Plan: | Rossum en Hurwenen |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0263.BP1036-VG01 |
De voor 'Bedrijventerrein' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met de bijbehorende bouwwerken en voorzieningen.
Binnen de bestemming 'Bedrijventerrein' zijn uitsluitend toegestaan:
Bedrijfswoningen mogen pas worden gebouwd nadat op het desbetreffende bouwperceel bedrijfsbebouwing is opgericht met een oppervlak van ten minste 200 m².
Detailhandel in volumineuze goederen is binnen de bestemming 'Bedrijventerrein' eveneens toegestaan.
Detailhandel is daarnaast toegestaan als ondergeschikte nevenactiviteit bij bedrijven, echter uitsluitend in producten die ter plaatse worden vervaardigd, be- of verwerkt.
Kantoren als zelfstandige functie zijn niet toegestaan, kantoren zijn wel toegestaan voor zover gerelateerd aan de toegestane bedrijfsactiviteiten.
Het oppervlak van een bouwperceel mag niet meer bedragen dan 5.000 m², uitgezonderd bestaande bouwpercelen van een grotere omvang, welke in hun huidige omvang mogen worden gehandhaafd.
Op en in de gronden als bedoeld in 8.1 mogen uitsluitend de volgende bouwwerken worden gebouwd ten dienste van de bestemming:
Voor het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bedrijfsgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bijgebouwen en aan- en uitbouwen bij de bedrijfswoning gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt dat de hoogte niet meer mag bedragen dan hierna is aangegeven:
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | max. hoogte |
Overkappingen met een open constructie en pergola's | 6 m |
Erfafscheidingen en/of terreinafscheidingen gelegen voor de naar de weg gekeerde bouwgrens | 1 m |
Overige erfafscheidingen en/of terreinafscheidingen alsmede overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet zijnde vlaggenmasten | 2 m |
De bebouwde oppervlakte van overkappingen mag per bouwperceel maximaal 50 m² bedragen, met dien verstande, dat het in 8.2.3 onder b. bedoelde bebouwingspercentage niet mag worden overschreden.
Bij de beslissing omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning kunnen Burgemeester en Wethouders nadere eisen stellen met betrekking tot de situering en maatvoering van bebouwing, indien en voor zover dit noodzakelijk is:
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning (voorheen: ontheffing) verlenen voor afwijking van het bepaalde in 8.2.3 onder a. teneinde de bouwhoogte te vergroten met maximaal 10 %, mits dit noodzakelijk is in verband met een doelmatige bedrijfsvoering.
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning (voorheen: ontheffing) verlenen voor afwijking van het bepaalde in 8.2.3 onder b. teneinde het maximum bebouwingspercentage voor bouwpercelen te verhogen tot maximaal 80 %, mits dit noodzakelijk is in verband met een doelmatige bedrijfsvoering.
Onder gebruiken en/of het laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning (voorheen: ontheffing) verlenen voor afwijking van het bepaalde in 8.1.1 teneinde bedrijven toe te staan uit een hogere categorie van de in Bijlage 2 Staat van Inrichtingen opgenomen categorieën, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Hiertoe wordt door Burgemeester en wethouders advies ingewonnen bij een door Burgemeester en Wethouders van Maasdriel aan te wijzen onafhankelijke deskundige op het gebied van milieu.