direct naar inhoud van Artikel 10 Detailhandel
Plan: Buitengebied West
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0246.00000800-va01

Artikel 10 Detailhandel

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Detailhandel' aangewezen gronden zijn op de volgende adressen uitsluitend bestemd voor de volgende activiteiten:

  • Eperweg 35, tuinmachinehandel;
  • Oenerweg 2a, antiekhandel;
  • Zuppeldseweg 8, slagerij;

met daarbij behorende gebouwen, een bedrijfswoning daaronder begrepen, andere-bouwwerken, tuinen, erven, terreinen, parkeervoorzieningen, water en groenvoorzieningen.

10.2 Bouwregels

Op de voor 'Detailhandel' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken ten dienste van de bestemming.

10.2.1 Gebouwen

Voor gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • 1. deze dienen te worden gebouwd met inachtneming van het bepaalde in Artikel 40 Algemene bouwregels;
  • 2. deze dienen te worden gebouwd met inachtneming van het beginsel van bebouwingsconcentratie.
10.2.2 Bedrijfsgebouwen
  • 1. het gezamenlijke vloeroppervlak (exclusief de oppervlakte van de bedrijfswoning en de bij de bedrijfswoning behorende bijbehorende bouwwerken) mag niet meer bedragen dan het in onderstaande tabel bij maximaal oppervlak vermelde oppervlak:
    adres   maximaal oppervlak (m²)  
    Eperweg 35   500  
    Oenerweg 2a   1.000  
    Zuppeldseweg 8   570  
  • 2. de goothoogte mag niet meer bedragen dan 3,5 m;
  • 3. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 10 m;
  • 4. de dakhelling mag niet minder dan 18° en niet meer dan 60° bedragen.
10.2.3 Bedrijfswoningen

Voor bedrijfswoningen gelden bovendien de volgende bepalingen:

  • 1. bij een bedrijfsvestiging mogen niet meer bedrijfswoningen worden gebouwd dan ter plaatse van de aanduiding 'aantal bedrijfswoningen' is toegestaan;
  • 2. de oppervlakte van een bedrijfswoning mag niet meer dan 150 m² bedragen;
  • 3. bij herbouw, verbouw en uitbreiding van een bedrijfswoning mogen de huidige gevels, uitgezonderd de voorgevel, met niet meer dan 10 m overschreden worden, waarbij de minimale afstand tot de zijdelingse perceelsgrens niet minder dan 5 m mag bedragen, mits daardoor de omliggende agrarische bedrijven niet worden gehinderd in hun bedrijfsvoering;
  • 4. de goothoogte niet meer dan 6 m bedragen;
  • 5. de bouwhoogte niet meer dan 10 m bedragen;
  • 6. de dakhelling ten minste 30° en ten hoogste 60° bedragen.
10.2.4 Bijbehorende bouwwerken

Voor bijbehorende bouwwerken bij een bedrijfswoning de volgende bepalingen gelden:

  • 1. de goothoogte en bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 3 m respectievelijk 6 m;
  • 2. de gezamenlijke oppervlakte van de bijbehorende bouwwerken bij een bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 100 m²;
  • 3. de afstand van een bijbehorend bouwwerk tot de voorgevel van het hoofdgebouw en het verlengde daarvan mag niet minder dan 1 m bedragen, of niet minder dan de bestaande afstand indien die minder bedraagt.
10.2.5 Andere-bouwwerken

Voor andere-bouwwerken gelden de volgende bepalingen:

  • 1. indien zij vóór de voorgevel of een naar de weg gekeerde zijgevel van het hoofdgebouw of het verlengde daarvan worden opgericht mag de bouwhoogte niet meer dan 1 m bedragen;
  • 2. in overige gevallen mag de bouwhoogte niet meer dan 2 m bedragen.
10.3 Nadere eisen

Artikel 47 (Nadere eisen) is van toepassing.

10.4 Afwijken van de bouwregels
10.4.1 Bevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde in:

  • 1. 10.2.3 onder 3 ten behoeve van het verplaatsen van de bedrijfswoning binnen het bestemmingsvlak;
  • 2. 10.2.3 onder 6 en een afwijkende dakhelling toestaan.
10.4.2 Afwegingskader

Bij toepassing van de afwijkingsbevoegdheid vindt een evenredige belangenafweging plaats als bedoeld in Artikel 43 Algemene afwijkingsregels.

10.5 Specifieke gebruiksregels
10.5.1 Strijdig gebruik

Tot een met de bestemming strijdig gebruik als bedoeld in Artikel 41 Algemene gebruiksregels, wordt in ieder geval verstaan het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken voor doeleinden van zelfstandige bewoning.

10.6 Afwijken van de gebruiksregels
10.6.1 Bevoegdheden

Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde in lid 10.1 en toestaan dat detailhandelsbedrijven worden gevestigd, die gezien de gevolgen daarvan voor de omgeving redelijkerwijs kunnen worden gelijkgesteld met bedrijven die zijn toegestaan als bedoeld in lid 10.1.

10.6.2 Afwegingskader

Bij toepassing van de afwijkingsbevoegdheid vindt een evenredige belangenafweging plaats als bedoeld in Artikel 43 Algemene afwijkingsregels.