direct naar inhoud van Artikel 12 Maatschappelijk
Plan: Kern Eefde 2010
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0262.eeKernEefde2010-BP41

Artikel 12 Maatschappelijk

12.1 bestemmingsomschrijving

De voor "Maatschappelijk" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. activiteiten gericht op sociale, maatschappelijke, educatieve en openbare dienstverlening, waaronder begrepen:
    1. gezondheidszorg;
    2. zorg en welzijn;
    3. jeugd- en kinderopvang;
    4. onderwijs;
    5. religie;
    6. bibliotheken;
    7. maatschappelijke instellingen;
    8. verenigingsleven;
    9. doeleinden ten behoeve van defensie, waaronder in ieder geval wordt begrepen sportvelden, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - defensie'
    één en ander zoals genoemd in de categorieën 1 en 2 van de bij deze regels behorende Lijst van typen maatschappelijke instellingen en/of instanties;
  • b. bijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wegen en paden, parkeervoorzieningen, speelvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding, tuinen en erven.
12.2 bouwregels

Op de voor "Maatschappelijk" aangewezen gronden mag uitsluitend worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen:

12.2.1 Binnen het bouwvlak:
  • a. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd met gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, en met inachtneming van de overige bouwregels;
  • b. binnen het bouwvlak mag de goot- en bouwhoogte van gebouwen niet meer bedragen dan de ter plaatse van de aanduiding "maximale goot- en bouwhoogte" aangegeven goot- en bouwhoogte;
  • c. binnen het bouwvlak mag de dakhelling van een kap niet meer dan 60 graden bedragen;
  • d. binnen het bouwvlak mag de bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde niet meer dan 2 meter bedragen.
12.2.2 Buiten het bouwvlak:
  • a. buiten het bouwvlak mag maximaal 30% van de oppervlakte van het bouwperceel worden bebouwd met gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, en met inachtneming van de overige bouwregels;
  • b. buiten het bouwvlak zijn de gebouwen uitsluitend toegestaan achter de lijn ter plaatse van de aanduiding "gevellijn";
  • c. buiten het bouwvlak mag de goothoogte van de gebouwen niet meer dan 3 meter bedragen en de bouwhoogte niet meer dan 5 meter, mits het gebouw op ten minste 2 meter van de zijdelingse en/of achtergrenzen van het bouwperceel is gesitueerd;
  • d. op een afstand van 2 meter of minder van de zijdelingse en achtergrenzen van het bouwperceel mag de bouwhoogte van gebouwen buiten het bouwvlak maximaal 3 meter bedragen (behoudens afwijking als bedoeld in artikel 12.3);
  • e. buiten het bouwvlak mag de dakhelling van een kap niet meer dan 60 graden bedragen;
  • f. buiten het bouwvlak mag de bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde:
    • 1. achter de lijn ter plaatse van de aanduiding "gevellijn" niet meer dan 2 meter bedragen;
    • 2. vóór de lijn ter plaatse van de aanduiding "gevellijn" niet meer dan 1 meter bedragen.
12.2.3

In afwijking van het bepaalde in artikel 12.2.2 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - gebouwen uitgesloten' de volgende bepalingen:

  • a. gebouwen mogen niet worden gebouwd;
  • b. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen bedraagt maximaal 1 m;
  • c. de bouwhoogten van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt maximaal 2 m.
12.3 afwijken van de bouwregels

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 12.2.2 onder d, voor een gebouw met een kap op een afstand van 2 meter of minder van de zijdelingse en achtergrenzen van het bouwperceel, mits:

  • a. de dakhelling vanaf de zijdelingse en/of achtergrenzen van het bouwperceel oploopt met een helling van maximaal 60 graden, en;
  • b. de nok van de kap ten minste 2 meter uit de zijdelingse en achtergrenzen van het bouwperceel is gesitueerd;
  • c. de bouwhoogte niet meer dan 5 meter bedraagt.
12.4 specifieke gebruiksregels

De voor "Maatschappelijk" aangewezen gronden en bebouwing mogen mede worden gebruikt voor ondergeschikte kantine- en sportvoorzieningen ten dienste van de bestemming.