In dit bestemmingsplan wordt uitgegaan van een te handhaven bestaande situatie. Er mag daarom ook vanuit worden gegaan dat de bestaande bodemkwaliteit voldoende is voor de verschillende functies in het plangebied.
Wanneer in het plangebied nieuwe ontwikkelingen plaatsvinden, bijvoorbeeld de vervanging van een bestaande woning door een nieuwe woning, dan is het nodig bodemonderzoek te doen. Daarmee kan aangetoond worden dat de bodem voldoende kwaliteit voor de nieuwe functie/bebouwing. Het is dus van belang om bij mogelijke afwijkingen en wijzigingen van het bestemmingsplan aan te tonen dat de bodem een goede kwaliteit heeft.
Het aspect geluid is op te delen in verschillende soorten. Voor dit bestemmingsplan kan alleen het wegverkeerslawaai belemmeringen en beperkingen opleveren. Er zijn immers geen bedrijventerreinen, grote vaarroutes en spoorlijnen in de directe omgeving van het plangebied.
Wegverkeerslawaai
In en in de directe omgeving van het plangebied zijn wegen die een wettelijke zone hebben. Het gaat daarbij om wegen waar een maximumsnelheid van 50 km/uur of meer toegestaan is.
De in de wet opgenomen zones rond deze wegen zijn onderzoekszones. Wanneer nieuwe ontwikkelingen binnen die zones gaan plaatsvinden, moet akoestisch onderzoek worden uitgevoerd. Hierdoor kan duidelijk worden of de nieuwe ontwikkeling geluidhinder kan ervaren van de zoneringsplichtige weg en of wellicht maatregelen nodig zijn.
In dit bestemmingsplan levert het aspect wegverkeerslawaai geen belemmeringen en beperkingen op. Het gaat immers in eerste instantie om een bestemmingsplan waarin geen sprake is van nieuwe ontwikkelingen.
De Wet Geluidhinder is de basis voor de regelgeving rond het wegverkeerslawaai.
Overige geluidbronnen
Sportvoorzieningen, scholen en andere (maatschappelijke) functies kunnen ook een bron van geluid(hinder) zijn. Bij scholen wordt bijvoorbeeld op schoolpleinen tijdens de pauzes veel geluid gemaakt door spelende kinderen. Dit levert echter in het plangebied geen nieuwe belemmeringen en/of beperkingen op, omdat het gaat om bestaande situaties.
Pas bij nieuwe ontwikkelingen aan of in de nabijheid van dergelijke functies is het van belang de geluidsproductie ervan in beeld te brengen. Het activiteitenbesluit is de basis voor de regelgeving rond het geluid van dergelijke functies.
6.1.4 Geur
Het aspect geur wordt in en rond het plangebied hoofdzakelijk bepaald door agrarische bedrijven (veehouderijen). Het gebied rond het plangebied is deels agrarisch in gebruik. In het gebied noordelijk van het plangebied gaat het om weilanden. In het gebied ten zuiden van het plangebied is ook sprake van agrarische bedrijfspercelen.
Het aspect geur, met name van agrarische bedrijven, levert geen belemmeringen en beperkingen op voor dit bestemmingsplan. De afstand tussen de bedrijven en het plangebied is ruimer dan de wettelijke afstanden. De wettelijke afstanden zijn onder meer opgenomen in de Wet Geurhinder en Veehouderijen.