Plan: | Heerde-Dorp, 5e herziening (Haneweg 4 te Heerde) |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0246.00000405-va01 |
Bescherming in het kader van de natuur wet- en regelgeving is op te delen in gebieds- en soortenbescherming. Bij gebiedsbescherming heeft men te maken met de Natuurbeschermingswet en de Ecologische Hoofdstructuur. Soortenbescherming komt voort uit de Flora- en faunawet.
Natuurgebieden of andere gebieden die belangrijk zijn voor flora en fauna kunnen op basis van de Europese Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn (Natura2000) worden aangemerkt als speciale beschermingszones (SBZ’s).
Op 1 oktober 2005 is de gewijzigde Natuurbeschermingswet 1998 in werking getreden. Vanaf dat moment heeft Nederland de Europese Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn in nationale wetgeving verankerd. Nederland zal aan de hand van een vergunningenstelsel de zorgvuldige afweging waarborgen rond projecten die gevolgen kunnen hebben voor Natura 2000-gebieden. Deze vergunningen worden verleend door de provincies of door de Minister van LNV.
Het plangebied is gelegen in de nabijheid van een Natura 2000-gebied en de EHS. De ligging van deze gebieden zijn aangegeven in de figuren 6.1. en 6.2. Verder bevindt het plangebied zich ook in het Nationaal Landschap 'Veluwe'.
Natura 2000-gebied 'Veluwe
Het Natura 2000-gebied 'Veluwe' kwalificeert zich zowel onder de Vogel- als onder de Habitatrichtlijn. Voor het Natura 2000-gebied geldt dat deze niet direct grenst aan het plangebied. Het gebied bevindt zich op ongeveer 1,5 kilometer van het plangebied. Er is sprake van dusdanig veel verstorende objecten, zoals de woningen van de kern Heerde, tussen het plangebied en het Natura 2000-gebied dat er geen negatieve effecten te verwachten zijn voor het Natura 2000-gebied 'Veluwe'.
Figuur 6.1. Ligging plangebied t.o.v. Natura 2000-gebied 'Veluwe
Storende effecten van de werkzaamheden ten behoeve van de sloop en nieuwbouw hebben een beperkte reikwijdte en zullen niet tot het Natura 2000-gebied reiken. Mede om deze reden wordt geconcludeerd dat het voorgenomen plan geen effect zal hebben op de instandhoudingsdoelstellingen Natura 2000.
Ecologische Hoofdstructuur
Het plangebied maakt geen onderdeel uit van een gebied dat is aangewezen als EHS. Het dichtstbijzijnde gebied behorend tot de EHS is gelegen op een afstand van ongeveer 100 meter ten noordoosten van het plangebied. Op basis van de ligging van het plangebied binnen de bebouwde kom en aard van de ingreep (inbreiding binnen bestaand stedelijk gebied) kan worden geconcludeerd dat aantasting van de wezenlijke kenmerken of waarden van de EHS niet aan de orde is.
Figuur 6.2. Ligging plangebied t.o.v. de EHS
Nationaal Landschap 'Veluwe'
Het plangebied ligt in het Nationaal Landschap 'Veluwe'. Volgens de Nota Ruimte geldt in deze landschappen het 'ja-mits-regime. Grootschalige ontwikkelingen zijn hier niet toegestaan. De aanwezige kernkwaliteiten van het Nationale Landschap mogen niet worden aangetast.
De ruimtelijke ontwikkeling waarin onderhavig bestemmingsplan voorziet is een kleinschalige ruimtelijke ontwikkeling van beperkte omvang. In stedelijk gebied wordt een perceel gesplitst om zo een extra vrijstaande woning te kunnen bouwen. Deze nieuwbouw doet geen afbreuk aan de kernkwaliteiten van het Nationaal Landschap 'Veluwe.
Wat betreft de soortbescherming is de Flora- en Faunawet van toepassing. Hierin wordt onder andere de bescherming van dier- en plantensoorten geregeld. Bij ruimtelijke ontwikkelingen dient te worden getoetst of er sprake is van negatieve effecten op de aanwezige natuurwaarden. Als hiervan sprake is, moet ontheffing of vrijstelling worden gevraagd.
Geconstateerd wordt dat er sprake is van een bebouwd perceel dat gesplist wordt om zo de bouw van een extra vrijstaande woning mogelijk te maken. Het betreft hier een binnenstedelijke locatie die grotendeels uit verhard oppervlak en tuin bestaat. Gelet op de terreingesteldheid is het plangebied ongeschikt voor beschermde flora. Gelet op de kenmerken van het plangebied is er evenmin sprake van een foerageergebied. Het project zal hierin bovendien geen verandering brengen. De locatie heeft geen of een zeer lage natuurwaarde. Van een negatief effect van de ingrepen in het gebied op de flora en fauna lijkt dan ook geen sprake
Overigens wordt benadrukt dat rekening wordt gehouden met de in artikel 2 van de Flora- en faunawet opgenomen zorgplichtbepaling.
Op grond van artikel 2, lid 1 neemt een ieder voldoende zorg in acht voor de in het wild levende dieren en planten, evenals voor hun directe leefomgeving. In artikel 2, lid 2 is bepaald dat de zorg, bedoeld in het eerste lid, in ieder geval inhoudt dat een ieder die weet of redelijkerwijs kan vermoeden dat door zijn handelen of nalaten nadelige gevolgen voor flora of fauna kunnen worden veroorzaakt, verplicht is dergelijk handelen achterwege te laten voorzover zulks in redelijkheid kan worden gevergd, dan wel alle maatregelen te nemen die redelijkerwijs van hem kunnen worden gevergd teneinde die gevolgen te voorkomen of, voorzover die gevolgen niet kunnen worden voorkomen, deze zoveel mogelijk te beperken of ongedaan te maken). De zorgplicht geldt altijd en voor alle planten en dieren, of ze beschermd zijn of niet, en in het geval dat ze beschermd zijn ook als er ontheffing of vrijstelling is verleend.