direct naar inhoud van 5.3 Waterhuishouding
Plan: Hezelstraat 22, Ooij
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0282.BPOoHezelstraat22-VSG1

5.3 Waterhuishouding

Voor de uitvoering van ruimtelijke plannen dient rekening gehouden te worden met het aspect water. Om dit te kunnen waarborgen is een watertoets verplicht geworden voor diverse ruimtelijke plannen, waaronder een bestemmingsplan. Dit betekent dat de ruimtelijke onderbouwing van het plan een waterparagraaf dient te bevatten waarin de waterhuishoudkundige situatie wordt beschreven en de effecten van de ruimtelijke veranderingen op de waterhuishouding worden verwoord.

Beleid

De locatie ligt in het beheergebied van het Waterschap Rivierenland. Het beleid van het waterschap is vastgelegd in het waterbeheerplan voor de periode 2010-2015. Het plan heeft betrekking op alle watertaken van het waterschap: waterkwantiteit, waterkwaliteit, waterkering en waterketen.

Het plan bouwt vooral voort op het reeds bestaande beleid ( o.a. maatregelen voor het Nationaal Bestuursakkoord Water, de Kaderrichtlijn Water en de waterketen). Nieuwe onderwerpen in deze beleidsperiode zijn onder andere:

  • maatregelen voor zwemwater;
  • maatregelen voor de natuur in Natura-2000 gebieden, beschermd vanuit de Vogelrichtlijn of de Habitatrichtlijn; in TOP-lijstgebieden, waar verdroging met voorrang aangepakt wordt in waterparels en in door de provincie aangewezen beschermde natte natuur;
  • normenstudies aan de hand van de nieuwe klimaatscenario’s;
  • actualisatie van 36 stedelijke waterplannen en de uitvoering daarvan.

Op het waterbeheer van woningen is het reeds bestaand beleid van toepassing met betrekking tot de gescheiden afvoer en verwerking van het hemelwater.

Afkoppeling hemelwater

Uitgangspunt voor het waterschap Rivierenland is, dat bij een toename van minimaal 500 m2 afvoerend oppervlak een watertoets noodzakelijk is. De gemeente heeft als beleid dat de hemelwaterafvoer van zoveel mogelijk verhard oppervlak (met name daken) moet worden afgekoppeld van het vuilwaterriool.

Het bouwplan leidt tot een toename van het afvoerend oppervlak (daken) met ca. 138 m2. Deze geringe toename van het verharde oppervlak maakt een watertoets voor dit plan niet noodzakelijk. Het hemelwater van de daken van de bestaande bebouwing is reeds afgekoppeld. Het water infiltreert via grindkoffers in de bodem. Deze infiltratievoorziening wordt ook voor de hemelwaterafvoer van het dak van het nieuwe bijgebouw getroffen.

Op 1 januari 2008 is de Wet gemeentelijke watertaken in werking getreden, waarbij de perceelseigenaar het hemelwater zoveel mogelijk dient te verwerken op de plaats waar het valt. Met de aanleg van de drukriolering in 2005 is al overeengekomen dat het hemelwater van bestaande dakvlakken en verharding gescheiden van het vuil water wordt verwerkt.