direct naar inhoud van 6.2 Vergelijking met het vigerende bestemmingsplan
Plan: Geitenkamp en omgeving
Status: onherroepelijk
Plantype: ex art. 10 WRO beheer/ontwikkeling
IMRO-idn: NL.IMRO.0202.710-0501

6.2 Vergelijking met het vigerende bestemmingsplan

Het is noodzakelijk dat het bestemmingsplan een compleet inzicht biedt in de bouw- en gebruiksmogelijkheden binnen het betreffende plangebied. Het bestemmingsplan is het juridische toetsingskader dat bindend is voor de burger en overheid en geeft aan wat de gewenste planologische situatie voor het plangebied is. Deze situatie kan gaandeweg de planperiode wijzigen, bijvoorbeeld door veranderd stedenbouwkundig inzicht, functiewijziging veranderingen in gebruik. Ook ruimtelijke ontwikkelingen en vernieuwing van o.a. ruimtelijk, economisch, verkeerskundig en milieubeleid dragen bij aan de veroudering van geldende bestemmingsplannen.

Om recht te doen aan een goede ruimtelijke ordening binnen het plangebied wordt daarom aangegeven in welke situaties de bestemming wordt gekozen gelijk aan de oude bestemming (na strijdige situatie te hebben gewraakt) en in welke situaties een nieuwe bestemming wordt gegeven (positief bestemmen), waarmee de strijdige situatie wordt gelegaliseerd. Daarnaast wordt aangegeven welke nieuwe bestemmingen zijn toegevoegd.

Cultuurhistorische en archeologische waarden
Als gevolg van de binnen het plangebied aangewezen en aan te wijzen (Rijks)beschermde stadsgezichten geldt voor deze buurten naast de normale bestemming de dubbelbestemmingen waarde cultuurhistorie en waarde archeologie. Aan deze bestemmingen zijn voorschriften gekoppeld die als doel hebben de cultuurhistorische en archeologische waarden die ten grondslag liggen aan de aanwijzing,te beschermen.

Verruiming of wijziging gebruiksmogelijkheden
Op een aantal adressen zijn de gebruiksmogelijkheden verruimd of gewijzigd omdat in de afgelopen planperiode vrijstelling van het bestemmingsplan is verleend.

Daarnaast vindt in het kader van de actualisering van het bestemmingsplan een inventarisatie plaats van het feitelijk gebruik van opstallen. Indien het feitelijk gebruik strijdig was met het vigerend bestemmingsplan is per geval beoordeeld of een positieve bestemming mogelijk was. Hierbij is gekeken naar stedenbouwkundige, economische, verkeerskundige en milieutechnische aspecten. Zodra deze inventarisatie is afgerond en de adressen bekend zijn zullen deze op deze plaats in de toelichting worden opgenomen.

Beperking gebruiksmogelijkheden
Daarnaast zijn in de afgelopen planperiode verschillende functies beëindigd die in het vigerend bestemmingsplan planologisch mogelijk waren. De wenselijkheid en noodzakelijkheid van een voortzetting van de planologische mogelijkheden is per geval onderzocht. Voor een aantal adressen is besloten enkel het feitelijk gebruik toe te staan waarbij de voorheen toegestane functies komen te vervallen.

Aanpassing bouwvoorschriften
Het vigerende bestemmingsplan “Geitenkamp” is een bestemmingsplan uit de inhaalslag. Bij het opstellen van dit bestemmingsplan was het gebruikelijk woonblokken zodanig te bestemmen dat de hoeken “dicht' gebouwd konden worden. Deze aanpak heeft in een aantal gevallen geleid tot ongewenste ruimtelijke situaties zowel op stedenbouwkundig gebied als op het gebied van privacy en/of bezonning.Om die reden wordt bij bestemmingsplanherzieningen tegenwoordig kritisch naar de verleende bouwmogelijkheden gekeken. Indien vigerende bouwmogelijkheden tot een mogelijk ongewenste ruimtelijke situatie kunnen leiden worden deze aangepast.

In het bestemmingsplan “Geitenkamp e.o” heeft dit ertoe geleid dat de bouwmogelijkheden ten opzichte van het vigerende plan verkleind zijn. Daarnaast is dit het gevolg van de gevolg van de aanwijzing tot beschermd stadsgezicht.

Om de stedenbouwkundige en architectonische kwaliteiten van het plangebied te beschermen is de maximale bouwhoogte voor een groot deel van de bebouwing vervangen door een voorgeschreven goot- en nokhoogte en een voorgeschreven aantal bouwlagen.

Een andere aanpassing van de voorschriften betreft de regeling beroep aan huis. Binnen de woonbestemming is in beperkte omvang beroepen aan huis toegestaan. Deze regeling is nu enigszins verruimd in de zin dat de relatie tussen eigenaar van de woning en de beoefenaar van het beroep aan huis is losgelaten.