Artikel 37 Algemene afwijkingsregels
37.1 Bed & breakfast
Burgemeester en Wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van de regels van het plan voor de inrichting en het gebruik van woningen ten behoeve van bed & breakfast, indien en voor zover:
- het betreft een woning, die tevens bewoond blijft, met de bestemming "Wonen";
- niet meer dan 3 slaapkamers met elk 2 slaapplaatsen van de betreffende woning worden ingericht en gebruikt voor bed & breakfast;
- het gebruik van een aangebouwd bijgebouw dat direct door middel van ten hoogste één verbinding vanuit de woning toegankelijk is, is toegestaan, mits geen grotere afstand dan 8 m wordt overbrugd en de verbindingsruimte direct toegang geeft tot de als bed & breakfast voorziening gebruikte ruimte in het bijgebouw;
- de bed & breakfast voorziening niet functioneert als een zelfstandige woning;
- parkeren plaats vindt op eigen terrein;
- van tevoren in voldoende mate is verzekerd dat het beoogde gebruik geen onevenredig nadelige gevolgen heeft voor het woon- en leefklimaat van de omliggende woningen of voor de bedrijfsvoering van omliggende bedrijven.
37.2 Bijbehorende bouwwerken op grotere afstand van woningen
Burgemeester en Wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van de regels van het plan voor de bouw van bijbehorende bouwwerken ten dienste van woningen, voor zover deze woningen in het plan zijn opgenomen met bestemming Wonen, indien en voor zover:
- de afstand tot de achtergevel van het hoofdgebouw van de bijbehorende woning niet meer bedraagt dan 70 m;
- de gronden waarop het bijbehorende bouwwerk wordt gerealiseerd in eigendom zijn of worden gepacht, waarbij ingeval van pacht sprake moet zijn van een bij de Grondkamer geregistreerd langlopend pachtcontract;
- de gronden deel uitmaken van het bij de desbetreffende woning behorende en direct en ononderbroken aansluitende perceel;
- de regels ten aanzien van bijbehorende bouwwerken zoals deze zijn opgenomen in de bestemming "Wonen" in acht worden genomen, met inbegrip van de mogelijkheden waarin de afwijkingsregels, met de bijbehorende voorwaarden, in de bestemming "Wonen" voorzien.
37.3 Ecologische linten
Burgemeester en Wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van de regels van het plan voor de aanleg van ecologische linten, indien en voor zover:
- de aanleg plaatsvindt op gronden met de bestemming "Agrarisch", "Agrarisch met waarden - Komgebied", "Agrarisch met waarden - Oeverwalgebied" en de desbetreffende gronden tevens zijn gelegen binnen zones van 10 m (langs de Linge en de Korne 12 m) van gronden die in het plan zijn bestemd als "Water";
- de aanleg plaatsvindt door, namens of met goedkeuring van de betrokken rivier- of waterbeheerder.
37.4 Grenzen en aanduidingen
Het bevoegd gezag kan , mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, bij een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan ten behoeve van:
- het afwijken van bestemmingsgrenzen, bouwgrenzen en overige aanduidingen in het horizontale vlak, indien en voor zover afwijking noodzakelijk is in verband met de uitmeting van het terrein en er geen dringende redenen zijn die zich tegen de afwijking verzetten, mits de afwijking ten opzichte van hetgeen in het plan is aangegeven niet meer bedraagt dan 2,5 m;
- het afwijken van bouwgrenzen en overige aanduidingen in het horizontale vlak, niet zijnde bestemmingsgrenzen, indien en voor zover afwijking noodzakelijk is uit een oogpunt van doelmatig gebruik van de grond, mits de afwijking ten opzichte van hetgeen in het plan is aangegeven niet meer bedraagt dan 2,5 m;
- de bestemmingsbepalingen ten aanzien van de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en toestaan dat de bouwhoogte van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wordt vergroot tot niet meer dan 10 m.
37.5 Kleine uitbouwen woningen
Burgemeester en Wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van de regels van het plan voor de bouw van kleine uitbouwen aan woningen, indien en voor zover:
- de overschrijding van een krachtens het plan aangegeven begrenzing niet meer bedraagt dan 2 m;
- de oppervlakte van de uitbouw niet meer bedraagt dan 6 m2.
37.6 Kleinschalige voorzieningen in de toeristische en recreatieve sector
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan voor het gebruik van gronden ten behoeve van kleinschalige voorzieningen in de toeristische en recreatieve sector, mits voldaan wordt aan het volgende:
- de voorzieningen zijn uitsluitend toegestaan in het achtererfgebied;
- op eigen terrein dient te worden voorzien in voldoende parkeergelegenheid;
- er vindt geen onevenredige aantasting plaats van het woon- en leefmilieu;
- er vindt geen milieubelemmering plaats voor omliggende functies en bedrijven;
- er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de verkeersveiligheid;
- er ontstaat geen onevenredige verkeers- en parkeeroverlast voor de omgeving.
37.7 Mantelzorg
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan voor de verbouw van een woning in verband met het verlenen van mantelzorg, indien en voor zover:
- er, ingeval er geen ouder/kind relatie is, sprake is van een vastgestelde medische indicatie;
- de verbouw noodzakelijk is om te voorzien in de behoefte aan inwoning ten behoeve van mantelzorg;
- de inwoning plaats vindt in het hoofdgebouw en geen groter vloeroppervlak in beslag neemt dan 75 m²;
- er sprake is van een gemeenschappelijke entree;
- het verbouwde gedeelte voor inwoning technisch/functioneel altijd weer bij de oorspronkelijke woning kan worden betrokken;
indien in voldoende mate aangetoond kan worden dat geen (volledig) gebruik kan worden gemaakt van de woning, mag naast of in plaats van inwoning door verbouw van de woning ook inwoning plaats vinden in een bestaand bijbehorend bouwwerk, mits voldaan wordt aan het volgende:
- de vloeroppervlakte in gebruik ten behoeve van mantelzorg mag niet meer bedragen dan 60 m²,
- de afstand van het bijbehorend bouwwerk tot de woning mag niet meer bedragen dan 12 m;
- de getroffen functionele voorzieningen worden na afloop van het gebruik verwijderd.
37.8 Minicampings
Burgemeester en Wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van de regels van het plan voor de aanleg en het gebruik van gronden als recreatief nachtverblijf in de vorm van kleinschalig kamperen, indien en voor zover:
- de minicamping een nevenactiviteit bij een woning betreft;
- de minicamping binnen een afstand van 70 m tot de bijbehorende woning en op een afstand van tenminste 50 m van enige andere woning is gelegen;
- van tevoren in voldoende mate is verzekerd dat het beoogde gebruik geen ontoelaatbare invloed heeft op het woon- en leefmilieu van de omliggende woningen en/of agrarische en andere bedrijven;
- voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid op eigen erf;
- zorg gedragen wordt voor een inpassing in de omgeving met landschappelijke beplanting;
- sanitaire voorzieningen óf binnen de bestaande (bedrijfs)bebouwing dienen te worden gerealiseerd óf, uitsluitend voor zover het gronden betreft die zijn gelegen binnen of direct aansluiten aan de bestemming "Agrarisch" of "Agrarisch met waarden - Oeverwalgebied", binnen maximaal één extra gebouw ten behoeve van sanitaire voorzieningen met geen groter oppervlak dan 50 m2, geen grotere goothoogte dan 3 m en geen grotere hoogte dan 7 m.
37.9.1 Omgevingsvergunning herstel / herbouw
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan voor de instandhouding, dan wel het herstel of de herbouw van bouwwerken, indien en voor zover de instandhouding, dan wel het herstel of de herbouw, noodzakelijk is om te voldoen aan het bepaalde in de Monumentenwet, dan wel de gemeentelijke Monumentenverordening.
37.9.2 Omgevingsvergunning bouwwerken
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan voor het bouwen van bouwwerken op een erf dat behoort bij een Rijks- of gemeentelijk monument, mits:
- de bouwwerken een meerwaarde geven aan de (het) aanwezige (ensemble van) monumentale bebouwing;
- alle niet bij het monumentale karakter passende bebouwing wordt gesloopt;
- de gemeentelijke monumentencommissie is gehoord en een positief advies heeft gegeven.
37.9.3 Omgevingsvergunning extra woning monument / karakteristiek pand
Het bevoegd gezag kan in afwijking van
artikel 20 lid 2.1 sub a, gehoord de gemeentelijke monumentencommissie, eenmalig bij een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan voor de realisering van één extra woning, indien en voor zover:
- de extra woning wordt gerealiseerd binnen de bestaande inhoud van een gebouw dat tevens is aangemerkt als Rijksmonument of gemeentelijk monument overeenkomstig de Monumentenwet of de gemeentelijke Monumentenverordening, dan wel is aan te merken als karakteristiek en wordt gerealiseerd met als oogmerk de karakteristiek van het desbetreffende gebouw in stand te houden, dan wel te herstellen, en;
- de extra woning een inhoud heeft van tenminste 300 m³.
37.10 Nieuwe bijgebouwen of vergroting woning na sloop voormalige bedrijfsgebouwen en een aanwezig woonbestemming
Burgemeester en Wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van de regels van het plan voor de bouw van een bijgebouw, de vergroting van een bijgebouw of de vergroting van een woning, in geval sprake is van de aanwezigheid van (voormalige) bedrijfsgebouwen en de woning is aangewezen voor de bestemming '
Wonen", met dien verstande dat:
- het geen bebouwing betreft welke als Rijks- of gemeentelijk monument is aangemerkt en gehoord de gemeentelijke monumentencommissie is gebleken dat geen sprake is van een zodanige karakteristieke waarde dat handhaving van de bebouwing vanuit dat oogmerk gewenst is;
- alle aanwezige (voormalige) bedrijfsbebouwing wordt gesloopt;
- van tevoren in voldoende mate is verzekerd dat de aanwezige voormalige bedrijfsbebouwing wordt afgebroken;
- voor elke m2 gesloopte bedrijfsgebouwen 60% van de gesloopte oppervlakte mag worden teruggebouwd in de vorm van een nieuw bijgebouw of de uitbreiding van bestaande bijgebouwen, tot een maximale oppervlakte van 200 m2, met inbegrip van de oppervlakte van de bestaande bijgebouwen;
- voor elke m2 gesloopte bedrijfsgebouwen mag de inhoud van de bestaande woning worden vergroot, waarbij de volgende regels worden gehanteerd:
- indien de oppervlakte van de gesloopte bedrijfsgebouwen niet meer bedraagt dan 750 m2 mag, voor elke m2 gesloopte bedrijfsgebouwen, de woning worden uitgebreid met 0,5 m3;
- indien de oppervlakte van de gesloopte bedrijfsgebouwen meer bedraagt dan 750 m2 mag, voor elke m2 gesloopte bedrijfsgebouwen boven de 750 m2, de woning worden uitgebreid met 0,35 m3;
- de woning mag hierdoor geen grotere inhoud krijgen dan 1.200 m3;
- het gestelde onder sub d en sub e mag naast elkaar worden gebruikt, mits iedere gesloopte m2 of voor bijgebouwen of voor de woning wordt gebruikt;
- het gestelde in dit artikellid geldt ook indien sprake is van saldering van mogelijkheden op meerdere percelen, met dien verstande dat:
- per perceel minimaal 250 m2 aan bedrijfsgebouwen moet worden gesloopt;
- voor elk perceel geldt dat alle aanwezige bedrijfsbebouwing moet worden gesloopt;
- de vervangende nieuwbouw dient gebouwd te worden op het perceel waar dat uit ruimtelijk oogpunt het meest wenselijk is.
37.11 Nutsvoorzieningen
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan ten behoeve van de bouw van bouwwerken voor nutsvoorzieningen zoals pompgemalen, verdeel-, regel- of transformatorruimten, telefooncentrales, telefooncellen, geldautomaten en abri's, waarvan de inhoud niet meer mag bedragen dan 50 m³ en de hoogte niet meer mag bedragen dan 3 m, alsmede voor beeldhouwwerken en daarmee gelijk te stellen kunstzinnige elementen met geen grotere hoogte dan 6 m en lichtmasten en vlaggenmasten met geen grotere hoogte dan 10 m.
37.12 Paardenbakken, tennisbanen, vijvers, zwembaden, (midget)golf, theetuinen en buitenexposities voor galeries
Burgemeester en Wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van de regels van het plan voor de aanleg van en het gebruik van gronden als paardenbak, tennisbaan, vijver, zwembad geen gebouw zijnde, (midget)golf, theetuin en buitenexpositie voor een galerie, met dien verstande dat:
- het uitsluitend gronden betreft die niet verder dan 70 m uit de gevel van het hoofdgebouw van de bijbehorende woning zijn gelegen, op een afstand van tenminste 5 m tot een perceelgrens zijn gelegen en niet zijn gelegen binnen de aanduiding "Vrijwaringszone - Weg;
- uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van het gebruik waarvan afwijking wordt verleend met geen grotere hoogte dan 2,5 m mogen worden gebouwd, met dien verstande dat, voor zover het tennisbanen betreft, bijbehorende hekwerken geen grotere hoogte mogen hebben dan 4 m;
- het bepaalde ten aanzien van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden bij de betreffende bepalingen van het plan waarvan afwijking wordt verleend, tevens in acht wordt genomen;
- ingeval van theetuin en buitenexpositie voor galeries voorzien wordt in parkeergelegenheid op eigen terrein.