direct naar inhoud van 4.4 Geluid
Plan: Bedrijventerrein Veldzicht 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0233.BPbtveldzicht2012-0401

4.4 Geluid

Algemeen

Geluid is één van de factoren die de beleving van de leefomgeving in belangrijke mate bepalen. Door de toename van het verkeer en de bedrijvigheid wordt de omgeving in steeds sterkere mate belast met geluid. Dit leidt tot steeds meer klachten. In een aantal gevallen wordt de gezondheid beïnvloed door geluid. Hoge geluidsniveaus kunnen het gehoor beschadigen en ook de verstoring van de slaap kan op de lange duur slecht zijn voor de gezondheid. Door de toename van het geluid in de omgeving, wordt de behoefte aan stilte steeds meer als een noodzaak gevoeld.

Regelgeving

De Wet geluidhinder, de Luchtvaartwet en de Wet milieubeheer zijn in het kader van geluidhinder van belang.

Bij nieuwe ontwikkelingen van geluidgevoelige bestemmingen dient de geluidssituatie in beeld gebracht te worden. De geluidsniveaus op de gevels van de nieuwe gebouwen worden getoetst aan de geluidsnormen. Er dient gekeken te worden naar vier bronnen van geluid, namelijk:

  • wegverkeerslawaai;
  • spoorlawaai;
  • industrielawaai;
  • vliegtuiglawaai.

Het juridisch kader voor wegverkeerslawaai, spoorlawaai en industrielawaai wordt gevormd door de Wet geluidhinder. Vliegtuiglawaai wordt geregeld in de Luchtvaartwet. Er liggen in het plangebied zones van geluidgezoneerde wegen en een zone van de spoorweg. Op het terrein zijn geen bedrijven toegestaan die ertoe leiden dat er sprake is van een (volgens de Wet geluidhinder) gezoneerd industrieterrein.

Onderzoek geluid

Voor het wegverkeerslawaai en het spoorweglawaai is de Wet geluidhinder (Wgh) het wettelijke kader. In deze wet is onder ander vastgelegd welke geluidniveaus op de gevel van nieuwe woningen, ten gevolge van weg- en spoorverkeer, maximaal toelaatbaar zijn.

Op grond van artikel 76, lid 1 van de Wet geluidhinder dienen bij de vaststelling of herziening van een bestemmingsplan de grenswaarden van de Wet geluidhinder in acht te worden genomen. Volgens artikel 76, lid 3 geldt deze verplichting niet voor situaties waarin op het tijdstip van de vaststelling van het bestemmingsplan de weg en de woningen en/ of andere geluidgevoelige gebouwen aanwezig zijn (bestaande situatie). Dit houdt in dat bij zogenaamde conserverende bestemmingsplannen geen toetsing aan de grenswaarde hoeft plaats te vinden.

Bestemmingsplan "Veldzicht 2012" is grotendeels een conserverend bestemmingsplan. Daarvoor is geen akoestisch onderzoek noodzakelijk. De volgende onderdelen vereisten wel akoestisch onderzoek:

  • In het plan wordt op het perceel Fokko Kortlanglaan 164 een nieuwe geluidsgevoelige functies mogelijk gemaakt. Ten behoeve van dit perceel is akoestisch onderzoek gedaan.
  • Daarnaast wordt een aantal wegen in het deelgebied Veldzicht Zuid verbreed in het kader van de herinrichting. De akoestische gevolgen daarvan zijn ook onderzocht.
  • Voor de ontwikkeling van het werklandschap, dat via een wijzigingsbevoegdheid mogelijk wordt gemaakt, is ook akoestisch onderzoek naar de geluidbelasting vanwege weg- en spoorverkeer uitgevoerd door de Regio Noord-Veluwe.
  • Tot slot krijgt eenaantal woning de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - wonen toegestaan'. Dit zijn bestaande noodwoningen die positief worden bestemd.

De resultaten van het akoestisch onderzoek en de bijbehorende bijlage zijn opgenomen in bijlagen 4 en 5.

Het onderzoek bestaat uit de volgende onderdelen:

  • 1. verbreding wegen binnen Veldzicht;
  • 2. belemmeringen bouw geluidgevoelige objecten binnen de zone van Veldzicht;
  • 3. toetsing bestemmingswijzigingen;
  • 4. hogere waarden spoorweglawaai.

Conclusie

In het onderzoek worden de volgende conclusies getrokken:

  • 1. Verbreding wegen binnen Veldzicht (geluid en luchtkwaliteit)
  • Vanwege de aanpassing van de wegen binnen Veldzicht is geen sprake van reconstructie in de zin van de Wet geluidhinder en wordt voldaan aan de Wet luchtkwaliteit. Tegen de aanpassing van de wegen bestaan vanuit de aspecten luchtkwaliteit en geluid geen bezwaren.
  • 2. Belemmeringen bouw geluidgevoelige objecten binnen de zone van Veldzicht.
  • De richtafstand van het bedrijventerrein Veldzicht (categorie 3.2 bedrijven) tot woningen is bij functiemenging 50 meter. Deze zone ligt over de percelen aan de Fokko Kortlanglaan waar een wijzigingsbevoegdheid is opgenomen. Indien van de wijzigingsbevoegdheid gebruik gemaakt wordt voor het realiseren van geluidgevoelige objecten (woningen), dan moet deze zone in acht genomen worden.
  • 3. Toetsing bestemmingswijzigingen
  • Bij de bouw van eventuele nieuwe geluidgevoelige objecten (in het kader van de wijzigingsbevoegdheid) binnen de weg- en spoorzones moet akoestisch onderzoek naar de geluidbelasting op de gevels uitgevoerd worden en bij overschrijding van de ten hoogste toelaatbare waarde een hogere waarde procedure voor doorlopen worden.
  • De woning 162a ligt binnen de richtafstand van Hoeve. Aangezien de feitelijke situatie niet wijzigt, vormt de functieverandering geen belemmering.
  • Voor de noodwoning 188 wordt een behoudende woonbestemming toegekend aan het perceel. Voor de aanwezige bedrijven treedt geen wijziging van de feitelijke situatie op, zodat het aspect geluid geen belemmering vormt.
  • Om geluidgevoelige objecten in het gebied tussen de F. Kortlanglaan en Bedrijventerrein Veldzicht te kunnen realiseren, is het gewenst om maatregelen te treffen. Gedacht kan worden aan geluidschermen en/of wallen en het slim indelen van de locatie door afschermende bebouwing tussen de geluidgevoelige bebouwing en de geluidbronnen te plaatsen. Geadviseerd wordt om in het bestemmingsplan op te nemen dat geluidwallen/schermen zijn toegestaan tot een hoogte van 5 meter.
  • 4. Hogere waarden spoorweglawaai
  • Voor de F. Kortlanglaan 162a, F. Kortlanglaan 164a (zorgwoning) en F. Kortlanglaan ong. (dagopvang) moeten hogere waarden vanwege het spoorlawaai vastgesteld worden.
  • De hoogste waarde is 60 dB en is lager dan de maximale hogere waarde van 68 dB. Burgemeester en wethouders kunnen overwegen hogere waarden vast te stellen voor deze geluidgevoelige objecten omdat maatregelen om de geluidbelasting terug te brengen niet doeltreffend zijn en er grote bezwaren van stedenbouwkundige en landschappelijke aard zijn en de gecumuleerde geluidbelasting niet leidt tot een onaanvaardbare situatie.
  • De hogere waarde voor de nieuw te bouwen zorgwoning kan alleen verleend worden als voldaan wordt aan de eisen uit de Wet geluidhinder voor het binnenniveau. Dit moet doormiddel van een akoestisch onderzoek worden aangetoond bij aanvraag om een omgevingsvergunning en zal als voorwaarde opgenomen moeten worden in het hogere waardenbesluit.