Plan: | Buitengebied |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0216.BPBuitengebied-VG02 |
De voor Agrarisch met waarden - Landschap 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met bijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ontsluitingsvoorzieningen, parkeervoorzieningen binnen het bouwvlak, groenvoorzieningen, tuinen en erven en overeenkomstig de in 3.1.2. opgenomen nadere detaillering van de bestemming.
In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 3.1.1:
Agrarische bedrijfsgebouwen, silo's en kuilvoerplaten zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'.
Ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' mag een grondgebonden agrarisch bedrijf worden uitgeoefend. Voorts is - al dan niet in combinatie met een grondgebonden bedrijf - het volgende type agrarisch bedrijf toegestaan overeenkomstig de onderstaande aanduidingen:
Ter plaatse van de aanduiding 'paardenhouderij' zijn toegestaan:
Afhankelijk van de opgenomen aanduiding is ter plaatse van de volgende aanduiding uitsluitend de volgende nevenactiviteit naast de agrarische bedrijfsvoering toegestaan met de daarbij behorende voorzieningen:
Afkorting | Aanduiding | Nevenactiviteit | Adres |
(sw-3) | specifieke vorm van wonen - 3 | kampeerterrein bij als 'Wonen' bestemde woning | Achterweg 4 |
Ten behoeve van de nevenactiviteit is ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - 3' binnen deze bestemming geen bebouwing toegestaan.
Voor teeltondersteunende voorzieningen geldt het volgende:
Binnen deze bestemming is de uitoefening van een aan huis verbonden beroep of bedrijf toegestaan als ondergeschikte activiteit bij de woonfunctie, waarbij de volgende regels van toepassing zijn:
Voor paardenbakken geldt het volgende:
De gronden gelegen binnen deze bestemming mogen worden gebruikt ten behoeve van extensief recreatief medegebruik. Ter ondersteuning van het recreatief medegebruik zijn beperkte recreatieve voorzieningen toegestaan in het gehele gebied zoals banken, picknicktafels, bewegwijzering, voet-, fiets- en ruiterpaden, enkele parkeerplaatsen, visoevers e.d.
Het inrichten en gebruiken van gronden als tuin is toegestaan binnen het agrarisch bouwvlak.
Ter plaatse van de aanduiding 'wonen' mag een bedrijfswoning, behorend tot of voorheen behorend tot een landbouwinrichting, door een derde bewoond worden. Op die woning is het bepaalde in artikel 1.1a van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht van toepassing, hetgeen inhoudt dat voor de toepassing van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en de daarop berustende bepalingen, de woning beschouwd wordt als onderdeel van de bedrijfswoning.
Uitsluitend mag worden gebouwd ten behoeve van deze bestemming.
Gebouwen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'.
De bouwhoogte van bedrijfsgebouwen bedraagt niet meer dan 10 m, met dien verstande dat de bouwhoogte van silo's maximaal 15 m mag bedragen.
Voor een recreatiewoning ter plaatse van de aanduiding 'recreatiewoning' geldt het volgende:
Voor bedrijfswoningen geldt het volgende:
Aangebouwde en vrijstaande bijbehorende bouwwerken bij de bedrijfswoning voldoen aan de volgende kenmerken:
Herbouw van een bedrijfswoning is uitsluitend toegestaan op de bestaande locatie binnen het bestemmingsvlak met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.2.5.
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, voldoen aan de volgende kenmerken:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, met toepassing van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht, ten aanzien van de situering van de gebouwen nadere eisen te stellen ten behoeve van behoud van stedenbouwkundige kwaliteit en verkeersveiligheid, voorzover deze gebouwen worden gebouwd binnen een afstand van:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 3.2.5 teneinde een grotere goot- en/ of bouwhoogte van een bedrijfswoning toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 3.2.8 onder b teneinde een paardenbak met bijbehorende voorzieningen buiten de aanduiding 'bouwvlak' toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 3.2.8 onder a en b teneinde het oprichten van een windturbine toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 3.2.8 onder a teneinde het oprichten van sleufsilo's buiten de aanduiding 'bouwvlak' toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.8 onder b, alsmede van het bepaalde in 3.1.2 onder e teneinde bouwwerken in de vorm van hoge tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen te kunnen toestaan buiten de aanduiding 'bouwvlak', een en ander mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.8 onder b, alsmede van het bepaalde in 3.1.2 onder e teneinde bouwwerken in de vorm permanente constructiepalen ten behoeve van hagelnetten te kunnen toestaan buiten de aanduiding 'bouwvlak', een en ander mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.7 ten behoeve van het verplaatsen van de woning, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
In aanvulling op het bepaalde van artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen gebruik van gronden en/of opstallen voor:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.1.2 onder d teneinde nevenactiviteiten bij een agrarisch bedrijf toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan:
waaronder agro-toerisme, agrarisch natuurbeheer, verkoop van streekeigen producten, kleinschalige dagrecreatieactiviteiten, kinderdagverblijf, en agrarisch verwante functies;
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken als bedoeld in 3.1.1 teneinde voorzieningen voor kleinschalig kamperen toe te staan als nevenactiviteit bij een agrarisch bedrijf of de bestemming 'Wonen', mits aan de volgende voorwaarden is voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken als bedoeld in 3.1.1 teneinde buiten een bouwvlak gebruik van gronden en bouwwerken voor paalkamperen toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.1.2 onder d teneinde een bed & breakfastvoorziening toe te staan als nevenactiviteit bij een agrarisch bedrijf, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.1.2 onder d teneinde een kleinschalige logiesaccommodatie toe te staan als nevenactiviteit bij een agrarisch bedrijf, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan:
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.1.2 onder f teneinde binnen een woning en/of daarbij behorende bijbehorende bouwwerken de uitoefening van een huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit toe te staan met een groter vloeroppervlak. Hiervoor dient aan de volgende criteria te worden voldaan:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de in het schema onder 3.7.4. opgenomen omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden uit te voeren.
Het onder 3.7.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 3.7.1 bedoelde omgevingsvergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 3.1. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 3.7.4 de toetsingscriteria weergegeven.
In onderstaand schema zijn de omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden opgenomen en is per werk/werkzaamheid aangegeven welke de criteria voor verlening van de omgevingsvergunning zijn. Voor alle onderstaande werken en werkzaamheden geldt dat het werk of de werkzaamheid noodzakelijk dient te zijn in het kader van het gebruik conform de bestemming.
Omgevingsvergunningplichtige werken/werkzaamheden | Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning |
het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 100 m2 | - het aanbrengen van verhardingen dient noodzakelijk te zijn in het kader van de agrarische bedrijfsvoering dan wel het recreatief medegebruik; - er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de cultuurhistorische en landschappelijke waarden; |
afgraven, vergraven, ophogen en egaliseren van de bodem (> 50 cm) | - er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de cultuurhistorische en landschappelijke waarden; |
het vergraven van sloten/ veranderen van het verloop van watergangen | - er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de cultuurhistorische en landschappelijke waarden; |
diepploegen en diepwoelen van de bodem | - er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de cultuurhistorische en landschappelijke waarden; |
dempen van poelen, sloten en greppels | - er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de cultuurhistorische en landschappelijke waarden; |
het vellen of rooien van houtgewas | - er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de cultuurhistorische en landschappelijke waarden; |
het wijzigen van de perceelsindeling, zoals door sloten, greppels en beplantingselementen is aangegeven; | - er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de cultuurhistorische en landschappelijke waarden; |
het aanleggen van nieuwe boom- en fruitteelt op een afstand van minder dan 50 m van de bestemming 'Wonen'
|
- er vindt geen onevenredige aantasting plaats van het woon- en leefklimaat binnen de bestemming 'Wonen'; - er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de cultuurhistorische en landschappelijke waarden; |
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen teneinde het vormveranderen van het bouwvlak en/of vergroten van de oppervlakte van het bouwvlak van agrarische bedrijven mogelijk te maken, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming op onderdelen wijzigen teneinde omschakeling toe te staan van een agrarische bedrijfsvorm, niet zijnde een overig niet-grondgebonden agrarisch bedrijf, naar een overig niet-grondgebonden agrarisch bedrijf, door middel van het aanduiden van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' met de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - niet-grondgebonden' mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' wijzigen teneinde na bedrijfsbeëindiging de bedrijfswoning om te zetten in een burgerwoning, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming wijzigen teneinde gebruik van een tweede bedrijfswoning als woning door derden (burgerwoning) toe te staan, waarop het bepaalde in artikel 1.1a van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht van toepassing is, een en ander mits voldaan wordt aan de volgende bepalingen: