoning mag maximaal 9 m bedragen.

  • b. Op deze gronden mogen andere bouwwerken worden gebouwd en gelden de volgende regels:
    • 1. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 2 m bedragen;
    • 2. de bouwhoogte van lichtmasten en kunstobjecten mag maximaal 6 m bedragen;
    • 3. de bouwhoogte van vlaggenmasten mag maximaal 8 m bedragen;
    • 4. de bouwhoogte van andere bouwwerken mag maximaal 3 m bedragen;
    • 5. de gezamenlijke oppervlakte van andere bouwwerken gelegen buiten gronden met de aanduiding 'bouwvlak' mag per bouwperceel maximaal 20 m² bedragen.

4.3 Specifieke gebruiksregels
4.3.1 Strijdig gebruik

Tot een gebruik van gronden strijdig met de bestemming, als bedoeld in artikel 4.1, wordt in ieder geval het gebruik voor geluidszoneringsplichtige en risicovolle inrichtingen gerekend.

4.4 Afwijken van de gebruiksregels

Bij een omgevingsvergunning kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • het straat- en/of bebouwingsbeeld;
  • de verkeersveiligheid;
  • de woonsituatie;
  • de milieusituatie,
    worden afgeweken van het bepaalde in lid 4.1 onder a, voor de vestiging van bedrijven die:
    • 1. niet zijn genoemd in de bij dit plan behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten, dan wel:
    • 2. worden genoemd in een hogere categorie, mits deze naar aard en effecten op het woon- en leefklimaat van de aangrenzende woongebieden, al dan niet onder te stellen voorwaarden, wat betreft geur, stof, geluid en gevaar, kunnen worden gelijkgesteld met de bedrijven behorende tot de milieucategorieën 1 en 2 welke zijn genoemd in de bij dit plan behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten.

4.5 Wijzigingsbevoegdheid
  • a. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bij dit plan behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten te wijzigen voor wat betreft de categorie-indeling van bedrijven, indien en voor zover ten gevolge van technische en/of milieuhygiënische ontwikkelingen de milieubelasting van de desbetreffende typen bedrijven wijzigt.

  • b. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening het plan te wijzigen voor wat betreft het verwijderen van de aanduiding genoemd onder 4.1 onder b, indien de desbetreffende bedrijfsactiviteit ter plaatse duurzaam is beëindigd.