Plan: | Heveadorp 2012 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0274.bp0134hv-va04 |
In het kader van het wettelijk verplichte overleg op grond van artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) is het voorontwerpbestemmingsplan 'Heveadorp 2011' in september 2010 voorgelegd aan de gebruikelijke partners en het Dorpsplatform. Daarnaast is het plan in april 2011 voorgelegd aan de gemeentelijke Monumentencommissie. Van de volgende instanties is een reactie ontvangen:
Onderstaand zijn deze reacties kort samengevat en van antwoord voorzien.
VROM-inspectie
Inhoud reactie:
De VROM-inspectie ziet geen aanleiding tot het maken van opmerkingen, gelet op de nationale belangen in de Realisatieparagraaf Nationaal Ruimtelijk Beleid (RNRB).
Beantwoording en conclusie:
De reactie wordt ter kennisname aangenomen.
Provincie Gelderland
Inhoud reactie:
De provincie constateert dat het plangebied in het voorontwerpbestemmingsplan (deels) is gelegen in een gebied dat op grond van de provinciale structuurvisie Streekplan Gelderland 2005 is aangemerkt als Ecologische hoofdstructuur (EHS), Waardevol landschap en Natura 2000-gebied Veluwe. De bescherming van deze gebieden betreft een provinciaal belang waarvoor (conform de op 19 maart 2008 door Provinciale Staten vastgestelde Wro-agenda) provinciale verantwoordelijkheid geldt. De provincie constateert dat deze verantwoordelijkheid een goede vertaling heeft gekregen in het bestemmingsplan. De provincie adviseert om het plan verder in procedure te brengen.
Beantwoording en conclusie:
De reactie wordt ter kennisname aangenomen.
Waterschap Vallei & Eem
Inhoud reactie:
Het waterschap is heel tevreden over de wijze waarop grond- en oppervlaktewater is meegenomen in het ruimtelijk plan. Ten aanzien van de waterkwaliteitsdoelstellingen wordt geadviseerd de toelichting hierop iets te verduidelijken. In de toelichting, paragraaf 'Water', bij het kopje 'Waterschap Vallei en Eem' staat vermeld 'Voor deze gebieden zijn momenteel geen waterkwaliteitsdoelen geformuleerd'. Dit roept vragen op die het waterschap wil voorkomen door net iets meer informatie te geven. De volgende tekst wordt voorgesteld:
'Het plangebied ligt in beïnvloedingsgebied voor ecologisch waardevolle wateren. Voor deze gebieden zijn geen harde waterkwaliteitsdoelen geformuleerd, echter het standstill-principe dient in acht te worden genomen. Extra belastingen op het watersysteem zijn daarom onwenselijk. De chemische en ecologische waterkwaliteit in de Seelbeek wordt hiertoe gemonitord door het waterschap. De Unie van waterschappen werkt momenteel in samenwerking met de provincies aan een landelijke methodiek voor normstellingen van wateren. Bestuurlijke afspraken hierover worden in 2011/2012 verwacht. Zodra de landelijke lijn is vastgesteld, kan het waterschap in samenwerking met de betrokken gebiedspartners meer heldere doelen/normen vaststellen. Tot die tijd legt het waterschap de prioriteit bij het stimuleren van rioolaanleg in het buitengebied en het verduurzamen van de landelijke en stedelijke watersystemen (bijvoorbeeld afkoppelen van regenwater)'
Het waterschap waardeert het dat er in de regels een artikel is opgenomen ten behoeve van de bescherming van ondergrondse grondwaterstromen en leemschotten/kleilagen. Ten behoeve van de leesbaarheid worden de volgende opmerkingen en suggesties gemaakt.
In de regels van het voorontwerpbestemmingsplan in het artikel 'Waarde – Beschermingszone niet-waterdoorlatende lagen en grondwaterstromen' bij het onderdeel 'afwijking van de bouwregels' is de voorwaarde voor het 'niet aantasten van de bestaande grondwaterstromen' onvoldoende specifiek omdat het gaat om grondwaterstromen, zoals ook vermeld in het onderdeel 'bestemmingsomschrijving',: 'ten behoeve van de toestroming van grondwater naar de beken en (schijn) grondwaterstromen'.
Verder wordt voorgesteld wordt om in de regels van hetzelfde artikel bij het onderdeel 'uitzondering verbod' aan te vullen met de voorwaarde: 'dat de klei- of leemlagen in boorgaten na afronding van het onderzoek hersteld worden'.
Als laatste wordt informatie aangeleverd over de waterkwaliteit van de Seelbeek op basis van macrofaunaonderzoek (berekening waterkwaliteit) in de jaren 2000 en 2003.
Beantwoording en conclusie:
De betreffende aanvulling op de toelichting en in de regels zijn als zodanig overgenomen en aangepast in het bestemmingsplan. Het macrofaunaonderzoek wordt voor kennisgeving aangenomen en wordt niet opgenomen in het bestemmingsplan aangezien dit geen ruimtelijk relevante informatie betreft.
Monumentencommissie
Inhoud reactie:
De monumentencommissie heeft vooral een aantal vragen gesteld in de inspraakreactie en enkele tekstuele verbeteringen.
In de regels van het voorontwerpbestemmingsplan in het artikel 'Waarde – Archeologische hoge verwachting' wordt bij de bouwregels en oppervlaktemaat van 200 m² genoemd. Afgevraagd wordt waar deze oppervlakte vandaan komt en of deze oppervlakte is afgestemd met de RCE en/of de archeoloog van de provincie.
In de regels van het voorontwerpbestemmingsplan in het artikel 'Algemene afwijkingen' staat dat afgeweken kan worden van de bestemmingen voor een aantal standaardregels, mist aan een aantal waarden (situaties) geen onevenredige afbreuk wordt gedaan.
Afgevraagd wordt of het ook mogelijk is om op grond van cultuurhistorische argumenten af te wijken van de bestemmingsplanregels. Het argument hierbij is behoud door ontwikkeling.
Bij de toelichting van het voorontwerpbestemmingsplan wordt bij paragraaf 'cultuurhistorie en archeologie' afgevraagd het niet beter is om te benoemen op welke wijze cultuurhistorische waarden beter tot hun recht komen, zonder limitatief te zijn.
Beantwoording en conclusie:
De tekstuele verbeteringen zijn overgenomen. Ten aanzien van vraag 1- het volgende. In juli 2010 heeft de gemeente Renkum de beleidsnota archeologie vastgesteld. Daarin zijn de in dit bestemmingsplan opgenomen bestemmingsplanregels voor archeologische verwachtingen opgenomen, waaronder de oppervlaktemaat van 200 m². Dit beleid is in regioverband besproken en in overleg opgesteld.
Ten aanzien van vraag 2- het volgende. De algemene afwijkingregels zijn opgenomen om niet op voorhand te voorziene situaties (indien ruimtelijk gewenst, vandaar de afwijking en niet een rechtstreekse bestemming) in de toekomst op een relatief eenvoudige wijze mogelijk te kunnen maken. Dit zijn de zogenaamde flexibiliteitbepalingen die vrijwel elk bestemmingsplan in Nederland bevat. Het is mogelijk om op grond van cultuurhistorische argumenten mee te werken aan deze algemene afwijkingsmogelijkheden.
De opmerking van punt 3- is verwerkt in het bestemmingsplan.