direct naar inhoud van 4.5 Cultuurhistorie en archeologie
Plan: Bestemmingsplan Coehoorn
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0202.729-0301

4.5 Cultuurhistorie en archeologie

Beschrijving van het plangebied

Archeologie

Het plangebied ligt aan de voet van het stuwwalmassief in een zone waar de invloed van de rivier groot is geweest. Dit brengt een gedifferentieerde verwachtingskans met zich mee. Het zuidelijke deel van het plangebied heeft een hoge archeologische verwachtingskans omdat er in de ondergrond oeverwalafzettingen aanwezig zijn. Deze hoog opgeslibde zandlichamen vormden voor de mens in het verleden ideale woon- en akkerbouwlocaties. Wel is het zo dat de rivier een erosieve werking in het plangebied heeft gehad. Dit kan worden afgeleid uit de situatie ter hoogte van de Hogeschool voor de Kunsten, waar het stuwwalmassief is uitgesleten. Voor het westelijke deel van het plangebied geldt dat de hoge verwachtingskans mogelijk naar beneden kan worden bijgesteld. De hoge verwachtingskans in het (zuid)oostelijke deel hangt ook samen met de uitlopers van een hellingsafzettingswaaier. Deze grindrijke afzettingen vormden in een sterk gevarieerd (en dus exploitatietechnisch aantrekkelijk) landschap eveneens hogere lichamen en werden derhalve ook voor (semi-) permanente vestiging uitgekozen, met name gedurende de prehistorie. Een groot deel van het plangebied betreft echter waardevol archeologisch gebied. Dit hangt samen met de aanwezigheid van historische bebouwing, zoals te zien op de kadastrale kaart van 1832, en deels geconcentreerd nabij de voormalige haven die al vanaf de 14e eeuw wordt genoemd, en langs de Utrechtseweg. Ook zijn in de zone die is aangeduid als “archeologisch waardevol gebied” vestingwerken te verwachten, daterend vanaf de late middeleeuwen en uitgebreid rond 1700. Het uiterste noordwesten van het plangebied heeft een middelhoge archeologische verwachtingskans. Dit betreft de stuwwalzone. Op zich leende die zich wel voor bewoning, maar verwacht wordt dat bewoning zich meer in gradiëntzones (waaronder de hellingsafzettingswaaier) of nabij beekdalen heeft geconcentreerd. In verband met oorlogshandelingen en nieuwbouw hebben in delen van het plangebied grondroerende werkzaamheden plaatsgevonden; de haven is na de Tweede Wereldoorlog met puin verdicht.

afbeelding "i_NL.IMRO.0202.729-0301_0015.jpg"

Figuur 4.2 Archeologische verwachtingskaart

Cultuurhistorie

Het Coehoorngebied is geïnventariseerd op monumentale en historische waarden. Op basis van dit onderzoek zijn historisch waardevolle objecten aangewezen als gemeentelijk monument (zie lijst van beschermde rijks- en gemeentelijke monumenten).

Binnen het gebied zijn tijdens de inventarisaties objecten en structuren gelokaliseerd, die beschouwd kunnen worden als cultuurhistorisch waardevol, maar om verschillende redenen niet zijn aangewezen als beschermd monument. Het kan hierbij gaan om archeologische sites waarvan de inhoud onbekend is, historische rooilijnen, beeldbepalende panden, markante herkenningspunten, waardevolle bomen en andere groenelementen etc.

Het oostelijk deel van de Utrechtseweg met delen van de zuidwand van het Stationsplein en de aansluitende wijk met de straten Bergstraat, Coehoornstraat en Korte Coehoornstraat kenmerken zich door 19de eeuwse stedenbouwkundige structuren, relicten van laat 19de eeuwse herenhuisbebouwing en verkavelingen. Verder is er sprake van enkele stedenbouwkundige ingrepen en invullingen uit de wederopbouwperiode. De Coehoornstraat geeft een rommelige indruk door de grote variatie in karakter, vormgeving, ouderdom en functies van de bebouwing. De Bergstraat heeft een even gevarieerde bebouwing, maar meer eenduidig (voornamelijk woningen) en ordelijker door de regelmatige rooilijnen en de laanbeplanting. Delen van deze beplanting en enkele 19de eeuwse herenhuizen herinneren nog aan de periode waarin de bergstraat een voorname residentiële straat was. Het zuidelijk deel van de Bergstraat wordt gedomineerd door gebouwen uit de wederopbouwperiode, waaronder kantoorpanden, een school, woningen en meerlaagse appartementencomplexen van recentere datum.

De zuidelijke wand van het Stationsplein bestaat uit grootschalige wederopbouwpanden met horeca, winkels en kantoren. Ten westen hiervan sluit de pleinwand aan op de Utrechtsestraat, een vrij belangrijke oude verkeersroute waar hier en daar nog een 19de eeuwse sfeer heerst door de vele gepleisterde en getinte herenhuizen die er langs staan. Het geaccidenteerde verloop en de flauwe bochten geven de straat een bijzonder karakter. De lichtgekleurde gevels zijn een goed voorbeeld van het lokaal historisch kleurgebruik, aangeduid als “Arnhems blond”. Achter de bebouwing aan de zuidzijde bevinden zich steil afdalende tuinen richting Onderlangs, waarin belangrijke fragmenten van historische tuinaanleg en groenelementen behouden bleven.

Een factor van hoge cultuurhistorische betekenis zijn de zichtlijnen vanaf het Rijnhotel en het Museum richting de toren van de Grote of Eusebiuskerk. Deze zichtlijnen en panorama's zijn de meest afgebeelde van de Arnhemse geschilderde en getekende topografie (stadsgezichten).

Conclusie

Voor het plangebied geldt een middelhoge tot hoge archeologische verwachtingskans en een deel is aangemerkt als archeologisch waardevol gebied. Ondanks oorlogshandelingen zullen archeologische waarden nog (gedeeltelijk) resteren, zoals ook uit waarnemingen in de eveneens zwaar getroffen binnenstad blijkt. In de haven is recent bouwpuin te vinden, maar kadeconstructies, oeverwerken en (af)gezonken schepen kunnen zeker nog worden aangetroffen. De haven is een belangrijk archeologisch en historisch object; in oude vullagen kunnen zich tal van boeiende vondsten uit het dagelijkse leven (vooral nijverheid) bevinden. Vanwege deze situatie is in het bestemmingsplan een dubbelbestemming

'Waarde - Archeologie' opgenomen (zie uitleg in paragraaf 6.3.9).

Behoud van het aanwezige historische karakter is het uitgangspunt. De cultuurhistorische waarden dienen niet vernietigd of anderszins onherkenbaar gemaakt te worden. Waardevolle objecten, structuren, zichtlijnen en panorama's binnen het gebied dienen beschermd en duurzaam beheerd te worden. Daarnaast bevinden zich in het plangebied cultuurhistorisch waardevolle objecten en structuren die geen beschermde status hebben gekregen. Sloop en vervangende nieuwbouw zijn bij deze laatste categorie mogelijk, maar hieraan zullen voorwaarden worden verbonden.

Een aantal cultuurhistorische waarden kunnen worden versterkt: herstel van de Wandeling van Heuvelink (19de eeuwse flaneerroute rondom de historische binnenstad); visualisatie archeologische sporen (de Oude Haven, verdedigingswerken); toepassing “Arnhems Blond' op gevels; handhaving en verbetering zichtlijnen en panorama's.