de knip- en scheerheggen die op de kaart van het inrichtingsplan zijn aangeduid met de nummers 2, 3, 4, 6 en 7 dienen zonder meer gerealiseerd te worden, waarbij bovendien de heg met nummer 4, voor zover gelegen vóór de voorgevelrooilijn van de voorste gebouwen van de woonzorghoeve, laag dient te worden gehouden: deze mag vóór genoemde voorgevelrooilijn niet hoger worden dan 1 meter boven het maaiveld. Voor de overige op de kaart van het inrichtingsplan aangeduide groenvoorzieningen – met nummers 12 (een solitaire boom) en 16 (leibomen) – geldt dat deze dienen te worden gerealiseerd, óf in plaats daarvan landschappelijk of stedenbouwkundig gezien gelijkwaardige groenvoorzieningen;
als het hier beschreven strijdige gebruik wordt geconstateerd, geldt het volgende: zodra de groenvoorzieningen, opgenomen op de kaart van het inrichtingsplan (
Bijlagen bij regels, bijlage 2), alsnog zijn gerealiseerd voor zover deze groenvoorzieningen zijn gesitueerd binnen de grenzen van het bestemmingsvlak ‘Maatschappelijk’ (uitgezonderd ter plaatse van de aanduiding ‘bedrijfswoning’), wordt het strijdige gebruik geacht te zijn opgeheven, inclusief de termijnoverschrijding;
de knip- en scheerheggen die op de kaart van het inrichtingsplan zijn aangeduid met de nummers 4, 5 en 6 dienen zonder meer gerealiseerd te worden, waarbij bovendien de heg met nummer 4, voor zover gelegen vóór de voorgevelrooilijn van de voorste gebouwen van de woonzorghoeve, laag dient te worden gehouden: deze mag vóór genoemde voorgevelrooilijn niet hoger worden dan 1 meter boven het maaiveld. Het versterken van de bestaande houtsingel, aangeduid met nummer 14, dient ook zonder meer te worden gerealiseerd; voor de andere op de kaart van het inrichtingsplan aangeduide groenvoorziening – met nummer 15 (een hoogstamboomgaard) – geldt dat deze dient te worden gerealiseerd, óf in plaats daarvan een landschappelijk of stedenbouwkundig gezien gelijkwaardige groenvoorziening;
als het hier beschreven strijdige gebruik wordt geconstateerd, geldt het volgende: zodra de groenvoorzieningen, opgenomen op de kaart van het inrichtingsplan (
Bijlagen bij regels, bijlage 2), alsnog zijn gerealiseerd voor zover deze groenvoorzieningen zijn gesitueerd binnen de grenzen van het aanduidingsvlak ‘bedrijfswoning’, wordt het strijdige gebruik geacht te zijn opgeheven, inclusief de termijnoverschrijding.