direct naar inhoud van Artikel 16 Groen - Houtwal
Plan: Beschermd Stadsgezicht
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0230.BPBESCHSTAD2010-VST1

Artikel 16 Groen - Houtwal

Link naar de toelichting van "Groen - Houtwal".

16.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen - Houtwal' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. houtwallen;

waarbij het behoud, de versterking en/of het herstel van de landschappelijke, natuur- en/of cultuurhistorische waarden van de gronden wordt nagestreefd;

met daaraan ondergeschikt:

  • b. nutsvoorzieningen, water, paden;

met de daarbijbehorende:

  • c. andere bouwwerken, tuinen en erven.
16.2 Bouwregels

Het bouwen op de gronden met de bestemming 'Groen - Houtwal' is aan een aantal regels gebonden.

16.2.1 Gebouwen en overkappingen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen en overkappingen worden gebouwd.

16.2.2 Andere bouwwerken
  • a. een erf- en terreinafscheiding mag een bouwhoogte hebben van maximaal 1,00 meter;
  • b. een overig ander bouwwerk mag een bouwhoogte hebben van maximaal 2,50 m meter.
16.3 Nadere eisen

Het is in bijzondere gevallen mogelijk om aan de plaats en afmetingen van de bebouwing nadere eisen te stellen.

Dit kan indien dit noodzakelijk is:

  • a. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • b. ter bescherming van de waarden van het beschermd stadsgezicht;
  • c. ter waarborging van de verkeersveiligheid;
  • d. ter waarborging van de ongestoorde ligging van kabels en leidingen;
  • e. ter waarborging van het uitzicht van woningen.
16.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
16.4.1 Vergunningplicht

Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is een omgevingsvergunning vereist:

  • a. het ontgronden, bodemverlagen of afgraven, ophogen en egaliseren van gronden;
  • b. het verwijderen, kappen of verstoren van de natuurlijke vegetatie;
  • c. het wijzigen van het profiel van watergangen en/of waterpartijen, dan wel het graven of dempen daarvan;
  • d. het aanleggen van paden;
  • e. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen;
  • f. het aanleggen van (ondergrondse) leidingen.
16.4.2 Uitzondering

Het bepaalde in lid 16.4.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:

  • a. het normale onderhoud betreffen van geringe omvang, gericht op en noodzakelijk voor de instandhouding van de bestemming;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het moment van het van kracht worden van dit bestemmingsplan.
16.4.3 Toetsingscriteria

De omgevingsvergunning wordt slechts verleend indien de gemeentelijke monumentencommissie om advies is gevraagd en indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke, natuur- en cultuurhistorische waarden van de gronden.