4.4 Specifieke gebruiksregels
Voor het gebruik gelden de volgende regels:
4.4.1 Hervestiging van een intensieve veehouderij:
Ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - extensiveringsgebied' is de hervestiging van een intensieve veehouderij niet toegestaan.
4.4.2 Kamperen bij de boer:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kamperen bij de boer' is een kleinschalig kampeerterrein toegestaan met inachtneming van de volgende regels:
-
a. in het kampeerseizoen van 15 maart tot en met 31 oktober, zijn maximaal 90 personen en 30 kampeermiddelen toegestaan, met uitzondering van stacaravans;
-
b. buiten het kampeerseizoen mogen geen kampeermiddelen worden geplaatst of aanwezig zijn;
-
c. maximaal 50 m² van de bedrijfsgebouwen voor kamperen bij de boer wordt aangewend.
4.4.3 Kleinschalige nevenactiviteiten:
Bij een agrarisch bedrijf zijn kleinschalige nevenactiviteiten uitsluitend met een afwijking volgens 4.5 toegestaan.
4.4.4 Wijnranken:
Op de agrarische gronden zijn wijnranken tot een maximale oppervlakte van 1 hectare toegestaan, zonder omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden.
4.5 Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag door middel van een omgevingsvergunning afwijken van de gebruiksregels:
4.5.1 Kleinschalige nevenactiviteiten:
voor één of meer kleinschalige nevenactiviteiten bij een agrarisch bedrijf, mits:
-
a. uitsluitend nevenactiviteiten worden toegelaten die voorkomen op de Lijst van kleinschalige nevenactiviteiten in Bijlage 3 of die naar aard en invloed op de omgeving daarmee vergelijkbaar zijn;
-
b. per agrarisch bedrijf niet meer dan 25% van de oppervlakte van de bedrijfsgebouwen voor deze nevenactiviteit(en) wordt gebruikt, tot een maximum van 350 m² en met inachtneming van het bepaalde ten aanzien van agrarische horeca;
-
c. per agrarisch bedrijf niet meer dan 50 m² voor agrarische horeca wordt gebruikt;
-
d. de kleinschalige nevenactiviteiten niet worden toegelaten ter plaatse van de aanduiding 'Reconstructiewetzone-landbouwontwikkelingsgebied';
-
e. op de gronden die mede zijn bestemd voor 'Leiding-Hoogspanningsverbinding' geen kleinschalige nevenactiviteiten worden toegestaan, waarbij kinderen langdurig verblijven onder de hoogspanningsleidingen, zoals een kinderdagopvang of een zorgboerderij;
-
f. voor de kleinschalige nevenactiviteiten gebruik wordt gemaakt van de bestaande bedrijfsgebouwen;
-
g. geen kleinschalige nevenactiviteiten worden toegelaten buiten het bouwvlak.
4.5.2 Kamperen bij de boer:
voor kamperen bij de boer, mits:
-
a. uitsluitend gekampeerd wordt in het kampeerseizoen van 15 maart tot en met 31 oktober;
-
b. maximaal 90 personen en 30 kampeermiddelen worden toegestaan, met uitzondering van stacaravans;
-
c. geen kampeermiddelen worden geplaatst of aanwezig zijn buiten het kampeerseizoen;
-
d. maximaal 50 m² van de bedrijfsgebouwen voor kamperen bij de boer wordt aangewend;
-
e. de plaatsing van kampeermiddelen buiten het bouwvlak alleen wordt toegestaan indien de initiatiefnemer met een natuuronderzoek kan aantonen dat de kernkwaliteiten en omgevingscondities van de ecologische hoofdstructuur daardoor niet significant worden aangetast;
-
f. de kampeermiddelen buiten het bouwvlak mogen niet binnen een straal van 50 meter van een woning van derden worden geplaatst;
-
g. buiten het bouwvlak mag niet meer dan 5.000 m² oppervlakte voor het kamperen bij de boer worden aangewend;
-
h. ter plaatse van de aanduidingen 'open broekgebied', 'rivierenlandschap' en 'essen en enken' is buiten het bouwvlak geen kamperen bij de boer toegestaan;
-
i. ter plaatse van de aanduiding 'beschermingszone natte landnatuur' is kamperen bij de boer buiten het bouwvlak alleen toegestaan met een positief advies van het waterschap;
-
j. door de plaatsing van kampeermiddelen buiten het bouwvlak mogen de landschappelijke kernkwaliteiten van het ter plaatse aanwezige landschapstype zoals beschreven in artikel 40.2 niet worden aangetast;
-
k. het terrein moet landschappelijk worden ingepast met beplanting die eigen is aan het landschapstype ter plaatse.
4.5.3 Bed&Breakfast (b&b):
voor een bed&breakfast, mits:
-
a. alleen de woning of een bijgebouw voor de b&b worden gebruikt;
-
b. er niet meer dan 3 kamers worden ingezet voor het recreatief nachtverblijf in de b&b;
-
c. de b&b-kamers niet worden gebruikt door meer dan 2 personen;
-
d. de b&b niet wordt gebruikt voor permanente bewoning of tijdelijke huisvesting;
-
e. de bestaande bebouwing niet wordt uitgebreid ten behoeve van de b&b;
-
f. de b&b niet leidt tot een onevenredige aantasting van de verkeersontsluitings- en parkeersituatie ter plaatse.
4.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
4.6.2 Uitzonderingen op het verbod:
Het in 4.6.1 genoemde verbod geldt niet voor werken en/of werkzaamheden:
-
a. die plaatsvinden binnen het agrarische bouwvlak;
-
b. die tot het normale onderhoud en beheer worden gerekend;
-
c. die nodig zijn voor de realisering van een bouwwerk waarvoor een omgevingsvergunning voor bouwen is verleend of die vergunningvrij kunnen worden gebouwd;
-
d. die reeds moeten worden gemeld in het kader van de Boswet;
-
e. die op het tijdstip van de inwerkingtreding van dit bestemmingsplan in uitvoering waren of waarvoor op dat tijdstip reeds een vergunning was verleend.
4.6.3 Voorwaarden voor vergunningverlening:
De in 4.6.1 genoemde vergunning mag alleen en moet worden geweigerd indien:
-
a. als gevolg van deze werken of werkzaamheden dan wel door de daarvan, hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen, de in 4.1 genoemde landschaps- en natuurwaarden worden aangetast;
-
b. niet kan worden voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in de 'Omgevingsvergunningenstelstel Agrarisch met waarden' in Bijlage 2.
4.7 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming Agrarisch
met waarden geheel of gedeeltelijk te wijzigen:
4.7.1 Vormaanpassing bouwvlak:
voor een vormaanpassing van het agrarische bouwvlak, mits:
-
a. de oppervlakte van het agrarische bouwvlak per saldo gelijk blijft;
-
b. de ter plaatse aanwezige landschappelijke kernkwaliteiten zoals beschreven in artikel 40.2 daardoor niet worden aangetast;
-
c. de kernkwaliteiten en omgevingscondities van de natuur daardoor niet significant worden aangetast;
-
d. niet ter plaatse van de aanduidingen 'rivierenlandschap' en 'essen en enken';
-
e. niet ter plaatse van de aanduiding 'beschermingszone natte landnatuur';
-
f. het woon- en leefklimaat op de aangrenzende gronden daardoor niet wordt aangetast.
4.7.2 Natuurontwikkeling:
Ter plaatse van de aanduidingen 'ecologische verbindingszone' en/of 'natuur- en landschapswaarden' naar de bestemming 'Natuur', indien de natuurontwikkeling inmiddels is gerealiseerd en de gronden geen agrarische functie meer hebben.