direct naar inhoud van 2.9 Waar de stallen verdwijnen: Oude erven, nieuwe functies (2008)
Plan: Radio Kootwijk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0200.bp1006-vas2

2.9 Waar de stallen verdwijnen: Oude erven, nieuwe functies (2008)

De gemeenten Apeldoorn, Brummen, Lochem, Voorst en Zutphen hebben het rapport “Waar de stallen verdwijnen” gemaakt. In dit rapport is omschreven welke regels de gemeenten in de Stedendriehoek willen hanteren bij functieverandering van vrijgekomen en vrijkomende agrarische gebouwen in het buitengebied.

De provincie biedt regio's de mogelijkheid om het beleid voor hergebruik van vrijgekomen en vrijkomende gebouwen in het buitengebied op regionaal niveau nader uit te werken, waarbij van het streekplan is af te wijken.

Het plan biedt de mogelijkheid voor het bouwen van één of meer vrijstaande woningen naast de mogelijkheid van meerdere wooneenheden in één woongebouw. In alle gevallen van functieverandering moet de omgevingskwaliteit er per saldo op vooruit gaan.

Het is mogelijk om nieuwbouw te plegen ten behoeve van functieverandering naar werken en de combinatie wonen/werken. Dit in gevallen waarin sloop en nieuwbouw noodzakelijk zijn om bedrijfstechnische en bedrijfseconomische redenen en in gevallen waarin nieuwbouw beter is voor de ruimtelijke kwaliteit door het slopen van bestaande verpauperde bebouwing.

In zijn algemeenheid gelden onder andere de volgende voorwaarden bij functieverandering.

  • Functieverandering is alleen van toepassing op fysiek bestaande, legaal vrijgekomen (en ook vrijkomende) gebouwen die gelegen zijn in het buitengebied.
  • De regeling voor functieverandering geldt niet alleen voor vrijkomende agrarische bedrijfsgebouwen (met een agrarische bestemming) maar ook voor eerder vrijgekomen agrarische bedrijfsgebouwen waarvan de bestemming reeds is omgezet in bijvoorbeeld een woonbestemming.
  • Overtollige bebouwing wordt gesloopt met uitzondering van monumentale en karakteristieke gebouwen.
  • De functieverandering van gebouwen wordt geëffectueerd door bestemmingswijziging van het gehele voormalige perceel en verkleining van het bouwvlak.
  • Met functieverandering van vrijgekomen gebouwen in het buitengebied wordt de bedrijfsontwikkeling van agrarische bedrijven in de omgeving niet belemmerd.
  • Functieverandering van vrijgekomen gebouwen mag niet leiden tot knelpunten in de verkeersafwikkeling; mocht dit zich voordoen dan is het veroorzakersbeginsel van toepassing.
  • Met beeldkwaliteitplannen wordt door de gemeenten de verschijningsvorm van de functieveranderingen afgestemd op de omgeving.
  • In alle gevallen dient functieverandering gepaard te gaan met -naast sloop- een vorm van verevening: een bijdrage aan de kwaliteit van de omgeving.
  • Voor monumenten en karakteristieke bebouwing wordt altijd maatwerk geleverd. Monumentale en karakteristieke bebouwing mag niet gesloopt worden.
  • Buitenopslag van goederen en stalling buiten zijn niet toegestaan. Parkeren, laden en lossen dienen plaats te vinden binnen het nieuwe bestemmingsvlak.

Binnen de mogelijkheden van het streekplan maken de gemeenten maatwerk mogelijk. Binnen het plangebied Radio Kootwijk vindt sloop plaats. Op basis van het functieveranderingsbeleid geldt dat in beginsel 50% van het te slopen vastgoed mag worden herbouwd. In onderstaande tabel is sloopbalans inzichtelijk gemaakt. In totaal is/wordt bijna 4.500 m2 aan bebouwing op het complex gesloopt. Bijna 2.250 m2 komt daarmee op grond van het functieveranderingsbebleid in aanmerking voor herbouw. In onderhavig bestemmingsplan wordt in totaal ca. 1.250 m2 aan nieuw rood mogelijk gemaakt. Dit betekent dat er nog 1000 m2 ruimte is.

afbeelding "i_NL.IMRO.0200.bp1006-vas2_0002.png" Figuur 2.1: Sloopbalans Radio kootwijk in het kader van het functieveranderingsbeleid.