direct naar inhoud van Artikel 7 Bos
Plan: Geldermalsen woongebied 2011
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0236.GDMgldmwoongeb2011-ONHE

Artikel 7 Bos

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bos' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bos met het oog op het behoud, herstel en ontwikkeling van de aldaar voorkomende dan wel nog te realiseren ecologische en landschappelijke waarden;
  • b. water;

een en ander met de daarbij behorende voorzieningen.

7.2 Bouwregels
7.2.1 Algemeen

Uitsluitend zijn toegestaan andere bouwwerken, die ten dienste staan van deze bestemming.

7.2.2 Andere bouwwerken

De bouwhoogte van andere bouwwerken mag maximaal 2 m bedragen.

7.3 Specifieke gebruiksregels

Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval begrepen het gebruik, laten gebruiken of doen gebruiken van de gronden binnen deze bestemming:

  • a. als staanplaats voor kampeermiddelen;
  • b. als terrein voor het beproeven van motorvoertuigen en als oefenterrein voor het racen en crossen met motoren en bromfietsen;
  • c. als terrein voor het al dan niet ten verkoop opstellen en opslaan van nieuwe of gebruikte, dan wel geheel of ten dele uit gebruikte onderdelen samengestelde motorvoertuigen, aanhangwagens, machines, c.q. onderdelen daarvan;
  • d. als opslag-, stort- of bergplaats van andere, al dan niet afgedankte voorwerpen, stoffen of producten behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik.
7.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
7.4.1 Omgevingsvergunningsplicht

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegde gezag op de in 7.1 bedoelde gronden de volgende werken en/of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het aanleggen of verharden van wegen, paden en parkeergelegenheden, alsmede het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
  • b. het ontginnen, egaliseren, afgraven, aanvullen of het ophogen van gronden;
  • c. het winnen van mos of bosstrooisel;
  • d. het aanbrengen van ondergrondse of bovengrondse leidingen, constructies, installaties of apparaturen;
  • e. het dempen en/of graven / verleggen van sloten en overige waterpartijen;
  • f. het vellen of rooien van bomen, hakhout en andere houtopstanden en het verrichten van handelingen die de dood of ernstige beschadiging van houtopstanden tengevolge kunnen hebben.
7.4.2 Uitzonderingen

Het in 7.4.1 vervatte verbod geldt niet voor:

  • a. werken en /of werkzaamheden waarvoor ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan een aanleg- of omgevingsvergunning is verleend;
  • b. werken en/of werkzaamheden die ten tijde van het van kracht worden van het plan in uitvoering waren;
  • c. werken en/of werkzaamheden binnen het kader van het normale beheer en onderhoud.
7.4.3 Toelaatbaarheid

De in 7.4.1 genoemde werken en/of werkzaamheden zijn slechts toelaatbaar indien aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • a. de noodzaak ervan wordt aangetoond;
  • b. door de werken en/of werkzaamheden en de daarvan voorzienbare gevolgen wordt geen onevenredige schade aan de ecologische en/of landschappelijke waarden van de gronden toegebracht.