direct naar inhoud van 4.1 Ruimtelijke uitgangspunten
Plan: Putten Centrum
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0273.BP62113-0003

4.1 Ruimtelijke uitgangspunten

4.1.1 Structuur winkelgebied

De ruimtelijke hoofdstructuur van het centrum vindt haar oorsprong in de prille ontstaansgeschiedenis van het dorp. De (Verlengde) Dorpsstraat, Kerkstraat en Molenstraat vormen van oudsher de ruggengraat van het centrumgebied. Met de hierop aansluitende straten en enkele 'toevallige' pleinen is een structuur ontstaan van woon- en winkelstraten met een sterk wisselende dichtheid in functies en bebouwing en zonder een duidelijke hiërarchie. Op cruciale plaatsen ontbreken typische centrumfuncties (bijvoorbeeld de diverse 'gaten' in de verder aaneengesloten centrumvoorzieningen aan de Dorpsstraat, Achterstraat en Molenstraat) terwijl andere centrumfuncties (trekkers, zoals bijvoorbeeld de Intersport) een perifere ligging hebben. Naast verbetering van de ruimtelijke structuur biedt ook de inrichting van de openbare ruimte een grote kans om de verblijfswaarde van het centrumgebied te vergroten.
De visie op de ruimtelijke hoofdstructuur is weergegeven op afbeelding 4.1 'Visiekaart Putten centrum'. Deze visie omvat de hoofdlijnen van de Nota van Uitgangspunten en is tevens opgedeeld in vijf ontwikkelingsgebieden, Entreezone west, de Achterstraat, De Pol, Entreezone oost, Kerk- en Fontanusplein.

Als kernwinkelgebied wordt aangemerkt de:

  • Kerkstraat, vanaf de kruising met de Dorpsstraat/Verlengde Dorpsstraat tot aan de kruising met de Achterstraat/Garderenseweg;
  • (Verlengde) Dorpsstraat, vanaf de kruising met de Klaas Bosstraat/Brinkstraat tot aan de kruising met de Voorthuizerstraat/Harderwijkerstraat;
  • Molenstraat/Krommestraat, vanaf het Kerkplein tot aan de kruising met de Achterstraat.

Als secundair winkelgebied wordt aangemerkt de:

  • Poststraat, vanaf de Harderwijkerstraat tot aan het Kerkplein;
  • noordzijde van de Achterstraat, vanaf de splitsing met de Dorpsstraat tot aan de kruising met de Kerkstraat.

Versterking en intensivering van het kernwinkelapparaat is nodig om het centrum aantrekkelijk te houden voor het eigen publiek en het toeristisch publiek.

Uitgegaan wordt van een compact winkelgebied (geen grote loopafstanden) en een aaneengesloten winkelfront met zoveel mogelijk tweezijdige bewinkeling (winkels aan beide zijden van de straten). Bij voorkeur dient er sprake te zijn van verschillende winkelcircuits. Het aantal te bewandelen winkelcircuits kan vergroot worden indien er een doorsteek komt tussen de Kerkstraat en de Molenstraat. In de toekomst is het ook wenselijk om een doorsteek te maken tussen de Dorpsstraat en de Achterstraat.
Voor de functies van het winkelgebied wordt in eerste instantie gedacht aan detailhandel, (winkelondersteunende) horeca (lunchroom e.d.) en publiekgerichte dienstverlening verwant aan detailhandel (reisbureau, uitzendbureau, kapper e.d.).

4.1.2 Infrastructuur

Bereikbaarheid van het centrum en parkeergelegenheid zijn van groot belang voor het behoud van draagvlak voor de centrumvoorzieningen. De gemeente heeft recent een analyse van de parkeersituatie laten uitvoeren. Mede op basis van deze analyse kan het volgende worden geconcludeerd over de parkeer- en verkeerssituatie:

Verkeer en parkeren
Het kernwinkelgebied dient verkeersveiliger gemaakt te worden. In dat kader dienen voorwaarden te worden gesteld ten aanzien van het auto- en fietsverkeer. Daarmee wordt gehoor gegeven aan de wens van de Puttense bevolking en de gemeente Putten om de beleving van het centrum voor het publiek te verbeteren. Deze voorwaarden kunnen niet worden opgenomen in het bestemmingsplan.

Parkeren in het centrumgebied zal gratis moeten blijven en zal alleen worden toegestaan op de daarvoor aangewezen plekken. De gemeente heeft op verschillende plekken het beleid ontwikkeld van blauwe zones (Kerkplein, Fontanusplein, Gervenhof, AH terrein, Klaas Bosstraat, een deel van de Brinkstraat etc.). Het centrum beschikt over voldoende parkeergelegenheid. De verkeersafwikkeling van de verschillende parkeerplaatsen varieert. Hierdoor ontstaat op enkele plaatsen periodiek een toename.
Bij nieuwe ontwikkelingen moet rekening worden gehouden met de in de gemeentelijke Parkeernota opgenomen parkeernormen.

Gebiedsgerichte potentiële ontwikkelingen
De volgende maatregelen worden voorgesteld:

  • (Verlengde) Dorpsstraat, vanaf de Harderwijkerstraat eenrichtingsverkeer via de Bakkerstraat naar de Garderenseweg (handhaven bestaande situatie);
  • (Verlengde) Dorpsstraat, vanaf de splitsing met de Achterstraat tot aan de Bakkerstraat autovrij;
  • Krommestraat-Molenstraat vanaf de kruising met het Kerkplein tot aan de kruising met de Achterstraat buiten venstertijden autovrij;
  • Kerkstraat/Kelnarijstraat, vanaf de kruising met de Poststraat tot aan de kruising met de Achterstraat autovrij;
  • Achterstraat eenrichtingsverkeer in oostelijke richting;
  • Molenstraat vanaf de ingang van het parkeerterrein Gervenhof tot aan de kruising met de Achterstraat eenrichtingsverkeer in noordelijke richting;
  • Weverstraat vanaf de kruising Papiermakerstraat alleen toegankelijk voor bestemmingsverkeer;
  • herinrichting parkeren Kerkplein/Fontanusplein;
  • in geval van herontwikkeling van de locatie Albert Heijn, wordt ondergronds parkeren als uitgangspunten gehanteerd.

Om het centrum niet compleet af te sluiten voor het autoverkeer blijven de overige wegen wel (beperkt) toegankelijk. Uitzondering op de volledige toegankelijkheid van de wegen zijn de Achterstraat, Molenstraat, Kerkstraat, Garderenseweg, Bakkerstraat en de Poststraat.
Doordat de Achterstraat en de Poststraat zijn aangewezen als secundaire winkelstraat is een volledige toegankelijkheid van het autoverkeer een hindernis in de zin van verkeersveiligheid. Voorgesteld wordt om beide straten voor één richting toegankelijk te maken. Zie hiervoor de visiekaart.
Om de winkels en bedrijven aan de Garderenseweg en de Bakkerstraat toegankelijk te houden en om de wegcapaciteit laag te houden wordt voorgesteld om ook deze straten voor één richting toegankelijk te maken.
De Weverstraat verliest met de aanmerking van de Dorpsstraat als autovrij hoofdwinkelgebied zijn functie als verbindingsweg. Daarom wordt voorgesteld om de weg alleen voor bestemmingsverkeer toegankelijk te houden.

De Papiermakerstraat blijft zijn functie als doorgaande weg behouden. De doorkruising van het Kerk-Fontanusplein wordt noodzakelijk geacht om een goede doorstroming van het verkeer te kunnen garanderen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0273.BP62113-0003_0004.jpg"

afbeelding 4.2: uitsnede Visiekaart ten aanzien van de infrastructuur

Tot slot is de gemeente Putten van plan om een rotonde te realiseren op de huidige kruising van de Harderwijkerstraat/Voorthuizerstraat met de Poststraat/Verlengde Dorpsstraat/Postweg.
Een aantal van de hierboven voorgestelde maatregelen is de afgelopen jaren al uitgevoerd.

Conclusie voor bestemmingsplan
Een klein gedeelte van de potentiële ontwikkelingen kan geregeld worden in het bestemmingsplan:

  • In het bestemmingsplan is gekozen voor de aparte bestemmingen "Verkeer" en "Verkeer - Verblijfsgebied". Door het hanteren van deze bestemmingen kan in het plan duidelijk onderscheidt gemaakt worden tussen wegen met een vervoersfunctie, wegen met een verblijfsfunctie en verkeersvoorzieningen met bijvoorbeeld parkeren als doel.
4.1.3 Openbaar vervoer

Het openbaar vervoer is en blijft een ondergeschikte modaliteit in het bereikbaarheidsprofiel van het centrumgebied. De bestaande halten van de regionale buslijnen aan de Harderwijkerstraat, Voorthuizerstraat, Engweg, Oude Rijksweg en de Nijkerkerstraat moeten worden gehandhaafd. Wandelroutes en routes voor mindervalide personen kunnen mogelijk worden verbeterd.

De gemeente streeft minimaal naar behoud van de huidige routes, halteplaatsen en frequentie van busverbindingen. In overleg met vervoerder en concessiedrager (provincie) kan worden gekeken naar eventuele verbetering van het openbaar vervoer. In het bestemmingsplan kunnen aangaande het openbaar vervoer geen regelingen worden opgenomen.

4.1.4 Openbaar gebied

Algemeen

De verkeersveiligheid en uitstraling van het verblijfsgebied dragen in sterke mate bij aan de beleving van een centrumgebied. Er dient daarom kritisch te worden gekeken naar de inrichting van de openbare ruimte.

Het versterken van de pleinen in het centrum wordt van belang gezien voor de beleving en de sfeer. Door functies als horeca, maatschappelijk en eventueel cultureel toe te voegen aan het centrum kan de leefbaarheid van het centrum vergroot worden. Daarnaast dienen de pleinen aantrekkelijker en herkenbaarder voor publiek gemaakt te worden.

Een herkenbaar element van bijvoorbeeld het Fontanusplein en de Kerkplein is de markt. Deze activiteit vindt al jaren plaats op het plein en trekt altijd veel bezoekers uit de omgeving. Bij de ontwikkeling van het centrum dient de markt haar streekfunctie dan ook te behouden.

Een ander belangrijk aandachtspunt met betrekking tot de openbare ruimte in het centrum is de toegankelijkheid voor verschillende doelgroepen. De bereikbaarheid van de functies in het centrum dient voor ouderen en mindervaliden geoptimaliseerd te worden. Ditzelfde geldt voor de toegankelijkheid van het centrum voor hulpdiensten. Het aanleggen van doorsteken kan hierbij helpen. Het bevordert niet alleen de bereikbaarheid maar het verkort eveneens de loopafstanden en versterkt het dorpse karakter van Putten.

Gebiedsgerichte potentiële ontwikkelingen
onderzoek verrichten naar de herinrichting van het Fontanusplein en de bouw van een multifunctioneel accommodatie;

  • het Kerkplein en het Fontanusplein worden als één plein ingericht met terrassen. De Papiermakerstraat blijft behouden als doorgaande verbinding over het plein;
  • het Kerkplein kan worden heringericht en mogelijk worden vergroot aan de zuidzijde van de kerk;
  • de oostelijke entreezone kan door herinrichting een aantrekkelijke plek worden. Voor de aldaar aanwezige horecagelegenheden kunnen terrassen worden geëxploiteerd;
  • de twee kleine pleinen bij de samenkomst van de Dorpsstraat en de Achterstraat worden samengevoegd tot het Entreeplein West. Qua inrichting zal dit plein één geheel moeten vormen, in plaats van dat de Dorpsstraat het plein doorsnijdt;
  • het plein De Pol is en wordt volgens de centrumvisie heringericht, hierdoor ontstaan er meer kansen om het plein als verblijfsplek op te waarderen;
  • tussen de Kerkstraat en de Molenstraat en mogelijk ook tussen de Dorpsstraat en de Achterstraat een doorsteek voor voetgangers te faciliteren.

afbeelding "i_NL.IMRO.0273.BP62113-0003_0005.jpg"

Afbeelding 4.3: mogelijke nieuwe voetgangersdoorsteken in het kernwinkelgebied

Conclusie voor bestemmingsplan
De potentiële ontwikkelingen worden zoveel als mogelijk verwerkt in het bestemmingsplan:

  • Het Fontanusplein en Kerkplein hebben in het bestemmingsplan de bestemming “Verkeer – Verblijfsgebied” gekregen. Binnen deze bestemming kan de Papiermakerstraat behouden blijven. Het opstellen van terrassen is geregeld middels het gemeentelijke terrassenbeleid en is dus niet relevant voor het bestemmingsplan.
  • Voor zowel de oostelijke als de westelijke entreezone is de bestemming “Verkeer – Verblijfsgebied” opgenomen. Binnen deze bestemming is het mogelijk om van beide entrees een aantrekkelijke verblijfsplek te maken.
  • Het gebied gelegen in de driehoek Dorpsstraat, Achterstraat en Kerkstraat heeft de bestemming “Centrum” gekregen. Binnen deze bestemming is het mogelijk om verhardingen aan te leggen ten behoeve van uitbreiding van het voetgangersgebied.
  • Voor de noord- en zuidzijde van de Achterstraat, de Verlengde Dorpsstraat, de Poststraat en de kruising bij de Kerkstraat met de Achterstraat is de bestemming “Gemengd” opgenomen. Binnen deze bestemming is het mogelijk om verhardingen aan te leggen ten behoeve van uitbreiding van het voetgangersgebied.
4.1.5 Groene ruimte

Algemeen
Putten karakteriseert zich vanwege de 'groene' uitstraling van de omgeving van het dorp en de ligging aan de rand van het bos. Het centrum van Putten mist echter de 'groene' karakteristiek en kenmerkt zich hierdoor als een 'versteend' centrum.

Gebiedsgerichte potentiële ontwikkelingen
Om aansluiting te vinden op de groene omgeving kan, als onderdeel van een op te stellen integraal herinrichtingsplan:

  • de vroegere laanbeplanting in de Dorpsstraat, vanaf de kruising met de Klaas Bosstraat tot aan de kruising met de Engweg, worden hersteld;
  • de vroegere laanbeplanting in de Verlengde Dorpsstraat, vanaf de kruising met de Kerkstraat tot aan de kruising met de Harderwijkerstraat, wordt hersteld;
  • de vroegere 'dorpse' bebouwing kenmerkt zich als de boerderijstijl met bij de voorgevel van de woning een passende beplanting. Deze beplanting kan als verbindende groene elementen in de Dorpsstraat, Molenstraat en de Kerkstraat worden geplaatst.

Conclusie voor bestemmingsplan
Binnen de bestemmingen “Centrum”, “Verkeer” en “Verkeer - Verblijfsgebied” is het mogelijk om groenvoorzieningen te realiseren. Het toevoegen van een 'groene' karakteristiek aan het centrum is hierdoor goed uitvoerbaar.

4.1.6 Visie op cultuurhistorische waarden

Algemeen
In het centrum is een aantal historische panden en elementen aanwezig (zie hiervoor de afbeeldingen). Een aantal van deze historische elementen zijn nog niet beschermd terwijl zij wel een cultuurhistorische waarde voor het centrum van Putten hebben. Doel moet dan ook zijn om de aanwezige historie in het centrum te behouden.

De cultuurhistorie van Putten is deels af te lezen aan de historisch waardevolle bebouwing. Deze dragen in belangrijke mate aan het ruimtelijk beeld van het centrum. Het gaat daarbij binnen het plangebied om de volgende panden, die deels ook gemeentelijk monument zijn:

  • Achterstraat 7, 11-13, 21, 23-25, 39;
  • Bakkerstraat 31-33;
  • Dorpsstraat 1, 13, 25, 36, 35-37, 38, 42, 44, 46, 58, 60, 61, 63, 90, 92, 97-99, 102, 105, 111, 113, 119, 121;
  • Garderenseweg 9;
  • Kelnarijstraat 16-18;
  • Kerkplein 1, 11;
  • Kerkstraat 35-37-39;
  • Kerkweg 23;
  • Molenstraat 11, 28;
  • Molenweg 2;
  • Papiermakerstraat 3, 5, 17, 19, 20;
  • Weverstraat 6, 7, 10, 11 en 18.

Het beleid is gericht op behoud van cultuurhistorisch waardevolle gebouwen. In het bestemmingsplan is daarom een regeling opgenomen die beoogt te voorzien in het behoud van deze panden. Er is evenwel geen anti-sloopbepaling in de voorschriften opgenomen, omdat dit juridisch niet mogelijk is.
Voor de panden die als “karakteristiek" zijn aangeduid, is in de regels een nader eisenstel opgenomen, teneinde (ook bij nieuwbouw) de bestaande karakteristieke hoofdvorm van de bebouwing te handhaven.
Anderzijds kunnen de verdwenen cultuurhistorische panden en elementen in het centrum door middel van nieuwbouw teruggebracht worden. Hierdoor kan het voormalige karakteristieke dorpsgezicht weer terugkomen in centrum.

afbeelding "i_NL.IMRO.0273.BP62113-0003_0006.jpg"

Gebiedsgerichte potentiële ontwikkelingen

  • de karakteristieke laanbeplanting in de Verlengde Dorpsstraat en de Dorpsstraat terugbrengen als groen structurerend element;
  • de bomen die vroeger voor bepaalde panden hebben gestaan als groen structurerend element terugbrengen in het straatbeeld;
  • uit cultuurhistorisch oogpunt waardevolle gebouwen dient zoveel mogelijk te worden behouden;
  • het huidige postkantoor is een pand dat menig Puttenaar liever ziet verdwijnen. Dit biedt een kans om de locatie te herontwikkelen, met inachtneming van de vroegere cultuurhistorie.

Conclusie voor bestemmingsplan
De gebiedsgerichte potentiële ontwikkelingen kunnen gedeeltelijk geregeld worden in het bestemmingsplan:

  • Binnen de bestemmingen "Centrum-1", "Centrum-2" "Verkeer" en "Verkeer - Verblijfsgebied" is het mogelijk om groenvoorzieningen te realiseren. Het herstellen van de laanbeplanting is hierdoor goed te uitvoerbaar. De herontwikkeling van de locatie waarop vroeger het pension Rustoord heeft gestaan en ontwikkeling van de postkantoorlocatie zijn geen onderwerpen die in het kader van dit bestemmingsplan geregeld kunnen worden. In een beeldkwaliteitplan of welstandsnota kunnen echter eisen en randvoorwaarden voor beide ontwikkelingen opgesteld worden. Zodra de locaties herontwikkeld gaan worden zal hiervoor een aparte procedure doorlopen worden.
  • De in het gebied voorkomende karakteristieke panden, niet zijnde rijks- en gemeentelijke monumenten, zijn als zodanig op de verbeelding aangeduid.