Algemeen
Baggerspecie bestaat uit mineralen, humus, schelpen en grind. Baggerspecie wordt gebruikt om het ecosysteem van diepe plassen en wateren te verbeteren. Het Besluit bodemkwaliteit stelt regels voor het afgraven, vervoeren en hergebruiken van (licht) verontreinigde grond en baggerspecie. Gemeenten, waterschappen en provincies zijn verantwoordelijk voor de kwaliteit van de bodem.
Verontreinigde grond en baggerspecie worden soms opgeslagen in (tijdelijke of permanente) depots. Voor permanente opslag is een vergunning nodig. De eigenaar van de opslag moet aantonen dat de bodem in de buurt van het depot niet aangetast wordt. Hiervoor geldt de Wet Milieubeheer. Voor tijdelijke opslag is (meestal) geen vergunning nodig. Hoeveel, hoe lang en hoe verontreinigd grond of baggerspecie mag zijn voor tijdelijke opslag, is geregeld in het Besluit Bodemkwaliteit.
De rijksoverheid heeft het voornemen om een structuurvisie op te stellen voor de ondergrond. De beleidsvisie rekent tot de ondergrond het diepe en ondiepe gedeelte van de bodem en het daarin aanwezige grondwater. De contactlaag, waar bijvoorbeeld landbouwactiviteiten plaatsvinden, valt hier niet onder. Maar de winning van bouwgrondstoffen wel. De visie moet richting geven aan een duurzaam en verantwoord gebruik van de ondergrond. De ontwerpvisie is naar verwachting in de tweede helft van 2013 gereed.