direct naar inhoud van Artikel 5 Verkeer - Verblijfsgebied
Plan: Lombok
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0213.BPEERB1330000-va01

Artikel 5 Verkeer - Verblijfsgebied

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Verkeer - Verblijfsgebied" aangewezen gronden zijn bestemd voor voor:

  • a. wegen, straten en paden met hoofdzakelijk een verblijfsfunctie;
  • b. voet- en rijwielpaden;
  • c. nutsvoorzieningen;
  • d. evenementen;


met de daarbij behorende:

  • e. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • f. parkeervoorzieningen;
  • g. groenvoorzieningen, waaronder bermen en beplanting
  • h. speel- en jeugdvoorzieningen, met uitzondering van jongerenontmoetingsplaatsen;
  • i. hondenuitlaatplaatsen;
  • j. kunstwerken;
  • k. straatmeubilair;
  • l. ondergrondse afvalcontainers;
  • m. waterlopen en waterpartijen;
  • n. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen.

5.2 Bouwregels
5.2.1 Bouwen van gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. op of in deze gronden mogen uitsluitend gebouwen ten behoeve van het openbaar nut worden gebouwd;
  • b. de maximale bouwhoogte van gebouwen bedraagt 3 m;
  • c. de maximale oppervlakte van een gebouw bedraagt 15 m2.

5.2.2 Bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

  • a. de maximale bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag 5 m bedragen;
  • b. in afwijking van het bepaalde onder a mag de maximale bouwhoogte van lichtmasten en portalen 12 meter bedragen;
  • c. in afwijking van het bepaalde onder a mag de maximale bouwhoogte van een antenne-installatie 15 meter bedragen.

5.3 Ontheffing van de bouwregels
5.3.1 Bevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in 5.1 sub g en 5.2.2 teneinde een jongerenontmoetingsplaats te realiseren, met dien verstande dat:

  • a. de bouwhoogte van een bouwwerk maximaal 5 meter mag bedragen en de oppervlakte maximaal 30 m²;
  • b. de locatie waar de betreffende voorziening wordt gerealiseerd op een goede wijze bereikbaar is vanaf de openbare weg;
  • c. in de directe omgeving van de voorziening voldoende openbare verlichting aanwezig is;
  • d. de plaatsing van het bouwwerk geen onevenredige hinder of gevaar voor het verkeer mag opleveren;
  • e. hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.

5.3.2 Procedure

Bij toepassing van de ontheffingsmogelijkheid als bedoeld in sublid 5.3.1 geldt de procedure als vervat in artikel 14, lid 14.1.