Plan: | Wenum Wiesel en buitengebied |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0200.bp1092-vas1 |
De ondergrond van het plangebied is gevormd gedurende de ijstijden. In het Saalien stuwde het landijs rivierafzettingen vanuit het IJsseldal op. Zo ontstond de stuwwal van de Veluwe, waarvan in het plangebied een uitloper aanwezig is. Tijdens de daarop volgende ijstijd, het Weichselien, ontstonden brede, ondiepe dalen in west- en oostelijke richting. De stuwwalhelling is hierdoor afgevlakt. Tijdens het laatste deel van het Weichselien werden onder invloed van de wind oost-west gerichte jonge dekzandruggen afgezet (Formatie van Twente). Deze zijn in het plangebied zichtbaar als langgerekte duinen, zoals in het Wieselsche Veld.
Figuur 3.1 - Wieselsche Veld en Wenumsche Veld in 1915 (bron: Cultuurhistorische Analyse)
De mens heeft ook zijn stempel op het ontstaan van het gebied gedrukt. De eerste nederzettingen werden gesticht op de overgang van de lage naar de hoge gronden. Op de hoger gelegen dekzandruggen werden de gronden als akkerland gebruikt. Hier ontstonden essen en enken (akkercomplexen die door bemesting werden opgehoogd). De lager gelegen beekdalgronden werden als weide en hooiland gebruikt. De verder gelegen heide- en bosgebieden werden benut als weidegebied voor de schapenteelt (Wenumsche en Wieselsche Veld), voor het plaggensteken en voor de houtproductie (Wieselsche Bos).
Figuur 3.2 - Buurtschappen Wiesel en Wenum in 1915 (bron: Cultuurhistorische Analyse)
In de periode van de 14de tot de 18de eeuw zijn de sprengenbeken en waterbekkens aangelegd. Dit gebeurde ten behoeve van het opwekken van energie door middel van watermolens voor onder andere papierfabrieken en koperpletterijen. In de 19de eeuw raakte waterkracht in onbruik, en werd het schone water vaak door wasserijen gebruikt.
In de 19de eeuw werd de ontsluiting van de stad Apeldoorn uitgebreid. De verbinding over het Wenumse Veld werd rechtgetrokken in de vorm van de Zwolseweg. Het Apeldoorns kanaal en de spoorlijn Apeldoorn-Hattemerbroek werden aangelegd. In de jaren 30 van de 20ste eeuw werd begonnen met de aanleg van een nieuwe Rijksweg, die niet werd voltooid en nu nog beleefbaar is in de vorm van de verkaveling, de taluds en de houtopstanden.
Het overgrote deel van de woeste heidegebieden is in de loop der tijd ontgonnen en in gebruik genomen als cultuurgrond. Vooral de omgeving van de Zwolseweg is langzamerhand steeds dichter bebouwd met woningen en bedrijfsgebouwen (landelijk woongebied).
De bodemtypologie in het plangebied is zeer divers. Zo kunnen onder meer de volgende bodemtypen worden aangetroffen: