Artikel 15 Algemene afwijkingsregels
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in de regels en op de verbeelding, ten behoeve van:
-
a. het afwijken van de voorgeschreven minimum en maximum maten met niet meer dan 10%, voor zover daarvoor in deze regels geen bijzondere afwijkingsbevoegdheden zijn opgenomen;
-
b. het bouwen van kleine, niet voor bewoning bestemde gebouwen en andere bouwwerken ten dienste van openbare nutsvoorzieningen zoals gemaalgebouwtjes, transformatorhuisjes, reduceerstations, met dien verstande dat:
-
1. de bebouwde oppervlakte niet meer mag bedragen dan 30 m2;
-
2. de goothoogte van gebouwen niet meer mag bedragen dan 3 m;
-
3. de bouwhoogte van gebouwen niet meer mag bedragen dan 6 m;
-
4. de bouwhoogte van andere bouwwerken niet meer mag bedragen dan 12 m.