direct naar inhoud van Artikel 7 Bedrijventerrein
Plan: Buitengebied 2013
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0226.BPBuitengebied-VS02

Artikel 7 Bedrijventerrein

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Bedrijventerrein" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven, voor zover deze bedrijven voorkomen in de categorieën 1 en 2 van de bij deze regels behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten - Bedrijventerrein;
  • b. bedrijven zoals opgenomen in bijlage 3 in de kolom 'Type bedrijfsactiviteit', voor zover deze bedrijven niet voorkomen in de categorieën 1 en 2 van de bij deze regels behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten - Bedrijventerrein, met dien verstande dat voor zover in die kolom oppervlakten ten behoeve van een bepaalde bedrijfsactiviteit zijn opgenomen, die oppervlakten als maximum bebouwd oppervlak ten behoeve van die activiteit gelden;
  • c. maximaal 1 bedrijfswoning ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
  • d. aan huis verbonden beroepen;
  • e. mantelzorg;

met bijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ontsluitingsvoorzieningen, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen, tuinen en erven.

7.2 Bouwregels
7.2.1 bedrijfsgebouwen en bedrijfswoningen

Bedrijfsgebouwen en bedrijfswoningen voldoen aan de volgende kenmerken:

  • a. bedrijfsgebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd binnen het bouwvlak;
  • b. goothoogte van:
    • 1. bedrijfsgebouwen maximaal 6 meter;
    • 2. bedrijfswoningen maximaal 6 meter;
  • c. bouwhoogte van:
    • 1. bedrijfsgebouwen maximaal 10 meter;
    • 2. bedrijfswoningen maximaal 9 meter;
  • d. gezamenlijke oppervlakte van bedrijfsgebouwen:
    • 1. het oppervlak zoals opgenomen in de bijlage 2 zoals behorende bij deze regels in de kolom 'Max. opp. na uitbreiding bij recht';
  • e. de oppervlakte van de bedrijfswoning bedraagt maximaal 175 m2 dan wel de bestaande oppervlakte indien deze meer bedraagt dan 175 m2.
7.2.2 bijbehorende bouwwerken bij de bedrijfswoning

Bijbehorende bouwwerken bij de bedrijfswoning voldoen aan de volgende kenmerken:

  • a. gebouwd binnen het bouwvlak, dan wel ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
  • b. gebouwd op minimaal 3 m achter (het verlengde van) de voorgevel van de bedrijfswoning;
  • c. afstand tot het hoofdgebouw maximaal 20 meter;
  • d. gezamenlijke oppervlakte per bedrijfswoning maximaal 75 m2;
  • e. goothoogte is maximaal 3 meter;
  • f. bouwhoogte is maximaal 6 meter;
  • g. in afwijking van het bepaalde in artikel 7.2.2 sub b zijn voor de voorgevel erkers en serre's toegestaan mits:
    • 1. de horizontale diepte maximaal 1,5 meter bedraagt;
    • 2. de diepte van de overblijvende, niet met gebouwen bebouwde gronden minimaal 2,5 meter bedraagt;
    • 3. voor zover de erker wordt gebouwd tegen een gevel van het hoofdgebouw de breedte maximaal 2/3 van de breedte van die gevel bedraagt;
    • 4. de bouwhoogte maximaal 3 meter bedraagt dan wel de hoogte van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw + 0,25 meter.
7.2.3 bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, maximaal:

  • a. erfafscheidingen achter (het verlengde van) de voorgevel maximaal 2 meter en voor (het verlengde van) de voorgevel maximaal 1 meter, dan wel de ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' aangegeven hoogte;
  • b. lichtmasten maximaal 8 meter, met uitzondering van lichtmasten bij paardenbakken;
  • c. speelvoorzieningen 3 meter;
  • d. overige bouwwerken , geen gebouwen zijnde 2 meter.
7.3 Afwijken van de gebruiksregels
7.3.1 ander bedrijf

Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 7.1 sub a voor het toestaan van ander bedrijf dan ter plaatse is toegestaan, mits:

  • a. het bedrijf voor wat betreft de aard en de omvang van de activiteiten en van de milieuhinder die het veroorzaakt gelijk kan worden gesteld met een bedrijf dat is toegestaan krachtens artikel 7.1 sub a;
  • b. voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein;
  • c. in de nabijheid gelegen functies en waarden niet in onevenredige mate in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden geschaad;
  • d. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad.

7.4 Wijzigingsbevoegdheid
7.4.1 omschakeling van bedrijf naar wonen

Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen van de bestemming Bedrijventerrein in de bestemming Wonen-1, met inachtneming van de volgende voorwaarden:

  • a. het aantal woningen beperkt dient te blijven tot één dan wel zoveel als legaal aanwezig is op het moment van het nemen van het wijzigingsbesluit;
  • b. in de nabijheid gelegen functies en waarden niet in onevenredige mate in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden geschaad;
  • c. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad.