direct naar inhoud van 3.8 Recreatie
Plan: Buitengebied Noord-Oost
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0200.bp1044-vas2

3.8 Recreatie

3.8.1 Beschrijving en analyse huidige situatie

In het plangebied is een kampeerterrein aanwezig. Het kampeerterrein ligt aan de Beemterweg. Bij het terrein hoort één dienstwoning en een receptie. Daarnaast is op een locatie kamperen bij de boer mogelijk. Het maximum aantal standplaatsen van beide terreinen is respectievelijk 25 en 20. In de wintermaanden zijn deze terreinen gesloten.

In het plangebied ligt het landgoed 't Woudhuis wat recreatief aantrekkelijk is door het aanwezige bos en landgoed. Het landgoed is ontsloten voor wandelaars en fietsers. Verder kunnen de lokale wegen in het plangebied worden gebruikt voor recreatieve routes. Er zijn bewegwijzerde recreatieroutes aangegeven, zoals een landelijke fietsroute.

Specifiek voor het Weteringse Broek is een gebiedsvisie opgesteld. Dit gebied wordt een recreatief gebied en aantrekkelijk landschap voor recreanten uit het gebied, de stad en de omliggende dorpen. Met een wijzigingsbevoegdheid kan worden geanticipeerd op een aantal initiatieven uit dit plan.

In het plangebied ligt een manege. Ook is er een paardenpension.

3.8.2 Ontwikkelingen/perspectieven verblijfs- en dagrecreatie

Het vrijetijdsgedrag tijdens dagtochten wordt gevarieerder, actiever, sportiever, educatiever en meer natuurgericht. Er is een trend naar meerdere kortere vakanties per jaar. Er is een toenemende belangstelling voor cultuurhistorie en er is meer aandacht voor actieve/sportieve, educatieve, milieubewuste en natuurgerichte vormen van vrijetijdsbesteding.

Agro en plattelandstoerisme worden steeds populairder. Dit biedt kansen voor nevenactiviteiten bij agrarische bedrijven.

Door de groei van Apeldoorn, met name in de nabijheid van het plangebied, zal het aantal recreanten toenemen. Op basis daarvan en een actiever vrije-tijdsgedrag, zal de vraag naar landrecreatie (wandelen, fietsen) groeien.

Nota Kampeerbeleid Apeldoorn

Recreatie en toerisme zijn beeld bepalende sectoren in de Apeldoornse economie, de gemeente kent een zeer brede variatie aan toeristische activiteiten. De sector is zeer positief voor de leefbaarheid van kleine dorpen. Het biedt werk aan mensen, is mede drager voor het voorzieningenniveau en zorgt voor nieuwe investeringen. Zeker in agrarische gebieden is het een alternatief voor ondernemers die de agrarische bedrijfsvoering beëindigen, danwel willen verbreden. De gemeente hecht er dus veel waarde aan ontwikkelingsmogelijkheden hieromtrent te bieden en geeft met het (nog vast te stellen) kader ruimte voor nieuwe initiatieven.

In de Nota Kampeerbeleid Apeldoorn uit 2010 heeft de gemeente beleid geformuleerd voor de verschillende vormen van kamperen. Het betreft kampeerterreinen, kleinschalig kamperen, natuurkampeerterreinen, verenigingskamperen of groepskamperen, vrij kamperen en kamperen voor eigen gebruik, paalkamperen en Gereguleerde Overnachtings Plaatsen. Het beleid gaat onder andere in op de omvang van de recreatieve eenheden. Voor zover mogelijk dienen deze normen in het bestemmingsplan te worden opgenomen.

Voor de zonering van de kleinschalige en deels reguliere kampeerterreinen is uitgegaan van een onderverdeling in twee zones:'nee, tenzij' en 'ja, mits'.

De 'nee, tenzij' zone bestaat uit de volgende gebieden:

  • Natura 2000-gebieden;
  • EHS-gebieden;
  • aangewezen enkgebieden
  • aangewezen beekzones en dalen (HEN- en SED-wateren), tot 15 m (HEN-norm) aan weerszijden uit de beek in beekdal, rekening houden met de karakteristieke landschappelijke kwaliteiten van het beekdal;
  • beschermde dorpsgezichten.


De zonering heeft betrekking op nieuwvestiging of uitbreiding van bestaande reguliere en kleinschalige kampeerterreinen. In de 'nee, tenzij' zone wordt geen nieuwvestiging of uitbreiding toegestaan, tenzij er grote natuurlijke en/of landschappelijke meerwaarden worden bereikt, passend in een gebiedsgerichte ontwikkeling. Voor de reguliere kampeerterreinen geldt in de eerste plaats het 'groei- en krimpbeleid'. Dit betekent dat in een krimpgebied geen nieuwvestiging of uitbreiding van bestaande terreinen mogelijk is. Ontwikkelingen zijn enkel mogelijk binnen het zoekgebied 'recreatiecluster'.

Ontwikkeling van het kleinschalig kamperen is onder voorwaarden mogelijk in de 'ja, mits'-zone door middel van een afwijkingsmogelijkheid. Maximaal kunnen zes terreinen per deelgebied (Uddel, Wenum en Wiesel, Broekland en Woudhuis, het Woud, Beekbergen en Loenen) worden toegestaan.

Voor de nieuwvestiging of uitbreiding van bestaande reguliere kampeerterreinen zijn geen specifieke (ontwikkelings)gebieden aangewezen. Hiervoor zal altijd een individuele, specifieke afweging plaatsvinden.


Uitgangspunten voor het bestemmingsplan

  • voor bestaande verblijfs- en dagrecreatieve voorzieningen wordt een duidelijke planologische regeling in het bestemmingsplan opgenomen;
  • fiets-, wandel- en ruiterpaden worden niet afzonderlijk bestemd, maar zullen onderdeel uitmaken van de gebiedsbestemmingen;
  • kleinschalige recreatieve activiteiten worden als 'bedrijf aan huis' of 'nevenactiviteit' mogelijk gemaakt;
  • nieuwvestiging of uitbreiding van bestaande reguliere kampeerterreinen wordt in het bestemmingsplan niet mogelijk gemaakt. Hiervoor vindt een afzonderlijke afweging plaats aan de hand van de Nota Kampeerbeleid.