direct naar inhoud van 4.1 Barneveld
Plan: Structuurvisie kernen Barneveld 2022
Status: vastgesteld
Plantype: gemeentelijke structuurvisie
IMRO-idn: NL.IMRO.0203.1003-0002

4.1 Barneveld

Barneveld is de hoofdkern van de gemeente. Het centrum van Barneveld heeft een (sub)regionale functie en kent een groeiend en gevarieerd aanbod aan voorzieningen. De komende jaren zal de gemeente Barneveld sterk doorgroeien. Een groot deel van de groeiverwachting zal in de kern Barneveld worden gerealiseerd. Dit brengt ook andere opgaven met zich mee. Bij een bepaald schaalniveau kan een dorp niet meer organisch doorgroeien, maar moeten op het schaalniveau van het dorp hoofdkeuzes worden gemaakt. En dan is een blik in de toekomst extra belangrijk. Hierbij kan men vragen stellen als:

  • Hoe moet Barneveld omgaan met de groeiende mobiliteit en de bereikbaarheid van alle voorzieningen in een groter wordende kern?
  • Hoe gaat de gemeente om met veranderende voorzieningen? Kan dit allemaal nog in het centrum worden gefaciliteerd of is het beter om nieuwe voorzieningenclusters te maken?
  • Hoe gaat de gemeente de groeiende groep ouderen huisvesten en welk woonmilieu hoort daarbij?

Deze vraagstukken hebben hele integrale gevolgen voor de ruimtelijke ordening in Barneveld. De structuurvisie geeft een visie op deze opgaven, zodat de ruimtelijke keuzes de komende jaren goed op elkaar worden afgestemd.

afbeelding "i_NL.IMRO.0203.1003-0002_0011.png" Figuur 8: uitsnede visiekaart Barneveld.

4.1.1 Barneveld Centrum

Het (winkel)centrum van Barneveld vervult een (sub)regionale functie. Binnen het gebied zijn volop ontwikkelingen aan de gang en is er veel bedrijvigheid. Het gebied is overwegend bestemd voor winkels en wonen. In het centrumgebied van Barneveld vindt een aantal ontwikkelingen plaats, die onder het project Barneveld Centrum worden aangestuurd. Diverse deelprojecten zijn ten tijde van de vaststelling van deze Structuurvisie gerealiseerd of zijn in voorbereiding, waaronder de herontwikkeling van het markthalgebied en een project aan de Kapteijnstraat. Voor de komende jaren liggen er nieuwe ambities rond het centrum, waaronder diverse particuliere (nieuw)bouwactiviteiten. De ontwikkeling van het Schaffelaartheater (hoek Churchillstraat – Bouwheerstraat) maakt formeel geen deel uit van het project Barneveld Centrum, maar draagt wel bij aan de kwaliteitsslag die in het rond het centrum van Barneveld wordt nagestreefd. Voor het totaalproject is een beeldkwaliteitsplan opgesteld, waarin de bovengenoemde plannen moeten passen.

Om het centrum van Barneveld te behouden als aantrekkelijk hoofdcentrum moet de hoofdstructuur verder worden versterkt met het accent op:

  • Verblijfsklimaat;
  • De functionele winkelrouting;
  • Passende bereikbaarheid en parkeersituatie;
  • Passende uitbreiding van het centrumgebied zonder de compactheid van het centrum aan te tasten.

Verblijfsklimaat en winkelrouting

Om het verblijfsklimaat te verbeteren benoemt de detailhandelsvisie uit 2006 enkele concrete actiepunten:

  • Vergroten trekkracht oostelijk deel Langstraat. Opwaarderen van de uitstraling van beeldbepalende panden én het herinvullen van de leegstand;
  • Passende invulling Torenplein en Pastoor Gowthorpestraat;
  • De realisatie van een winkelrondje;
  • Behoud compact winkelgebied, geen nieuwe recreatief bezochte winkelfuncties buiten centrumring, uitgezonderd (grootschalige) perifere detailhandelslocaties.

De gemeente werkt via het centrumplan Barneveld aan meerdere projecten om deze doelen te bereiken. Voor meerdere deelgebieden zijn inrichtingsplannen opgesteld.

Passende bereikbaarheid, parkeersituatie en uitbreiding

Voor de doorontwikkeling van het centrum als (sub)regionaal koopcentrum zet de gemeente de komende jaren in op het verleggen van de parkeerroute (zie paragraaf 3.4.). Daardoor komt de Burgemeester Kuntzelaan en het station meer centraal in het centrum te liggen. Voor de herontwikkeling van locaties rondom het centrum wordt ingezet op een mix van functies, waarvoor de ligging nabij het station en het centrum aantrekkelijk is:

  • Doelgerichte detailhandel. Dit past in het beleid om voor enkele winkelbranches mogelijkheden te bieden zich buiten het centrum te vestigen (zie paragraaf 3.3.);
  • Wonen. Hier liggen kansen voor de toenemende groep ouderen (zie paragraaf 3.1.). Zowel de opgave voor nultredenwoningen als woningen voor kapitaalkrachtige ouderen kunnen hier worden ingevuld. De locatie biedt een aantrekkelijke combinatie van de nabijheid van voorzieningen, openbaar vervoer en een aantrekkelijk buitengebied (zoals het Schaffelaarsebos);
  • Maatschappelijke functies.

Kantoorfuncties zijn ruimtelijk gezien eveneens mogelijk rondom het centrum. Het moet dan wel gaan om een zichtlocatie met een goede bereikbaarheid (zie paragraaf 4.2.). Ook mogen ontwikkelingen aan de rand van het centrum, gelegen nabij de toevoerwegen en het station, een meer stedelijke uitstraling en bebouwingsdichtheid hebben. Redenen hiervoor zijn dat de haalbaarheid van de herstructurering vaak vraagt om een grotere dichtheid van bebouwing en dat het stedenbouwkundig interessant kan zijn. Gezien de huidige marktontwikkelingen wordt de ontwikkeling van nieuwe kantoorlocaties (buiten de huidige plannen) voorlopig echter niet overwogen.

Versterken woonfunctie in het centrum

De ruimtelijke mogelijkheden voor woningbouw en voorzieningen in bestaand bebouwd gebied (inbreiding) zullen optimaal worden benut. Met name in het centrumgebied is versterking van de woonfunctie zeer wenselijk, met het oog op het draagvlak van de voorzieningen en de leefbaarheid. Bovendien is dit zeer wenselijk met het oog op het doelgroepenbeleid van de gemeente (zie paragraaf 3.1.). Verwacht wordt dat binnen de planperiode van deze visie een aantal inbreidingslocaties in de kern Barneveld vrijkomt voor herontwikkeling. Gelet op de ligging van deze locaties zal de nadruk komen te liggen op woningbouw. Met het oog op de specifieke situering van enkele inbreidingslocaties wordt op deze locaties een integrale ontwikkeling voorgestaan, in combinatie met overige functies, voor (kleinschalige) kantoorontwikkeling, detailhandel en overige centrumvoorzieningen.

4.1.2 Barneveld Zuid

Naast de verdichting van bestaand stedelijk gebied en de invulling van herstructureringslocaties zal de komende jaren ook een uitbreiding van bestaand stedelijk gebied nodig zijn. De gemeente is hier ook al actief mee aan de slag. Een belangrijk deel van deze uitbreidingsgebieden liggen in het zuidelijk deel van Barneveld en zijn op provinciaal niveau aangewezen als zoekzone voor verstedelijking.

De Burgt

In de eerste plaats zal het gebied De Burgt in de komende jaren verder worden ontwikkeld, volgens de bestaande plannen5 . De randzone van De Burgt leent zich voor vormen van meervoudig ruimtegebruik in de vorm van geluidwerende voorzieningen, gecombineerd met woningen, perifere detailhandel e.d., die met elkaar een buffer vormen tussen de woonwijk en de omringende wegen.

De Burgt zal aan de zuidzijde worden begrensd door de Scherpenzeelseweg, die op termijn de functie van rondweg zal vervullen. Dit geeft een vrij harde overgang naar het buitengebied. Een natuurlijke inrichting markeert de overgang van het stedelijk gebied naar het landelijke gebied. De ambitie is om een aansluiting van recreatief verkeer te maken vanuit de wijk naar het landelijke gebied.

De groenstructuur van de wijk zal worden bepaald door de (natuurlijke) groenzone langs de Barneveldsebeek. Andere maatregelen voor een goede groenstructuur zijn:

  • Laanbeplantingen langs de belangrijkste ontsluitingswegen;
  • Aansluiting maken tussen het wijkgroen en het park ten noorden van de wijk.

De ambitie om de wijken voor fietsverkeer goed te verbinden met het centrum kan in de Burgt worden ingevuld door binnen de wijk aansluitingen te maken op het fietspadennet rond de Slotstraat en door het park bij het muziekcentrum. Langs de Lunterseweg ligt een vrijliggend fietspad.

Veller

Behalve het huidige uitbreidingsgebied De Burgt zijn er in Barneveld Zuid andere uitbreidingslocaties voorzien; Veller I t/m III6 (Veller III staat ook bekend onder de naam Veller Oost). Het gebied Veller is gelegen ten zuidoosten van de kern Barneveld. Ontwikkeling van dit gebied betekent een goede afronding van de zuidelijke contour van Barneveld. Er is een goede aansluiting op de hoofd-verkeersstructuur mogelijk, zowel voor het autoverkeer als voor het openbaar vervoer. Er is voorzien in een halteplaats op de Valleilijn.

De capaciteit van Veller I bedraagt circa 450 woningen. In aansluiting daarop kan het gebied Veller II (capaciteit circa 750 woningen) in ontwikkeling worden genomen. Ook het oostelijk daarvan gelegen gebied, tussen de Valleilijn en de Hessenweg (Veller III) komt op termijn voor woningbouw in aanmerking.


Veller I en II zijn gelegen tussen de Lunterseweg en de spoorlijn. De groenstructuur in dit deel wordt bepaald door de doorlopende (natuurlijke) groenzone langs de Barneveldsebeek. Deze beek begrenst de wijk ook aan de zuidzijde. De wijk ligt bijzonder gunstig ten opzichte van enkele voorzieningenlocaties. De wijk wordt aan de westzijde begrensd door de voorzieningenstrook aan de Lunterseweg, waar nu enkele kerkgebouwen zijn gevestigd. Dit gebied biedt kansen voor het realiseren van voorzieningen omgeven door (openbaar) groen waardoor het een groene uitstraling krijgt. Aan de oostzijde ligt de nieuwe halteplaats op de Valleilijn met daaraan gekoppeld een voorzieningenstrook met o.a. een nieuwe onderwijsvoorziening.


Veller III (Oost) ligt tussen de spoorlijn en de Hessenweg. Deze locatie is nog niet in ontwikkeling. Het maakt onderdeel uit van een wat diffuus gebied met gemengde functies. De uitstraling vanaf de spoorlijn oogt hier rommelig. Woningbouw kan hier een nieuw gezicht geven aan het spoor en het voorzieningencluster langs het spoor meer inbedden in het stedelijke gebied. Aan de kant van de Hessenweg zou de locatie een overgang kunnen vormen van het stedelijk gebied naar het landelijke gebied, door de straat als lintbebouwing af te ronden. Ook is het mogelijk om het 'campusbeeld' verder uit te werken voor het hele gebied en met 'erven'(qua configuratie vergelijkbaar met de aanwezige boerenerven) in te vullen.

4.1.3 Voorzieningenstroken in Barneveld Zuid

Bij een groeiende gemeente hoort het denken over de spreiding van voorzieningen. In paragraaf 3.3. werd al aangegeven dat er enkele plaatsen aangewezen zijn voor de realisatie van een nevenvestiging dagelijkse boodschappen (supermarkt) en perifere detailhandel voor enkele branches voor doelgerichte aankopen. Enkele locaties in Barneveld Zuid behoren hiervoor tot de mogelijkheden.

Aan de Scherpenzeelseweg is een strook aangegeven waar zich perifere detailhandel kan vestigen. Het gaat bij voorkeur om grootschalige doelgerichte detailhandel (met b.v. een hoog 'showroomgehalte'), waarvoor de bereikbaarheid belangrijk is. Door de directe aansluiting op de A30 kunnen zij een regionale functie hebben. De Scherpenzeelseweg met aanliggende functies kan op verschillende manieren worden vormgegeven:

  • De weg mag een breed profiel houden met comfortabele en overzichtelijke in- en uitritten. De bedrijven krijgen naast het functionele parkeren bij voorkeur een groene uitstraling. De functies zorgen zo voor 'ruimte beleving' langs de weg;
  • Het behouden van een smal profiel, zonder nieuwe in- en uitritten. De gebouwen liggen in een groene zone langs de weg. De bereikbaarheid en het parkeren wordt georganiseerd via een parallelbaan aan de wijkzijde van de gebouwen.

Aan een strook aan de oostzijde van de Lunterseweg zijn een aantal instellingen op het gebied van onderwijs, religie en cultuur gevestigd, die zowel op de kern Barneveld als op het “ommeland” zijn georiënteerd.

Langs de spoorlijn ontstaat een interessante mogelijkheid voor functies 'gebonden aan het spoor'. Het pluimveemuseum is hier al gevestigd. Ook is er een onderwijsvestiging gerealiseerd. Voor de inrichting van het gebied (oostzijde van het spoor) wordt gestreefd naar een campusachtige uitstraling, een samenhangende (groene) openbare ruimte met daarin meerdere functies. Juist ten noorden van de onderwijsvestiging wordt een groene zone aangehouden langs de waterloop. De ambitie is om hier een korte fietsverbinding te maken, die de wijk Norschoten aan de zuidzijde kan verbinden met de snelfietsverbinding langs het spoor. Aan de westzijde van het spoor kunnen functies in een wat grotere dichtheid worden gerealiseerd. Het kan gaan om wonen, mogelijk gecombineerd met een dagelijkse winkelvoorziening (zie paragraaf 3.3. voor beleid ten aanzien van winkelfuncties op wijkniveau). Een combinatie van wonen, supermarkt en treinstation kan o.a. aantrekkelijk zijn voor ouderen (zie paragraaf 3.1.). Ten noorden van het gebied ligt tussen de spoorlijn en de Valkseweg een bedrijf ingeklemd (Vink). De ambitie is om deze locatie te herstructureren en te betrekken bij het 'campusgebied' rond de onderwijsvestiging. Functioneel zijn er meerdere opties, het kan gaan om schone werkgelegenheid (zoals een bedrijfsverzamelgebouw), maatschappelijke voorzieningen of wonen. Het kan echter niet worden gezien als een standaard uitbreiding. De plek leent zich voor een steviger gebouw en heeft meerdere gezichten nodig.

Ten slotte is er een strook langs de Lunterseweg, grenzend aan de nieuwe woonwijk Veller, die geschikt is voor de (her)vestiging van een aantal grootschalige kerken en onderwijsinstellingen7.

4.1.4 De A 30 zone

Met het denken over een westelijke rondweg is ook het denken over de zone rond de A30 gestart. Het betreft nu een diffuus gebied met vooral agrarisch gebruik, die een bufferfunctie heeft voor Barneveld ten opzichte van de snelweg. Rond de aansluiting met de A 30 (Scherpenzeelseweg) bevindt zich al wel een bedrijventerrein. De gemeente heeft de laatste jaren al meerdere ontwikkelingen ingezet, die tot een langzame transformatie van de A30 zone leiden, zoals de vestiging van een hulpverleningspost en de plannen voor een evenementenhal.

De ambitie is om van dit hele gebied een multifunctioneel gebied te maken met zowel ruimte voor gebouwde functies als voor het realiseren van nieuwe 'groene scheggen'. In paragraaf 3.5. werd al beschreven dat Barneveld nu meerdere groene scheggen kent, die ervoor zorgen dat het groen en het buitengebied op veel plaatsen in de kern voelbaar aanwezig zijn. Groene scheggen zijn ook goede aanknopingspunten voor 'langzaam verkeer' routes richting het buitengebied. Nieuwe groene scheggen in de zone langs de A30 zijn:

  • Het gebied tussen de Thorbeckelaan en de Kleine Barneveldsebeek ten zuiden en oosten van de geplande vestiging van de Midden Nederland Hallen. Het gebied krijgt hiermee het karakter van een overgangszone met routes en 'stadsrandfuncties'. Langs de Kleine Barneveldsebeek kan een groenzone worden ingericht. Verder bevat het gebied sportvelden. Bij herontwikkeling van De Meerwaarde kunnen functies worden geplaatst, die zorgen voor een groen karakter en doorzichten naar het achterliggende gebied. Bij voorkeur worden in dit gebied ook kleinschalig agrarische percelen behouden, maar dit kan ook hobbymatig gebruik zijn (b.v. paardenweitjes). Voor dit gebied wordt een separate stedenbouwkundige visie opgesteld.
  • Het gebied ten westen van de begraafplaats aan de Olderbarnevelderweg en rond de Barneveldsebeek. Dit gebied kan een groenzone zijn langs de beek gecombineerd met routes en agrarisch gebruik. In dit gebied wordt de huidige begraafplaats naar het westen toe uitgebreid.

Het gebied ten noorden van deze laatste groene scheg, gelegen tussen de Kallenbroekerweg en de Oude Kleuterweg is eerder aangewezen als zoekzone voor verstedelijking8. Het gebied leent zich door de nabijheid van de autosnelweg A30 vooral voor de uitplaatsing of nieuwvestiging van enkele grootschalige voorzieningen, zoals een kerk, een school, of sportvoorzieningen. Daarnaast is in beperkte mate woningbouw mogelijk. Door het hanteren van een relatief lage bebouwings-dichtheid in een groene ambiance zal dit gebied het karakter van een randzone behouden.

In de A 30 zone zijn ook twee zoekzones voor bedrijvigheid aangewezen. Het betreft een gebiedje tussen De Briellaerd en de Achterveldseweg (Briellaerd noord) en een gebied noordelijk van het Hulpverleningscentrum, tussen de A30 en de Nijkerkerweg en (Thorbeckelaan noord)9.

In beide gevallen gaat het om locaties bij belangrijke entrees van het dorp. Om die reden zullen hier alleen bedrijven in een lichte milieucategorie en met een hoge beeldkwalitatieve uitstraling worden toegelaten.

4.1.5 Barneveld Noord

Barneveld Noord betreft het gebied aan de noordzijde van Barneveld, tussen de Nijkerkerweg en de Stationsweg10. Aan de noordzijde wordt het gebied globaal begrensd door de Esweg en het denkbeeldige verlengde daarvan. Het gebied kan zich ontwikkelen tot een bijzonder en luw woongebied. Het kent weliswaar een goede bereikbaarheid met korte afstanden tot de aansluitingen van de A1 en de A30, maar tegelijk ligt het gebied aan de (nog in te richten) groene bufferzone Esvelderbeek en wordt het niet doorkruist door infrastructuur. Hier ligt een kans om bij de invulling van het gebied een accent te leggen op een meer luxe woonmilieu om daarmee kapitaalkrachtige ouderen te faciliteren en de doorstroming binnen Barneveld te bevorderen (duurdere koop). Uitgangspunten voor de invulling van dit gebied zijn:

  • Ruimte reserveren voor een groene schakel tussen het Oosterbos en de Esvelderbeek;
  • Een lage dichtheid, die richting de bestaande woonkern iets dichter kan worden;
  • Bebouwing met een gezicht naar de groene bufferzone.

4.1.6 Oostelijke randzone

Langs de oostzijde van het dorp, tussen de spoorlijn en de Wesselseweg, ligt een gebied dat in het Reconstructieplan als “verwevingsgebied” is aangemerkt. Feitelijk dient die zone als buffer tussen de dorpsbebouwing en het “landbouw-ontwikkelingsgebied”. Indien sprake zal zijn van een oostelijke rondweg om Barneveld (zie paragraaf 3.4.), ontstaat hier een dorpsrandzone die zich leent voor sportdoeleinden, recreatie en andere extensieve, groene vormen van voorzieningen. Voorwaarde is daarbij, dat de ontwikkeling van de landbouw in het aangrenzende landbouwontwikkelingsgebied niet mag worden belemmerd. Het gebied is met de aanduiding Br1 opgenomen in de op 12 december 2006 vastgestelde “uitwerking zoekzones Regio Vallei” van het streekplan Gelderland.

4.1.7 Groene bufferzone Esvelderbeek

Het gebied Barneveld Noord rond de Esvelderbeek maakt deel uit van een natte ecologische verbindingszone. Het is dan ook uitdrukkelijk de bedoeling dat dit gebied tussen de toekomstige bebouwing in de zoekzone Barneveld Noord en het bedrijventerrein Harselaar West een open en overwegend groen/blauw karakter zal houden (groene bufferzone).

Inrichten als groene bufferzone betekent méér dan het handhaven van de bestaande agrarische situatie. Zonder actief beleid zal de landbouwkundige functie op termijn plaatsmaken voor allerlei ongewenste ontwikkelingen, die het gebied ruimtelijk doen dichtslibben. De groene bufferzone zal derhalve expliciet ontworpen en aangelegd moeten worden.

Belangrijke elementen daarin zijn de Esvelderbeek met daar omheen te ontwikkelen natuur (i.h.k.v. inrichting ecologiche verbindingszone en boscompensatie), aanleg watergerbing, de agrarische bedrijven, functieverandering en landgoedontwikkeling. Voor wat betreft verandering in bebouwing komen die vooral voort uit de reeds bestaande mogelijkheden van het functieveranderingsbeleid en het landgoederen beleid, rekening houdend met het karakter en de mogelijkheden van dit gebied. Belangrijke karakteristieken zijn (zeer) lage dichtheden, hoogwaardige architectuur en veel groen, dat voor een belangrijk deel openbaar toegankelijk zal moeten zijn en dat ook mede deel zal moeten uitmaken van de beoogde ecologische structuur. Het gebied zou een op zichzelf staand karakter moeten en mogen krijgen, zodat de perifere ligging ten opzichte van de kern gerechtvaardigd is.