direct naar inhoud van Artikel 20 Water
Plan: Buitengebied 2013
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0282.BpBu2013-GVS2

Artikel 20 Water

20.1 Bestemmingsomschrijving
20.1.1 Algemeen

De voor Water aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. waterhuishoudkundige doeleinden;
  • b. waterberging en waterlopen;
  • c. woonschepen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'woonschepenligplaats', alsmede aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit hierbij;
  • d. groenvoorzieningen;
  • e. paden;
  • f. extensief recreatief medegebruik;
  • g. loopbruggen naar woonschepen;

met bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder aanlegsteigers, bruggen, dammen en/of duikers en overeenkomstig de in 20.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemming.

20.1.2 Nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving

In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 20.1.1:

a Aantal woonschepen

Het aantal woonschepen mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' met deze aanduiding is aangegeven.

b Niet-verkeersaantrekkende aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit

Binnen deze bestemming is gebruik van een deel van het woonschip ten behoeve van de uitoefening van een niet-verkeersaantrekkende aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • 1. maximaal 50 m² van het vloeroppervlak van het woonschip, mag worden gebruikt voor de aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit, met dien verstande dat het bebouwingspercentage ten behoeve van de benodigde ruimte voor de aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit niet meer mag bedragen dan 40%;
  • 2. het gebruik is niet toegestaan in vrijstaande bijbehorende bouwwerken;
  • 3. het gebruik dient de woonfunctie te ondersteunen dat wil zeggen dat degene die de activiteiten in het woonschip zal uitvoeren, tevens de bewoner van het woonschip dient te zijn;
  • 4. activiteiten die vergunningplichtig zijn krachtens de Wet milieubeheer of krachtens het Activiteitenbesluit als type B of C inrichting worden aangemerkt, zijn niet toegestaan;
  • 5. er mag geen detailhandel plaatsvinden, uitgezonderd een beperkte verkoop als ondergeschikte activiteit en wel in verband met de activiteit;
  • 6. buitenopslag is niet toegestaan;
  • 7. er worden maximaal 2 parkeerplaatsen in het openbaar gebied gebruikt.
c Verkeersaantrekkende aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit

Het gebruik van een deel van het woonschip ten behoeve van de uitoefening van een verkeersaantrekkende aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit is uitsluitend toegestaan na verlening van de omgevingsvergunning bedoeld in 20.4.1.

20.2 Bouwregels
20.2.1 Algemeen

Uitsluitend zijn toegestaan bouwwerken geen gebouwen zijnde, die ten dienste staan van deze bestemming.

20.2.2 Woonschepen

Voor woonschepen gelden de volgende bepalingen:

  • a. de oppervlakte van een wooonschip mag met maximaal 10% worden uitgebreid ten opzichte van de bestaande oppervlakte, waarbij geldt dat de oppervlakte per wooonschip niet meer mag bedragen dan 180 m2;
  • b. de oppervlakte van een aanleg- en vissteiger ten behoeve van een aangrenzende woonschip mag niet meer dan 3 m2 bedragen. De bouwhoogte mag maximaal 1 meter boven de waterlijn bedragen;
  • c. in verband met het voorkòmen van brandoverslag tussen woonschepen, dient de onderlinge afstand tussen de woonschepen minimaal 5 meter te bedragen, tenzij op andere wijze een weerstand tegen brandoverslag van ten minste 30 minuten, bepaald volgens NEN 6068, wordt verkregen;
  • d. een wooonschip mag maximaal uit twee bouwlagen bestaan, met dien verstande dat het oppervlak van de tweede bouwlaag maximaal 80% van de onderliggende woonlaag mag bedragen.
20.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan voor de waterwegaanduiding, geleiding of tolheffing, maximaal 4,5 m.

20.3 Specifieke gebruiksregels
20.3.1 Strijdig gebruik

In aanvulling op het bepaalde van artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen gebruik van gronden en/of opstallen voor:

  • a. het aanleggen van terrassen op pontons.
20.4 Afwijken van de gebruiksregels
20.4.1 Omgevingsvergunning verkeersaantrekkende aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit

Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken als bedoeld in 20.1.2 onder c, teneinde binnen een woonschip de uitoefening van een verkeersaantrekkende aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit toe te staan. Hiervoor dient aan de volgende criteria te worden voldaan:

  • a. maximaal 50 m² van het vloeroppervlak van het woonschip (meerdere lagen), mag worden gebruikt voor de aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit;
  • b. de woonfunctie dient behouden te blijven;
  • c. het gebruik dient de woonfunctie te ondersteunen dat wil zeggen dat degene die de activiteiten in het woonschip zal uitvoeren, tevens de bewoner van het woonschip dient te zijn;
  • d. het gebruik mag geen ernstige hinder voor het woonmilieu opleveren en mag ook geen afbreuk doen aan het woonkarakter van de omgeving. Dit betekent bijvoorbeeld dat activiteiten die vergunningplichtig zijn krachtens de Wet milieubeheer of krachtens het Activiteitenbesluit als type B of C inrichting worden aangemerkt, niet zijn toegestaan;
  • e. er mag geen detailhandel plaatsvinden, uitgezonderd een beperkte verkoop als ondergeschikte activiteit en wel in verband met de activiteit;
  • f. het onbebouwde deel van het bouwperceel mag niet worden gebruikt voor de activiteiten, buitenopslag is niet toegestaan;
  • g. het gebruik mag geen onevenredige nadelige gevolgen hebben voor de verkeersafwikkeling en de parkeerbalans.