Plan: | Heerde-Dorp, 5e herziening (Haneweg 4 te Heerde) |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0246.00000405-va01 |
Bij de vaststelling van een bestemmingsplan dient te worden bepaald of de aanwezige bodemkwaliteit past bij het toekomstige gebruik van die bodem en of deze optimaal op elkaar kunnen worden afgestemd. Om hierin inzicht te krijgen dient een bodemonderzoek te worden uitgevoerd.
Tauw uit Deventer heeft ter plaatse een bodemonderzoek verricht. Voor de opzet van het onderzoek is uitgegaan van een onverdachte locatie op basis van de NEN 5740 norm.
Het onderzoeksrapport maakt onderdeel uit van het bestemmingsplan en is opgenomen in Bijlage 1 van deze toelichting. Het doel van het onderzoek is aan te tonen dat op de locatie redelijkerwijs gesproken geen verontreinigende stoffen aanwezig zijn in de grond en in het grondwater in gehalten boven de streefwaarde of achtergrondwaarde.
Vooronderzoek
Op de locatie zijn voor zover bekend geen bodemonderzoeken uitgevoerd. Op het perceel (P 1194) tussen Groeneweg 2 en 4 is op 7 februari 2006 een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd. Tijdens het onderzoek zijn geen verhoogde waarden gemeten. Bij de gemeente Heerde zijn geen historische bodemgegevens bekend van de onderzoekslocatie. De locatie is momenteel in gebruik als weiland (tuin/erf).
Zintuiglijke waarnemingen
Tijdens de veldwerkzaamheden zijn zintuiglijk geen waarnemingen gedaan die kunnen duiden op een eventuele verontreiniging van de bodem. Op het maaiveld en in het opgeboorde bodemmateriaal is visueel geen specifiek asbestverdacht materiaal waargenomen.
Grond
In het mengmonster van de bovengrond en de ondergrond overschrijden de gehalten van kobalt de achtergrondwaarde(n). De overig geanalyseerde parameters zijn gemeten in gehalten beneden de achtergrondwaarde en/of rapportagegrens.
Grondwater
In het grondwater ter plaatse van peilbuis 1 overschrijdt de concentratie van xylenen (som) de streefwaarde(n). De overig geanalyseerde parameters zijn gemeten in concentraties beneden de streefwaarde en/of rapportagegrens.
Conclusie
Op basis van de onderzoeksresultaten kan worden gesteld dat op de locatie enkele stoffen zijn aangetroffen, waarvan de concentraties de achtergrondwaarden of streefwaarden overschrijden. De gemeten concentraties zijn echter dusdanig gering verhoogd dat ons inziens geen risico's voor de mens of het milieu zijn te verwachten.
De verhoogd gemeten gehalten in de grond zijn gemeten in een mengmonster. Hierdoor kunnen gehalten in de afzonderlijke monsterpunten hoger dan wel lager zijn. Zodra in de grond achtergrondwaarden worden overschreden is eventueel vrijkomende grond niet meer onbeperkt voor hergebruik geschikt. Bij afvoer van grond van de locatie kan het daarom noodzakelijk zijn een partijkeuring volgens het Besluit bodemkwaliteit uit te voeren. Op basis van de onderzoeksresultaten zijn er geen milieuhygiënische belemmeringen aanwezig voor de voorgenomen verkoop. Wel wordt geadviseerd eventueel ter plaatse opgepompt grondwater niet voor consumptieve doeleinden te gebruiken. Bij grondverzet kan vrijkomende grond zonder beperking op het onderzochte perceel worden hergebruikt. Bij grondafvoer moet overleg plaatsvinden met de gemeente.